Leerlingen ontdekken de kracht van muziek door al haar parameters te onderzoeken; tonen, melodie en ritmes, emoties in muziek, fantaseren op muziek, muziekinstrumenten, muziekgeschiedenis, de functie van muziek in het dagelijks leven en filosoferen over muziek in allerlei muziekstijlen. De leerlijn bestaat uit allerlei leuke, actieve en leerzame opdrachten, waarbij de creativiteit van de leerlingen en het luisteren naar (klassieke) muziek centraal staat. Ook worden er uitstapjes gemaakt naar dans, film, theater en beeldende opdrachten.
De leerlijn is gestoeld op het leerplankader kunstzinnigeorientatie van het SLO. Dit betekent dat leerlingen gedurende de hele leerlijn werken aan de drie kerndoelen welke door het ministerie van Onderwijs Cultuur & Wetenschap zijn opgesteld.
- Kerndoel 54: De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
Leerlingen ontwikkelen zich muzikaal door zelf muziek te maken of naar muziek te luisteren. Leerlingen worden zich bewust van gevoelens en ideeën die muziek bij hen oproept en krijgen manieren aangereikt om door en over muziek te communiceren.
- Kerndoel 55: De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
Er wordt zowel op het product als op het proces gereflecteerd. Reflecteren gebeurt zowel gedurende de les als achteraf en belicht onderwerpen als eigen proces en werk, werk van componisten/kunstenaars en de samenhang van betekenis, functie en de plaats in een cultuur van een werk.
- Kerndoel 56: De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
Leerlingen worden uitgedaagd kunst en erfgoed te beleven, te bevragen, er over te communiceren en te filosoferen. Ook gaat het om de waardering ervan. Het orkest is ‘rentmeester’ over een uniek stukje erfgoed, dat we zorgvuldig willen beheren: niet conserveren, maar springlevend houden!
Hoe deze kerndoelen zich tot ieder leerjaar en iedere les verhouden, is terug te vinden in de lesplannen van de leerjaren en in de omschrijving van de doelen bij elke les.
De leerlijn bevat educatieve activiteiten welke erop zijn gericht de culturele competenties, creativiteit, verbeeldingskracht en verbinding, te trainen. Het (cyclische) creatieve proces is als uitgangspunt genomen voor de inhoud van deze leerlijn. De leerling doorloopt binnen het creatieve proces een viertal fasen: orienteren, onderzoeken, uitvoeren en reflecteren. Bij het orienteren wordt de leerling geprikkeld om een opdracht of thema te verkennen door bijvoorbeeld naar een muziekstuk te luisteren. Vervolgens onderzoekt de leerling verschillende mogelijkheden en oplossingen voor de opdracht of de verwerking van het thema. Na de fase onderzoeken gebruiken leerlingen hun kennis en vaardigheden voor het uitvoeren van de opdracht. In de fase evalueren wordt feedback gegeven, dit kan door de leerkracht, medeleerlingen of door eigen reflectie op de uitvoering van de opdracht. Gedurende de hele opdracht wordt er tussendoor gereflecteerd op het proces.
Het volgende overzicht geeft weer aan welke competenties (specifiek voor het vak muziek) de leerlingen per groep werken en hoe deze zich verhouden tot het creatief proces model.