Universiteit Twente
Pre-U

Deel 1: Gegevens verzamelen en verwerken

Gegevens verzamelen en verwerken
E-Learning
Deel 1: Gegevens verzamelen

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProfielwerkstukMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Gegevens verzamelen en verwerken
E-Learning
Deel 1: Gegevens verzamelen

Slide 1 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Welkom: bij deel 1 van de e-learning “Gegevens verzamelen en verwerken” waarin je praktische handvatten en tips krijgt voor het verzamelen van resultaten en het verwerken van gegevens 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Leerdoelen
Na afloop van deze e-learning

  •     Ken je verschillende methodes waarmee je gegevens kan verzamelen.
  •     Ben je in staat om de juiste methode voor het verzamelen van gegevens te koppelen aan een onderzoek
  •     Kan je uitleggen wat de meest geschikte methode voor het verzamelen van gegevens in jouw eigen onderzoek is.

Slide 4 - Tekstslide

Introductie
Tijdens deze e-learning gaan we kijken naar verschillende onderzoeken en welke onderzoeksmethode daar het beste bij past. Aan de hand van 4 voorbeelden behandelen we 4 verschillende onderzoeksmethodes: observeren, een enquête, experimenten uitvoeren en het voeren van interviews. 

Voor elk voorbeeld wordt eerst een slide gegeven met uitleg over het onderzoek, waarna een slide volgt waarin jij de beste onderzoeksmethode kiest.  

Deze e-learning eindigt met een vergelijking en toelichting van de 4 onderzoeksmethodes.

Slide 5 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Groene energie wordt steeds belangrijker en je wil daarom onderzoek doen over de voordelen van zonne-energie. Hierbij wil je onderzoeken hoeveel energie een zonnepaneel precies oplevert, zodat je dit kan vergelijken met de energie die het verbranden van fossiele brandstoffen oplevert. 
Voorbeeld 1: Energie

Slide 6 - Tekstslide

Test Jezelf!
Je wil weten hoeveel energie een zonnepaneel bij verschillende weersomstandigheden opwekt. De onderzoeksvraag die hiervoor is opgesteld is: Wat is de invloed van weersomstandigheden op de opgewekte hoeveelheid zonne-energie in zonnepanelen?
Hoe ga je dit doen? 
A
Door zelf op verschillende plekken te bepalen hoeveel energie er is opgewekt met zonnepanelen per uur/dag/week/maand
B
Door aan de fabrikant te vragen hoeveel energie er opgewekt wordt met zonnepanelen per uur/dag/week/maand.
C
Met een enquête aan gebruikers vragen hoeveel energie zij per uur/dag/week/maand opwekken met hun zonnepanelen.
D
Door het aantal zonuren per uur/dag/week/maand op verschillende plekken te noteren.

Slide 7 - Quizvraag

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Van deze methode is het zelf meten op dezelfde plek bij verschillende weersomstandigheden het meest geschikt. Hierdoor kan je er namelijk voor zorgen dat de omstandigheden zo veel mogelijk gelijk blijven en de weersomstandigheden de enige variabelen zijn.  

Het vragen aan een fabrikant is niet betrouwbaar, gezien de fabrikant er belangen bij heeft dat zijn product zo goed mogelijk uit de verf komt. Waarschijnlijk zal hij vertellen wat de maximale hoeveelheid energie is dat een zonnepaneel oplevert en niet het daadwerkelijke antwoord, waardoor er een afwijking in je resultaten zal ontstaan met de werkelijkheid

Het is ook minder valide om aan de gebruikers te vragen hoe veel hun zonnepanelen aan energie opnemen, omdat de manier waarop de gebruikers dit meten kan variëren.  


Toelichting (deel 1/2)

Slide 8 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Als laatste is het niet valide om aan de hand van het aantal zonuren per dag te bepalen hoeveel energie de zonnepanelen opleveren, omdat er meerdere factoren zijn die invloed hebben op de energie opname van de zonnepanelen, zo kan het bijvoorbeeld zijn dat er vogelpoep op de zonnepanelen is gekomen, waardoor ze minder energie kunnen opleveren of ze staan bijvoorbeeld in de schaduw van een grotere boom. Daarnaast heeft ook het rendement van de zonnepanelen invloed op de energie die ze opleveren. 

Hoe zat het ook alweer?
Weet jij nog hoe je een SMART onderzoeksvraag kun opstellen? Bedenk een passende vraag voor dit onderzoek, schrijf 'm op en check hieronder.

Toelichting (deel 2/2)
Klik op de hotspot!
Een voorbeeld van een SMART onderzoeksvraag over dit onderwerp is ‘Hoeveel energie brengt een zonnepaneel gemiddeld op in een week in juni?’

Slide 9 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Je wilt onderzoeken wat de invloed van roken is op het uithoudingsvermogen van mensen. Je gaat specifiek onderzoek doen naar de groep mensen tussen de 20 en 25 jaar. Hoe kan je hiervoor het beste gegevens verzamelen? 


Bonus: Verzin een SMART onderzoeksvraag voor dit onderzoek.
Voorbeeld 2: Conditie
Klik op de hotspot!
Een voorbeeld van een SMART onderzoeksvraag over dit onderwerp is: ‘Wat is de invloed van meer dan één jaar lang dagelijks roken op het uithoudingsvermogen van 20-25 jarige mensen?

Slide 10 - Tekstslide

Test Jezelf!
Hoe onderzoek je het beste wat de invloed van roken is op het uithoudingsvermogen van mensen tussen de 20 en 25 jaar? Let op: Denk goed na over welke conclusies je uit elk onderzoek zou kunnen halen!  Hoe ga je dit doen? 
Klik op de hotspot!
Een voorbeeld van een SMART onderzoeksvraag over dit onderwerp is: ‘Wat is de invloed van meer dan één jaar lang dagelijks roken op het uithoudingsvermogen van 20-25 jarige mensen?
A
Met experimenten waarin het BMI van rokers en niet rokers tussen de 20 en 25 jaar wordt opgemeten.
B
Met een enquête waarin rokers en niet-rokers op een schaal van 1 tot 10 hun ademhalingsvermogen dienen aan te geven
C
Door te observeren bij een studenten-atletiekvereniging waar rokers en niet rokers sporten hoe ver de proefpersonen van beide groepen kunnen rennen in een half uur tijd.
D
Met een experiment waarbij de VO2 max van de testgroep en de controlegroep wordt bepaald

Slide 11 - Quizvraag

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Al deze methodes zijn een manier om achter je gegevens te komen voor het onderzoek, maar ze zijn niet allemaal (even) geschikt. Het bepalen van de VO2 max van de testgroep is de meest valide manier voor het onderzoeken van de conditie en zo het uithoudingsvermogen van de testpersonen, gezien dit een gangbare meetstaaf is voor het berekenen van de fitheid van een proefpersoon. Het berekenen van de het BMI van de proefpersonen is minder valide, omdat dit enkel informatie geeft over de verhouding tussen het gewicht en de lengte van een persoon en niet wat het uithoudingsvermogen van deze persoon is.  

Het observeren van het gedrag bij een studentenatletiek vereniging waar zowel rokers als niet-rokers sporten zou ook een manier zijn om de invloed van roken op het uithoudingsvermogen van de testgroep te onderzoeken. Echter is deze manier wel minder betrouwbaar dan het testen met behulp van de VO2 max. Hoe is het namelijk mogelijk om te observeren hoe fit iemand is, ga je dit meten aan de hand van hoe snel iemand rent of eerder hoe hard iemand rent, etc. Kan je door te observeren de proefpersonen bijvoorbeeld hun maximale inspanning kunnen zien? 
Toelichting (deel 1/2)

Slide 12 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Als laatste is het versturen van een enquête te subjectief om er iets uit te kunnen concluderen over dit onderwerp. Aan de hand waarvan bepalen de ondervraagden namelijk hun conditie en wordt hierbij niet met meerdere maten gemeten? En zijn ze wel eerlijk?
Toelichting (deel 2/2)

Slide 13 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Je wil onderzoek doen naar de klanttevredenheid in een restaurant, om de beleving van de klanten in het restaurant te kunnen verbeteren. Hiervoor wil je onderzoeken wat de klanten van de service in het restaurant vinden. 



Voorbeeld 3: Meningen

Slide 14 - Tekstslide

Test Jezelf!
Wat is de beste methode om te onderzoeken wat klanten van de service vinden in een restaurant? 
Klik op de hotspot!
Een voorbeeld van een SMART onderzoeksvraag over dit onderwerp is: ‘Wat is de invloed van meer dan één jaar lang dagelijks roken op het uithoudingsvermogen van 20-25 jarige mensen?
A
Vragen aan de serveerders wat de mening van de klanten over hun service was.
B
Observeren of de klanten blij zijn met de service van het personeel.
C
Enquête waarin wordt gevraagd aan de klanten nadat ze bij het restaurant hebben gegeten wat hun mening is over de service in dat restaurant.
D
De hartslag en bloeddruk van gasten meten tijdens het bezoek aan het restaurant.

Slide 15 - Quizvraag

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Van deze methodes is de enquête het meest geschikte, gezien er bij deze methode direct wordt gevraagd naar de mening van de klanten. De mening van de klanten zijn de resultaten die je nodig hebt voor het onderzoek. Wanneer er aan de serveerders wordt gevraagd naar de beleving van de klanten is dit minder betrouwbaar, gezien de klanten misschien niet eerlijk zijn geweest over hun ervaring naar de serveerders toe. Ook is het mogelijk dat de serveerders het gedrag van de klanten verkeerd hebben geïnterpreteerd en daarom een verkeerde conclusie trekken over hun tevredenheid van de service.  

Observeren hoe blij de klanten zijn is een te subjectieve manier voor het bepalen van de klanttevredenheid, daarnaast kan de emotie van de klanten door veel meer factoren worden beïnvloed dan enkel de service van het restaurant. Het kan bijvoorbeeld ook aan de gelegenheid liggen waarvoor de klanten naar het restaurant zijn gekomen 
Toelichting (deel 1/2)

Slide 16 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Als laatste is het meten van de hartslag en de bloeddruk van de gasten geen valide manier voor het bepalen van de tevredenheid van de gasten. Wellicht zou je kunnen concluderen hoe iemand zich op basis van de bloeddruk en hartslag voelde, maar hierbij komen een aantal moeilijkheden kijken. Ten eerste kost het meer tijd en moeite om deze metingen uit te voeren ten opzichte van het uitzetten van een enquête. Ten tweede zijn er meerdere factoren die invloed hebben op de bloeddruk en hartslag van een persoon, waardoor niet met zekerheid valt te zeggen of iemand zich tevreden voelt. Ouderdom, stress in het dagelijkse leven en eetgewoontes zijn voorbeelden van factoren die bij kunnen dragen aan een verschil in hartslag en bloeddruk.
Toelichting (deel 2/2)

Slide 17 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Je wilt onderzoeken hoe het gedrag van personen wordt beïnvloed door groepsdruk. Specifiek wil je onderzoeken wat men doet wanneer ze in een kamer zitten waar brand uitbreekt, terwijl de rest van de personen die in de kamer zitten blijven zitten. Hoe kan je hiervan het beste gegevens verzamelen? 



Voorbeeld 4: Groepsdruk

Slide 18 - Tekstslide

Test Jezelf!
Hoe onderzoek je het beste wat de invloed van het gedrag van de omgeving van mensen is op het gedrag van mensen in een brandende kamer? 
Klik op de hotspot!
Een voorbeeld van een SMART onderzoeksvraag over dit onderwerp is: ‘Wat is de invloed van meer dan één jaar lang dagelijks roken op het uithoudingsvermogen van 20-25 jarige mensen?
A
Verzamelen van (beveiligings)videomateriaal van brandsituaties en het gedrag van mensen daarin observeren.
B
Enquête waarin de situatie wordt geschetst en gevraagd wat mensen zouden doen.
C
Experiment waarbij de situatie wordt nagebootst en er met acteurs wordt gewerkt.
D
Interview met brandweermannen over het gedrag van mensen tijdens branden.

Slide 19 - Quizvraag

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Bij dit onderzoek is het moeilijk om de beste methode te kiezen, omdat het heel erg afhankelijk is van de tijd en middelen die je voorhanden hebt. De meest valide manier om dit te onderzoeken is met behulp van een experiment. Groepsdruk is namelijk iets dat onbewust invloed heeft op iemands gedrag en dat zich juist in specifieke situaties voor kan doen, waarbij een individu een gevoel heeft dat hij zich moeten aanpassen aan de groep of aan een bepaalde verwachting moet voldoen. Door de situatie te simuleren kan je het beste zien hoe een proefpersoon zicht in de beschreven situatie gedraagt. Wanneer met een enquête gevraagd wordt hoe een individu zich in een bepaalde situatie zal gedragen, is de kans groot dat het antwoord niet valide is, doordat de proefpersoon zich niet in die situatie bevindt. Kijk eens naar dit filmpje waarin dit onderzoek is uitgevoerd:  https://www.youtube.com/watch?v=FTq-nLy7Bfs

Het interviewen van de brandweermannen is een betere optie dan een enquête, omdat zij meer ervaring hebben met het gedrag van mensen in een brand. Echter is de kans klein dat de brandweermannen met deze specifieke situatie te maken hebben gehad, dus is deze methode minder geschikt voor dit onderzoek. 


Toelichting (deel 1/2)

Slide 20 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
De methode waarbij (beveiligings)videomateriaal van brandsituaties wordt verzameld en het gedrag van mensen daarin geobserveerd is een ook minder geschikt voor dit onderzoek. Het is namelijk moeilijk om de volledige strekking van het onderzoek te dekken met behulp van deze methode. Hoe krijg je namelijk duidelijkheid over de setting waarin het gebeurde? Speelde groepsdruk hierbij een rol? Hoe zorg je voor vergelijkbare situaties bij de verschillende videos? Dit zijn punten waar je rekening mee moet houden bij voor een valide onderzoek.  Daarnaast moet je je afvragen of het haalbaar is om dit onderzoek uit te voeren. Hoe kom je bijvoorbeeld aan het beeldmateriaal en is dit in lijn met de privacywetgeving?  

Kortom, het is niet altijd even duidelijk welke methode het meest geschikt is voor jouw onderzoek. Naast dat je moet kijken naar de meest valide, betrouwbare en nauwkeurige manier voor het verzamelen van de gegevens, moet je ook kijken die methode haalbaar is met de tijd en de middelen die je voorhanden hebt.  
Toelichting (deel 2/2)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Observeren
Interview
Experiment 
Enquête
    Onderzoeken wat de invloed van koffie op de groei van tulpen is 
    Onderzoeken hoe mensen denken over orgaandonatie
    Onderzoeken hoe veel merels er in Nederland leven 
    Onderzoeken wat het meest gebruikte zoete beleg van jongeren in Nederland is

Slide 23 - Sleepvraag

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Korte toelichting per antwoord:

1.  Het aantal merels in Nederland kan goed geobserveerd worden door simpelweg te gaan tellen. Bij de nationale tuinvogeltelling bijvoorbeeld, hierbij mag iedereen meedoen en in totaal een half uur lang gedurende drie dagen het aantal vogels van verschillende soorten in hun tuin tellen. Wel moet hierbij gedacht worden aan de mogelijkheid dat verschillende merels meer dan één keer worden geteld.

2.  Je doet hierbij onderzoek naar de mening van de proefgroep. Een interview is daarom een hele geschikte manier om gegevens te verzamelen, omdat je direct naar de mening van de te onderzoeken groep kan vragen. Ook kan je met behulp van een interview is dieper op de mening van mensen in gaan. Dit is wenselijk als je bijvoorbeeld de achterliggende redenen van hun meningen wil weten. Met een enquête is dit lastiger om te bereiken, omdat het dan niet mogelijk is om door te vragen op antwoorden van je onderzoeksgroep.
 
Toelichting (deel 1/2)

Slide 24 - Tekstslide

Onderzoek- & ontwerpcyclus  
Crash Course
Deel 1
Korte toelichting per antwoord

3.  Een experiment is hiervoor een geschikte optie omdat je zo goed invloed hebt op de parameters     die je wil aanpassen om te kijken of deze invloed hebben op de groei van de tulpen. Je hebt zo zelf de omstandigheden waarin de tulpen groeien in de hand 

4.  Bij dit onderzoek is het wenselijk om een groot publiek te bereiken om de validiteit van het onderzoek te kunnen vergroten. Dit is makkelijk om te doen met een enquête, omdat het uitzetten hiervan relatief weinig moeite kost. Het simpelweg opvragen van verkoopcijfers zou in dit geval niet voldoende zijn, omdat je dan niet het onderscheid tussen jongeren en volwassen kan maken. Denk dus goed na of gekozen onderzoeksmethodes valide zijn, of dat je misschien iets anders meet dan dat je wil meten.  

Toelichting (deel 2/2)

Slide 25 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
Nu je deze e-learning gevolgd hebt:  

  •     Ken je verschillende methodes waarmee je gegevens kan verzamelen.
  •     Ben je in staat om de juiste methode voor het verzamelen van gegevens te koppelen aan een onderzoek
  •     Kan je een onderbouwde keuze maken voor de meest geschikte methode voor het verzamelen van gegevens in jouw eigen onderzoek

 

Slide 26 - Tekstslide

Klik op het symbool hieronder om terug te gaan naar de skills academy pagina.
Klik op het symbool hieronder om naar de volgende Gegevens verzamelen & verwerken les te gaan!

Slide 27 - Tekstslide

Bedankt!
Bedankt voor het volgen van deel 1 van de e-learning ‘Gegevens verzamelen en verwerken’. Ga naar deel 2 om meer te leren over het verwerken van de gegevens die je hebt verzameld. 

Slide 28 - Tekstslide