Geschiedenisleraar.nl
Dé link tussen verleden en heden

5.4. Israël, een kruitvat

Historisch Overzicht 
vanaf 1900


De Koude Oorlog (1945-1989)
4. Israël, een kruitvat
1 / 65
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3-6

In deze les zitten 65 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Introductie

Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen waarom er zoveel problemen zijn in dit deel van het Midden-Oosten

Onderdelen in deze les

Historisch Overzicht 
vanaf 1900


De Koude Oorlog (1945-1989)
4. Israël, een kruitvat

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen waarom er zoveel problemen zijn in dit deel van het Midden-Oosten

Slide 3 - Tekstslide










Het Romeinse Rijk (1e eeuw)

Slide 4 - Tekstslide

Joden in het Romeinse Rijk (1)
  • Leefden in de provincie Judea

  • Romeinen veroveren dit gebied rond het jaar 1

  • Spanningen tussen Romeinen en Joden: Romeinen geloven in meerdere goden (polytheïsme), Joden maar in één god (monotheïsme). 

Slide 5 - Tekstslide

Joden in het Romeinse Rijk (2)
  • Joden erkennen de Romeinse goden niet

  • Julius Caesar maakt uitzondering voor Joden, maar dan moeten ze wel extra belasting betalen

  • Extra belastingen zorgen voor onrust, opstanden en uiteindelijk oorlog (Joodse Oorlog: 66-70 n. Chr.)

Slide 6 - Tekstslide
















Verovering en vernietiging van Jeruzalem door de Romeinen

Slide 7 - Tekstslide

Joodse diaspora
  • In de Joodse oorlog kwamen veel Joden om of werden gevangen genomen (en als slaaf verkocht)

  • Na een nieuwe Joodse opstand worden Joodse rituelen verboden

  • Steeds meer Joden trekken/vluchten weg uit de province Judea (latere naam: Syria-Palestina)

  • De verspreiding van het Joodse volk over de hele wereld heet diaspora (letterlijk: 'verstrooiing')

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Antisemitisme in de Middeleeuwen
  • Antisemitisme betekent: haat tegen Joden

  • Oorzaken zijn o.a. dat Joden houden sterk vast aan hun eigen gewoonten/tradities, en dat ze gezien worden als 'moordernaars van Jezus'

  • Gevolgen: verbod op het bezit van eigen grond, uitgesloten worden van verschillende soorten banen (Joden moeten andere, gevaarlijke, niet populaire beroepen gaan uitoefenen: bankier of juwelier)

  • Joden worden bij rampen gezien als schuldigen (zondebok) met pogroms tot gevolg

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Joden in Nederland
  • Na de Middeleeuwen konden Joden in de Republiek redelijk in vrijheid leven

  • Ze mochten (soms) hun eigen geloof beoefenen

  • Amsterdam had de grootste Joodse gemeenschap van Europa: 20.000 Joden (rond 1795)

Slide 12 - Tekstslide

Nationalisme en Zionisme (1)
  • Nationalisme komt in de 19e eeuw sterk op: veel landen/volken willen laten zien dat zij het beste zijn.

  • Hierdoor zijn andere landen/volken/culturen minder. Gevolg: discriminatie, onderdrukking en geweld

  • Zeer veel geweld (pogroms) tegen Joden in Rusland

Slide 13 - Tekstslide

Nationalisme en Zionisme (2)
  • Geweld en discriminatie (Dreyfus-affaire) doen Joden beseffen dat een land/plek voor henzelf het beste is.

  • Zionisme: het streven van Joden naar een eigen Joodse staat (het liefst in Palestina)

  • Belangrijke zionist: Theodor Herzl (1860-1904) (boek: Der Judenstaat)

Slide 14 - Tekstslide














‘We vormen een volk, één volk. Overal waar we geleefd hebben, hebben we oprecht geprobeerd ons aan te passen aan de levensstijl van anderen, zonder ons eigen geloof op te geven. Maar dat stond men ons niet toe... Daarom is het antwoord simpel. Geef ons een stukje aarde waar we in overeenstemming met onze eigen Joodse behoeften kunnen leven, dan zullen we ons voor de rest best kunnen redden.’



                                                                             




                                                            - Theodor Herzl, Der Judenstaat, 1896

Slide 15 - Tekstslide

Palestina in het Ottomaanse Rijk (1)

  • Vanaf 1516 hoort Palestina bij het Ottomaanse Rijk (Turkse Rijk)

  • Joden, christenen en moslims leven vreedzaam naast/met elkaar

  • In het gebied wonen veel arme boeren die de grond pachten (huren) van Arabische grootgrondbezitters

Slide 16 - Tekstslide

Palestina in het Ottomaanse Rijk (2)
  • Situatie verandert halverwege de 19e eeuw: meestal rijke Joodse migranten (gevlucht uit Europa voor het antisemitisme) kopen grond van de Arabische grootgrondbezitters. 

  • Maar: dit was toch grond dat eigenlijk verhuurd werd aan arme boeren in Palestina? Klopt: de spanningen in het gebied nemen daarom toe.

Slide 17 - Tekstslide

Het verval van het Ottomaanse Rijk
Grote problemen voor het Ottomaanse Rijk in de 19e eeuw:

  • Groeiend nationalisme van volken binnen het rijk: willen onafhankelijk zijn

  • Europese landen azen op het Midden-Oosten: om economische- (olie, Suezkanaal), politieke- (machtsuitbreiding), en godsdienstige redenen (Bijbelse gebeurtenissen vonden hier plaats)

  • Voor Groot-Brittannië geldt ook: het Suezkanaal was 'de navelstreng van het Britse Rijk', de snelste route naar hun kolonie India.

Slide 18 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog

Slide 19 - Tekstslide

Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
  • 1915: McMahon-Hussein-correspondentie: Britten beloven, als ze helpen te Turken te verslaan, onafhankelijk voor de Arabieren

  • 1916: Sykes-Picot-verdrag: Frankrijk en Groot-Brittannië maken geheime afspraken om het gebied onderling te verdelen.


  • 1917: Balfour-verklaring: Britten beloven de Joden, een Joods nationaal tehuis, in ruil voor steun aan de Britten

Slide 20 - Tekstslide

Na de Eerste Wereldoorlog (1919)
  • Onderhandelingen in Versailles

  • Zowel Palestijnse Arabieren als Joden gaan er vanuit dat de beloften worden ingelost: een eigen staat

  • Onderhandelaars (lees: Frankrijk en Groot-Brittannië) vinden dat het Midden-Oosten nog niet klaar is voor onafhankelijkheid

Slide 21 - Tekstslide

Vrede van Versailles (1919)
  • Het Midden-Oosten wordt voorlopig bestuurd door de Volkenbond (voorloper van de Verenigde Naties)

  • De Volkenbond geeft Frankrijk en Groot-Brittannië de opdracht het gebied te besturen: mandaat

  • Van de Volkenbond moet Groot-Brittannië zich aan de Balfour-verklaring houden, niet aan de afspraken die gemaakt zijn met de Arabieren

  • 1922: Mandaatgebied Palestina

Slide 22 - Tekstslide

Mandaatgebieden in het Midden-Oosten

Slide 23 - Tekstslide


Mandaatgebied
Palestina
1922-1948





Groot-Brittannië moet het gebied
namens de Volkenbond besturen

Slide 24 - Tekstslide

Joodse immigratie - Palestijnse problemen (1)
  • Door de Britse toezegging van een Joods nationaal tehuis: veel Joodse immigranten (ongeveer 40.000) naar Palestina 

  • Welgestelde Joden kopen veel grond van Arabische grootgrondbezitters: Palestijnse Arabieren worden van hun land gezet

Slide 25 - Tekstslide

Joodse immigratie – Palestijnse problemen (2)
  • Grote immigratie en Joodse landaankoop zorgen voor irritatie en angst bij de Palestijnse Arabieren

  • In het gebied ontstaan rellen

  • Joden vinden dat de Britten niet genoeg doen tegen het Arabische geweld en richten daarom hun eigen 'leger' op: Hagana

Slide 26 - Tekstslide

Na de Tweede Wereldoorlog 

  • Veel Joden willen weg uit Europa, zelfs na de oorlog was er veel antisemitisme

  • Emigreren naar Palestina was moeilijk: de Britten hielden vast aan hun Witboek

  • De Hagana hielp met illegale emigratie naar Palestina

Slide 27 - Tekstslide

Steeds meer spanningen in Palestina
  •  Joodse migranten worden onderschept op zee en teruggestuurd

  • Sommigen worden vastgezet in kampen op Cyprus

  • Reactie: extremistische Joden (Irgoen) plegen aanslagen op Britse doelen in Palestina

Slide 28 - Tekstslide

Tweestaten-oplossing (1947)
  • De Britten hebben het mandaatgebied niet meer onder controle. Het gebied wordt overgedragen aan de Verenigde Naties (VN)

  • De VN komt met een Verdelingsplan: het gebied wordt verdeeld in een Joodse- en Arabische staat. Jeruzalem komt onder bestuur van de VN te staan.

Slide 29 - Tekstslide

'De erfenis'

Slide 30 - Tekstslide

De eerste jaren van de staat Israël (1)

  • Het Verdelingsplan brengt geen rust: geweld tussen Joden en Palestijnse Arabieren blijft. 

  • Grote groepen Palestijnse Arabieren vluchten weg uit het gebied.

Slide 31 - Tekstslide

De eerste jaren van de staat Israël (2)
  • 14 mei 1948: David Ben Goerion roept de Joodse staat Israël uit

  • 15 mei 1948: de laatste Britten vertrekken uit het mandaatgebied Palestina

  • 16 mei 1948: de Arabische landen Egypte, Syrië, Libanon en Jordanië vallen Israël aan

Slide 32 - Tekstslide

De eerste jaren van de staat Israël (3)
  • De Verenigde Staten erkennen Israël snel: een niet-Arabische, democratische bondgenoot in het Midden-Oosten is voor hen erg belangrijk

  • De Verenigde Staten zijn een belangrijke bondgenoot (en kunnen wapens leveren)

Slide 33 - Tekstslide

Arabisch-Israëlische Oorlog (1948-1949)
Israël: de Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog
Palestijnen: al-Nakbah ('de Ramp')

  • Israël wint de oorlog en verovert veel gebieden: ook gebieden die  door de VN aan de Palestijnse Arabieren waren toegezegd

  • Ruim 700.000 Palestijnse Arabieren vluchten uit Israël 

Slide 34 - Tekstslide

Joodse immigranten... 

  • Tussen 1948 en 1951 verdubbelt de Israëlische bevolking van 650.000 naar 1,3 miljoen mensen (veel overlevenden van de Holocaust)

  • Holocaust heeft de noodzaak van een eigen Joodse staat duidelijk gemaakt

  • Joodse immigranten trekken in leegstaande boerderijen en huizen (van gevluchte Palestijnse Arabieren tijdens de Arabisch-Israëlische Oorlog)

Slide 35 - Tekstslide

...Palestijnse vluchtelingen
  • Na de oorlog van 1948-1949 zijn veel Palestijnse Arabieren gevlucht naar de Westelijke Jordaanoever (toen van: Jordanië) en de Gazastrook (toen van: Egypte)

  • Hopen, tevergeefs, dat Arabische landen hen helpen

  • Het "recht op terugkeer" speelt grote rol in het conflict

Slide 36 - Tekstslide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (1)

  • Korte oorlog in 1967 tussen Israël en zijn buurlanden Egypte, Syrië, Libanon en Jordanië.

  • Oorzaak: in 1967 blokkeert Egypte opnieuw de Golf van Akaba

Slide 37 - Tekstslide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (2)

  • Israël vreest een aanval van drie kanten door Egypte, Jordanië en Syrië

  • Israël besluit niet af te wachten en valt zelf aan

Slide 38 - Tekstslide

Zesdaagse Oorlog, 1967 (3)
  • Het sterke en moderne Israëlische leger verplettert in 6 dagen Egypte, Jordanië en Syrië

  • Israël bezet grote stukken land: Sinaï en Gazastrook (van Egypte), Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem (van Jordanië) en de Golan (van Syrië)

Slide 39 - Tekstslide




Geëmotioneerde Israëlische soldaten bij
de Klaagmuur in Oost-Jeruzalem.
Tot de Zesdaagse Oorlog konden
Joden hier niet komen.

Slide 40 - Tekstslide

Geweld als oplossing? (1)
  • De uitkomst van de Zesdaagse Oorlog levert de Palestijnse Arabieren niets op

  • Sterker nog: de gebieden waar naartoe ze in 1948-1949 waren gevlucht, zijn nu bezet door Israël

  • Teleurstelling en frustratie zorgen voor toename nationalisme onder de Palestijnse Arabieren

Slide 41 - Tekstslide

Geweld als oplossing? (2)

  • Palestijnse strijdgroepen gaan samenwerken in de PLO (Palestijnse Bevrijdingsorganisatie), opgericht in 1964, (leider: Yasser Arafat)

  • Doelen: de vernietiging van de staat Israël, verdrijving van de Israëli's en redding van de Palestijnen (eigen Palestijnse staat)

Slide 42 - Tekstslide





Dit kan volgens de PLO alleen 
met geweld worden bereikt: 
aanslagen, gijzelingen en kapingen

Slide 43 - Tekstslide





Olympische Spelen
München, 1972

Slide 44 - Tekstslide

Videofragment: Munich
2005, Steven Spielberg

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Video

'De winnaar van München"

Slide 47 - Tekstslide

Jom Kipoeroorlog, 1973 (1)

  • Oorlog in 1973 waarbij Egypte en Syrië onverwacht Israël aanvallen

  • Jom Kipoer (Grote Verzoendag) is een Joodse feestdag: veel Israëlische soldaten zijn op verlof

Slide 48 - Tekstslide

Jom Kipoeroorlog, 1973 (2)

  • Met veel moeite, en hulp van de Verenigde Staten, lukt het Israël om de troepen van Syrië en Egypte te verdrijven.

  • Verenigde Naties grijpen, na drie weken, in op het moment dat Israël delen van Syrië en Egypte wil veroveren.

Slide 49 - Tekstslide

Waarom grijpt de VN in?
  • De Koude Oorlog (1945-1991): Israël werd gesteund door de Verenigde Staten en andere westerse landen. De Sovjet-Unie steunde Egypte en Syrië. Oorlog in het Midden-Oosten kon de Koude Oorlog een échte oorlog worden, waarbij mogelijk atoomwapens werden ingezet.

  • Olieboycot (1973): Arabische olielanden steunden Egypte en Syrië door veel minder en veel duurdere aardolie uit te voeren naar westerse landen. Landen die Israël actief ondersteunden, zoals de VS en Nederland, kregen zelfs helemaal geen aardolie meer.

Slide 50 - Tekstslide


Autoloze zondagen
1973




Door de olieboycot stegen de olieprijzen in Europa enorm. 
Met autoloze zondagen wilde de regering op olie (benzine) besparen.

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

"Misschien moeten we toch eens luisteren naar de Arabische landen..."

Slide 53 - Tekstslide

Verandering in denken van Westerse landen
  • Met aardolie hebben Arabische landen een machtig wapen in handen: de economie in Westerse landen heeft door de olieboycot een gevoelige tik gehad

  • Westerse landen worden kritischer richting Israël, vooral als het gaat om de behandeling van de Palestijnen en de Israëlische onwil bij vredesonderhandelingen.

Slide 54 - Tekstslide

Camp David-akkoorden, 1978 (1)
  • Camp David is het buitenverblijf van de president van de Verenigde Staten

  • De Amerikaanse president Carter nodigt de president van Egypte, Sadat, en de minister-president van Israël, Begin, uit om te gaan praten over vrede tussen beide landen (en dus meer rust in het Midden-Oosten)

Slide 55 - Tekstslide

Camp David-akkoorden, 1978 (2)
  • In 1978 komen de landen tot de Camp David-akkoorden:

  • Egypte en Israël erkennen elkaars grenzen

  • Israël geeft de Sinaï terug aan Egypte, en Egypte staat toe dat Israëlische schepen door het Suezkanaal en de Golf van Akaba varen

  • Israël stemt in met een beperkte vorm van zelfbestuur door de Palestijnen in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever.

Slide 56 - Tekstslide


Vrede tussen 
Israël en Egypte
1979





Een jaar na de Camp David-akkoorden
wordt de definitieve vrede ondertekend

Slide 57 - Tekstslide

Gevolgen van 
Camp David
  • Sadat en Begin ontvangen de Nobelprijs voor Vrede

  • Arabische landen voelen zich verraden door Egypte: een Joods land erkennen?!

  • Sadat wordt in 1981 door zijn eigen soldaten (moslim-extremisten) vermoord

  • Palestijnen zijn teleurgesteld: beperkt zelfbestuur betekent geen eigen land...

  • ...en het zelfbestuur stelt ook niet veel voor

Slide 58 - Tekstslide

Slide 59 - Tekstslide

Slide 60 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

  • Suezcrisis
  • Zesdaagse Oorlog
  • PLO
  • Jom Kipoeroorlog
  • Bezette gebieden
  •  Camp David-akkoorden

Slide 61 - Tekstslide

Personen uit deze les

  • Yasser Arafat
  • Anwer Sadat
  • Jimmy Carter
  • Menachem Begin

Slide 62 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les

  • 1956: Suezcrisis
  • 1967: Zesdaagse Oorlog
  • 1972: Aanslag Olympische Spelen in München
  • 1973: Jom Kipoeroorlog
  • 1973: Olieboycot
  • 1978: Camp David-akkoorden
  • 1979: Vrede tussen Egypte en Israël

Slide 63 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 64 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 65 - Open vraag