Examentraining
Door onze gebruikers, voor onze gebruikers....en hun leerlingen!

Kijken naar...propaganda


Kijken naar...

propaganda
1 / 6
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3-6

In deze les zitten 6 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les


Kijken naar...

propaganda

Slide 1 - Tekstslide

Schelden:
De tegenstander wordt uitgemaakt voor alles wat slecht en lelijk is. De tegenstander wordt afgeschilderd als het kwaad, waarbij vaak wordt overdreven en gelogen.
Normen en waarden:
Men doet een beroep op algemeen aanvaarde waarden die op zich als positief kunnen worden aangemerkt zoals geloof, hoop, liefde, eer, gezondheid, ouderschap, vaderlandsliefde
Bekende symbolen gebruiken:
Bij deze vorm van propaganda wordt vaak van symbolen gebruik gemaakt, zoals het kruis of de nationale vlag. Deze symbolen roepen vaak emoties op.
Bekende mensen gebruiken:
In propaganda wordt vaak gebruik gemaakt van bekende personen of van instellingen met een grote reputatie.
De gewone man:
Je beroept je erop dat jezelf ook maar een gewone burger bent en hoopt daarmee de sympathie van mensen te winnen.
Groepsgevoel:
Je doet een beroep op het feit dat mensen graag bij een groep behoren. Als iedereen iets doet dan wil je ook graag meedoen.
Angst:
Je doet een beroep op angstgevoelens die spelen bij het volk.
Herhaling:
Herhaling versterkt de boodschap. Vaak wordt er ook vanuit gegaan dat als je iets maar vaak genoeg herhaald het vanzelf wel 'waar' wordt
Samen staan we sterk (1914)

Slide 2 - Tekstslide

Schelden:
De tegenstander wordt uitgemaakt voor alles wat slecht en lelijk is. De tegenstander wordt afgeschilderd als het kwaad, waarbij vaak wordt overdreven en gelogen.
Normen en waarden:
Men doet een beroep op algemeen aanvaarde waarden die op zich als positief kunnen worden aangemerkt zoals geloof, hoop, liefde, eer, gezondheid, ouderschap, vaderlandsliefde
Bekende symbolen gebruiken:
Bij deze vorm van propaganda wordt vaak van symbolen gebruik gemaakt, zoals het kruis of de nationale vlag. Deze symbolen roepen vaak emoties op.
Bekende mensen gebruiken:
In propaganda wordt vaak gebruik gemaakt van bekende personen of van instellingen met een grote reputatie.
De gewone man:
Je beroept je erop dat jezelf ook maar een gewone burger bent en hoopt daarmee de sympathie van mensen te winnen.
Groepsgevoel:
Je doet een beroep op het feit dat mensen graag bij een groep behoren. Als iedereen iets doet dan wil je ook graag meedoen.
Angst:
Je doet een beroep op angstgevoelens die spelen bij het volk.
Herhaling:
Herhaling versterkt de boodschap. Vaak wordt er ook vanuit gegaan dat als je iets maar vaak genoeg herhaald het vanzelf wel 'waar' wordt
Een verkiezingsposter (1924)

Slide 3 - Tekstslide

Schelden:
De tegenstander wordt uitgemaakt voor alles wat slecht en lelijk is. De tegenstander wordt afgeschilderd als het kwaad, waarbij vaak wordt overdreven en gelogen.
Normen en waarden:
Men doet een beroep op algemeen aanvaarde waarden die op zich als positief kunnen worden aangemerkt zoals geloof, hoop, liefde, eer, gezondheid, ouderschap, vaderlandsliefde
Bekende symbolen gebruiken:
Bij deze vorm van propaganda wordt vaak van symbolen gebruik gemaakt, zoals het kruis of de nationale vlag. Deze symbolen roepen vaak emoties op.
Bekende mensen gebruiken:
In propaganda wordt vaak gebruik gemaakt van bekende personen of van instellingen met een grote reputatie.
De gewone man:
Je beroept je erop dat jezelf ook maar een gewone burger bent en hoopt daarmee de sympathie van mensen te winnen.
Groepsgevoel:
Je doet een beroep op het feit dat mensen graag bij een groep behoren. Als iedereen iets doet dan wil je ook graag meedoen.
Angst:
Je doet een beroep op angstgevoelens die spelen bij het volk.
Herhaling:
Herhaling versterkt de boodschap. Vaak wordt er ook vanuit gegaan dat als je iets maar vaak genoeg herhaald het vanzelf wel 'waar' wordt
Een postzegel uit 1935

Slide 4 - Tekstslide

Schelden:
De tegenstander wordt uitgemaakt voor alles wat slecht en lelijk is. De tegenstander wordt afgeschilderd als het kwaad, waarbij vaak wordt overdreven en gelogen.
Normen en waarden:
Men doet een beroep op algemeen aanvaarde waarden die op zich als positief kunnen worden aangemerkt zoals geloof, hoop, liefde, eer, gezondheid, ouderschap, vaderlandsliefde
Bekende symbolen gebruiken:
Bij deze vorm van propaganda wordt vaak van symbolen gebruik gemaakt, zoals het kruis of de nationale vlag. Deze symbolen roepen vaak emoties op.
Bekende mensen gebruiken:
In propaganda wordt vaak gebruik gemaakt van bekende personen of van instellingen met een grote reputatie.
De gewone man:
Je beroept je erop dat jezelf ook maar een gewone burger bent en hoopt daarmee de sympathie van mensen te winnen.
Groepsgevoel:
Je doet een beroep op het feit dat mensen graag bij een groep behoren. Als iedereen iets doet dan wil je ook graag meedoen.
Angst:
Je doet een beroep op angstgevoelens die spelen bij het volk.
Herhaling:
Herhaling versterkt de boodschap. Vaak wordt er ook vanuit gegaan dat als je iets maar vaak genoeg herhaald het vanzelf wel 'waar' wordt
Een verkiezingsposter van de NSB (1935)Een verkiezingsposter van de NSB (1935)

Slide 5 - Tekstslide

Schelden:
De tegenstander wordt uitgemaakt voor alles wat slecht en lelijk is. De tegenstander wordt afgeschilderd als het kwaad, waarbij vaak wordt overdreven en gelogen.
Normen en waarden:
Men doet een beroep op algemeen aanvaarde waarden die op zich als positief kunnen worden aangemerkt zoals geloof, hoop, liefde, eer, gezondheid, ouderschap, vaderlandsliefde
Bekende symbolen gebruiken:
Bij deze vorm van propaganda wordt vaak van symbolen gebruik gemaakt, zoals het kruis of de nationale vlag. Deze symbolen roepen vaak emoties op.
Bekende mensen gebruiken:
In propaganda wordt vaak gebruik gemaakt van bekende personen of van instellingen met een grote reputatie.
De gewone man:
Je beroept je erop dat jezelf ook maar een gewone burger bent en hoopt daarmee de sympathie van mensen te winnen.
Groepsgevoel:
Je doet een beroep op het feit dat mensen graag bij een groep behoren. Als iedereen iets doet dan wil je ook graag meedoen.
Angst:
Je doet een beroep op angstgevoelens die spelen bij het volk.
Herhaling:
Herhaling versterkt de boodschap. Vaak wordt er ook vanuit gegaan dat als je iets maar vaak genoeg herhaald het vanzelf wel 'waar' wordt
Een propagandaposter (1952)

Slide 6 - Tekstslide