RGO College
Het kanaal van de RGO
lesplan

2. Eerste Wereldoorlog 1914-1918

Wil je met dit lesplan aan de slag? Klik op de knop hieronder om een eigen kopie te maken in 'Mijn Lessen'. Vervolgens kun je de lessen aanpassen naar jouw wensen.

Historisch overzicht vanaf 1848

2. Inleiding

Vaak ben ik in Ieper geweest en iedere keer trekt het me opnieuw. Waarom? Ieper is bijna synoniem met oorlog. Ieper is één grote begraafplaats. Ieper verbijstert.
   
Ieper is een van de bekendste symbolen van de grote oorlog 1914-1918. Samen met andere plaatsen zoals Verdun, de Somme en Gallipoli is Ieper een voorbeeld van de zinloosheid van oorlog geworden. Ieper is dan ook een juiste plaats om het verschijnsel oorlog te overdenken, een plaats om van te leren. Je wilt begrijpen dat het mensen waren die dit allemaal deden. Mensen! Zo zijn wij mensen dus.
In Ieper zelf is de oorlog echter lastig te vinden. Anno 2018 staat er een schijnbaar middeleeuwse stad, maar wie goed kijkt ziet dat de gebouwen pas in de twintigste eeuw gebouwd zijn. Sommige historici zien Ieper dan ook als een leugen. Bram Vermeulen bezong het in zijn lied Onschuldig landschap als volgt: 

Deze stad heeft niets gedaan
Hij werd gebouwd om te bewijzen
Dat er niets gebeurde hier
Dat elke leugen blijft bestaan
Deze stad is schuldig
Een stad gebouwd om het verleden te vergeten. Oorspronkelijk was het de bedoeling van de Britten om de ruïne van de stad zo te laten, als een gigantisch monument van de zinloosheid van oorlog. Maar nog voordat de Britten dit plan in kannen en kruiken konden gieten, kwam de Belgische bevolking terug in de puinhopen en begon hun huizen weer enigszins bewoonbaar te maken. En zo verrees de stad als een feniks uit zijn as.
Met Ieper wordt vaak vrijwel de gehele Westhoek (Het zuidwesten van Vlaanderen) bedoeld. In de Westhoek is de hele oorlog lang gevochten. Van zomer naar winter, vierentwintig uur per dag bommen, modder, pijn en verdriet.

Tijdens de oorlog bleef Ieper altijd in handen van de geallieerden. Maar de Duitsers hielden de heuvelrug rondom de stad bezet. Hierdoor waren zij tactisch gezien in het voordeel. De Duitsers konden zo van drie zijden de stad overzien en beschieten. Terwijl de geallieerden ook nog eens heuvelop moesten vechten. Ieper was op deze manier ingesloten door de Duitsers en zo vormde de stad een uitstulping in het front. Vandaar dat men spreekt van de Ieper-saillant (uitstulping) of de Ieperboog.
Aan het eind van de oorlog in 1918 was er van de middeleeuwse stad niet veel meer over. Het was door beschietingen totaal verwoest. Te paard kon je van begin tot eind de puinhopen van de stad overzien. Na de oorlog is Ieper helemaal opnieuw opgebouwd in oude stijl.
Toch leeft de oorlog in Ieper nog steeds. De Britten hebben van Ieper een pelgrimsplaats gemaakt. Ze spreken dan ook over the holy ground. 
De Fransen en de Belgen hebben andere plaatsen tot holy ground verkoren. De Belgen kozen de omgeving van de rivier de IJzer en de Fransen Verdun. Bijzonder in Ieper is de dagelijkse herdenking van de eerste wereldoorlog. Iedere avond om 20:00 is er een korte herdenking onder de Menenpoort. De Menenpoort is een monument voor de vermiste soldaten. Op de poort staan de namen van 55.000 Britse soldaten die gesneuveld zijn in de Ieper-saillant, maar nooit terug zijn gevonden. Bij de herdenking blaast de vrijwillige brandweer the last post, worden er gedichten voorgedragen en kransen gelegd. En zo galmt elke avond het gedicht For the fallen van Binyon, door de Menenpoort:
They shall grow not old, as we that are left grow old:
Age shall not weary them, nor the years condemn.
At the going down of the sun and in the morning,
We will remember them.
De slotregels van For the fallen worden vaak mee gefluisterd door de omstanders. Voor de Britten is Ieper een open wond, een verdriet dat nog steeds niet goed is verwerkt.

2. Inleiding opdrachten

1. Ieper is bijna synoniem met oorlog.
 Leg deze zin uit.

2. De zanger Bram Vermeulen vindt Ieper een schuldige stad.
a. Waaraan is de stad Ieper schuldig volgens Vermeulen?
b. Ben jij het met de zanger eens?

3. Ieper is een van de zwaarste bevochten plaatsen van WO1.
a. Waarom is er juist bij Ieper zo hard gevochten?
b. Noem twee gevolgen van deze zware gevechten.

2.1 Oorzaken Eerste Wereldoorlog

  • In 1914 meldden miljoenen mannen zich massaal aan om de eer van de natie te verdedigen. Maar ze kwamen van een koude kermis thuis. Al snel zat het front muurvast en werd het één grote, helse modderpoel. Velen vroegen zich ‘toen’ af hoe het zo ver had kunnen komen. In paragraaf 2.1 gaan wij dit onderzoeken. 
        Wat waren de oorzaken voor de Eerste Wereldoorlog? 

Kolonialisme

Aan het eind van de achttiende eeuw was de industrialisatie goed op gang gekomen. De fabrieken in Europa draaiden op volle toeren, de productie was hoog. Om al die spullen te maken, waren grondstoffen nodig, zoals ijzererts, olie en hout. Een groot deel van die grondstoffen haalden de fabriekseigenaren uit de koloniën. Ook werden er veel fabrieksproducten in de koloniën verkocht. Het hebben van koloniën was daarom erg belangrijk voor de economie van de Europese moederlanden. Ieder Europees land probeerde zo veel mogelijk gebied in andere werelddelen te beheersen.

Bron 1: Koloniale bezittingen van Europese laden rond 1900.

Frans-Duitse oorlog

Op de kaart van bron 1 zie je dat Duitsland rond 1900 veel minder koloniën had dan de andere grote Europese landen. Hoe kwam dat? In 1900 bestond Duitsland nog maar kort. Voor 1870 was Duitsland verdeeld in vele tientallen kleine staatjes. Die staatjes werkten wel samen op verschillende gebieden, maar ze vormden geen eenheidsstaat. De belangrijkste Duitse staat was Pruisen. De leider van Pruisen, Bismarck, wilde van Duitsland één land maken. Dan zou Duitsland volgens hem het sterkste land van Europa kunnen worden. Het land dat op moment het sterkst was, Frankrijk was hier natuurlijk niet blij mee.
In 1870 begon er een oorlog tussen de Duitse staatjes onder leiding van Pruisen en Frankrijk. Frankrijk werd verpletterend verslagen. Na tien maanden oorlog werd er vrede gesloten. Bismarck kondigde aan dat Duitsland voortaan een eenheidsstaat zou zijn. De koning van Pruisen werd de nieuwe keizer van Duitsland. Frankrijk moest een provincie aan Duitsland afstaan. De Fransen waren diep vernederd en willen wraak. Er bleef spanning in Europa.

Nationalisme

Aan het eind van de negentiende eeuw waren veel Europeanen erg trots op hun land en volk. De Fransen waren trots op het Franse volk, de Franse cultuur, de Franse geschiedenis. Ook de Duitsers, Engelsen, Russen en tientallen andere Europese volken voelden dezelfde trots. Dit gevoel wordt nationalisme genoemd.
Het nationalisme zorgde in Europa aan het begin van de twintigste eeuw voor spanningen:
o Nationalisten wilden een eigen land voor hun volk. Sommige volken, zoals de Fransen en de Nederlanders, hadden al lange tijd een eigen land. Andere volken, zoals de Duitsers en de Italianen, kregen pas aan het eind van de negentiende eeuw een eigen land. Dit betekende dat er twee grote nieuwe landen ontstonden in Europa. De macht binnen Europa moest daardoor opnieuw worden verdeeld. De ‘oude’ machtige landen, Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland, kregen ineens concurrentie!

o Veel kleinere volken hadden geen eigen land. De gebieden waarin zij woonden, waren onderdeel van een groter land. Vooral op de Balkan, een deel van Zuidoost-Europa, was dat het geval. Deze volken kregen steeds meer behoefte aan een eigen land en waren ontevreden over hun situatie.

o Het nationalisme speelde ook een rol bij de strijd om koloniën. Immers: hoe meer koloniën een land had, hoe groter en sterker dat land was.

Militarisme

Veel Europese landen hadden grote, goed bewapende legers. Dat was immers een manier om je land macht en aanzien te geven. Er waren sinds de Frans-Duitse oorlog veel nieuwe wapens bedacht en ieder leger wilde de beste en nieuwste wapens hebben. De burgers waren enorm trots op hun legers. De uniformen van de soldaten, de wapens, de stoere taal van de generaals: ze kregen er geen genoeg van. Dit militarisme zorgde ervoor dat de mensen geen hekel hadden aan oorlog. Zij zagen oorlog juist als een manier om te laten zien hoe sterk en machtig hun land was.
Samen sta je sterk! Dat begrepen de regeringen van de Europese landen ook. Daarom sloten veel Europese landen een bondgenootschap met andere landen. Ze maakten de afspraak dat ze elkaar te hulp zouden komen als een van hen werd aangevallen. In 1914 was Europa op die manier verdeeld geraakt in twee grote bondgenootschappen.

2.1 Opdrachten

1. A. Leg uit waarom de Europese landen steeds meer grondstoffen nodig hadden.
B. Om welke twee redenen waren koloniën belangrijk voor de economie van de
Europese landen?

2. Leg uit waarom Frankrijk na 1871 Duitsland erg wantrouwde.

3. A. Leg uit dat nationalisme zorgde voor spanningen tussen de grote Europese landen.
B. Leg uit dat nationalisme zorgde voor spanningen in landen waar meerdere volken woonden.

4. A. Wat is militarisme?
B. Wat hebben militarisme en nationalisme met elkaar te maken?
C. Leg uit hoe het komt dat er door militarisme snel een oorlog kan ontstaan.

5. Schrijf de vijf oorzaken (uit deze paragraaf) voor de Eerste Wereldoorlog op.

2.2 Ingegraven aan het front 

Op 28 juni 1914 wordt in de straten van Sarajevo de Oostenrijk-Hongaarse troonopvolger Frans Ferdinand en zijn vrouw doodgeschoten. De dader is Gavrilo Princip. Hij wil vechten voor zijn land: Servië. De provincie Bosnië-Hercegovina, waar Gavrilo is geboren, wordt al een jaar bezet door buurland Oostenrijk-Hongarije. 

Waardoor vielen er tijdens de Eerste Wereldoorlog zo vreselijk veel slachtoffers? 

Aanleiding tot de Eerste Wereldoorlog

De gevolgen van Princip’s terroristische aanslag zouden veel groter zijn dan hij ooit had kunnen bevroeden. Als reactie op de moord stelde Oostenrijk, Servië op 23 juli een ultimatum met tien eisen. Met twee van deze punten, die Oostenrijk-Hongarije het recht gaven zich in het onderzoek naar de moord en Servische interne aangelegenheden te mengen, gingen de Serviërs niet akkoord, waarna Oostenrijk-Hongarije het land de oorlog verklaarde, precies een maand na de aanslag in Sarajevo. 

Dit leidde tot een kettingreactie, want Servië was een bondgenoot van Rusland en Frankrijk. Oostenrijk-Hongarije had zich op zijn beurt verzekerd van de steun van Duitsland als Rusland zich met het conflict zou bemoeien.
De Russen reageerden meteen op de oorlogsverklaring aan Servië door hun leger te mobiliseren. Zo wilden ze Oostenrijk-Hongarije afschrikken en hierna verklaarde de Duitse keizer de oorlog aan Rusland en Frankrijk. Nadat de Duitser op 4 augustus België binnengevallen waren, had ook Groot-Brittannië reden om zich aan te sluiten bij Frankrijk en Rusland en mee te gaan vechten, want het Duitse keizerrijk had het Verdrag van Londen uit 1839 met voeten getreden. Dit pact garandeerde de Belgische neutraliteit en Groot-Brittanië verklaard dan ook de oorlog aan keizer Wilhelm.
De koloniën van de grootmachten werden ook in de oorlog betrokken. Soldaten uit het huidige India, Algerije, Marokko en ander landen werden naar Europa gehaal en vochten mee.

Plan Von Schlieffen  

Op de kaart (bron 2) kun je zien dat Duitsland aan twee kanten vijanden had. In het westen Frankrijk (en Engeland) en in het oosten Rusland. Als beide vijanden tegelijk zouden aanvallen, dan zou het Duitse leger opgesplitst moeten worden. Een deel moest dan in het westen vechten en een deel in het oosten. 


Bron 2: Europa is verdeeld in twee bondgenootschappen (1914). 
De Duitse generaal Von Schlieffen had een aanvalsplan bedacht om zo’n tweefrontenoorlog te voorkomen: het Von Schlieffenplan
Uitgangspunten van het plan:
1a.Duitsland zal tegelijk oorlog krijgen met Frankrijk en Rusland.

1b.Langdurige oorlog aan twee fronten kon Duitsland niet volhouden.
Conclusie: Eerst snel afrekenen met één vijand zodat je je vervolgens kunt richten op de ander.
2a. Rusland was wel zwak, maar ook oneindig groot. Een aanval op Rusland zou niet snel tot een einde worden gebracht.

2b. Frankrijk stond klaar om Duitsland aan te vallen (Revanche!!)
Conclusie: Eerst een snelle verrassende aanval op Frankrijk. De Russen zouden er toch lang over doen voordat zij konden aanvallen.


Bron 3: Het Von Schlieffenplan. 
Aanvalsplan:
1.  Via Ned. Limburg, België en Luxemburg een grote aanval op Noord Frankrijk.

2. Met een reuzenzwaai ten westen van Parijs optrekken; die stad omsingelen en het Franse leger insluiten.

3. De verdediging aan de Franse grens hoefde niet erg sterk te zijn.

4. Ook aan de oostgrens (met Rusland) hoefden niet veel troepen te worden gelegerd. De Russen konden toch niet snel aanvallen.
5. Na ongeveer 6 weken zou het Franse leger kunnen zijn verslagen. Daarna zou het leger met de trein razendsnel overgebracht worden naar het oosten
 Veranderingen in het plan
1. De aanval zou niet door Nederland gaan; zo hoefde niet tegen een Nederlands leger te worden gevochten en Engeland zou zeker Nederland te hulp komen.

2. De verdediging werd sterker gemaakt bij de Franse grens en in het oosten. Dat ging ten koste van de troepen die de aanval moesten doen.
Wat ging er mis in aug/sept 1914
1. Verzet van het Belgische leger was groter dan verwacht. Vooral bij Luik verloor het Duitse leger veel tijd.

2. Engeland verklaarde onmiddellijk de oorlog aan Duitsland toen deze België binnentrokken. Het Britse Expeditie Leger was direct in Noord-Frankrijk en België. Hun inzet heeft de Duitse aanval aanzienlijk vertraagd.

3. De planning van Schlieffen was te optimistisch. Materiaal ging sneller kapot, wegen raakten verstopt, bruggen/delen van spoorlijnen werden opgeblazen. Zodoende kon de snelheid die was gepland niet worden gehaald.
4. Om de planning toch te halen werd besloten (sept 1914) om niet ten westen maar ten oosten van Parijs te trekken. Daardoor kon het Duitse leger in de flank worden aangevallen (Slag bij de Marne). De Duitse aanval kwam tot stilstand, de legers groeven zich tegenover elkaar in (loopgravenoorlog).

5. Het Russische leger was onmiddellijk tot een aanval in staat. De Duitsers moesten reservetroepen van het westen overbrengen naar het oosten. Overigens mislukte die Russische aanval volledig.

Oorlog in de modder

Nadat de soldaten aan het Westfront zich in 1914 in de loopgraven hadden verschanst, schoof de frontlinie gedurende vier jaar nauwelijks op, dit ondanks miljoenen doden. De legerleiding gaf steeds de opdracht om de loopgraaf van de tegenstander aan te vallen. Zodra de soldaten uit hun loopgraven kwamen, begon de andere partij te schieten met artillerie en mitrailleurs.

Uiteindelijk vluchtten de overlevende soldaten meestal weer terug naar hun eigen loopgraaf, waarna de andere partij een tegenaanval deed. Dit kon zich eindeloos herhalen. Bij dit soort aanvallen vielen ontzettend veel slachtoffers. 
In 1916 werd er op deze manier vijf maanden gevochten bij de rivier de Somme. Tijdens deze veldslag vielen meer doden dan in alle Europese oorlogen van de honderd jaar daarvoor bij elkaar: 1,4 miljoen soldaten overleefden de slag bij de Somme niet. Na deze enorme slachting lag het front nog op precies dezelfde plek.

Bron 4: Europa tijdens de Eerste Wereldoorlog. Links het Westfront en rechts het Oostfront.  

Nieuwe wapens

In de Eerste Wereldoorlog werden veel nieuwe wapens gebruikt, zoals de tank, de vlammenwerper en de mitrailleur. Ook werd het vliegtuig ingezet als wapen. In eerste instantie werden deze houten vliegtuigen vooral gebruikt om te spioneren achter de vijandelijke loopgraven. Maar al snel ontdekten beide partijen dat het vliegtuig ook als wapen gebruikt kon worden. 

De vliegtuigen werden snel gemoderniseerd. In het laatste jaar van de oorlog werden zelfs steden als Parijs en Londen gebombardeerd vanuit vliegtuigen.
Bron 5: Vliegtuigbouwers zoals de Nederlander Anthony Fokker zorgden ervoor dat de vliegtuigen werden omgebouwd, zodat ze mitrailleurs en bommen konden dragen. 

2.2 Opdrachten


1. De triple alliantie was het bondgenootschap waar onder andere Oostenrijk-Hongarije in zat. In de triple entente zat onder andere Engeland.
Bij welk bondgenootschap horen de volgende landen: Duitsland, Frankrijk, Rusland en Italië?

2. Vul in de volgende zinnen de namen van de landen in.
I.         Op 28 juli 1914 verklaarde Oostenrijk-Hongarije de oorlog aan ..(1).. vanwege de moord op Frans             Ferdinand.
II.       ..(2).. had beloofd Servië te helpen. Op 1 augustus verklaarde dit land daarom de oorlog aan                   Oostenrijk-Hongarije.
III.      ..(3).. had beloofd Oostenrijk-Hongarije te helpen als dit zou gebeuren. Daarom verklaarde dit               land op 1 augustus de oorlog aan Rusland.
IV.     Duitsland verklaarde op 3 augustus de oorlog aan hun oude vijand, de Russische bondgenoot ..            (4)..
V.      Rusland en Frankrijk hadden nog een bondgenoot: ..(5).. Dit land verklaarde op 4 augustus de               oorlog aan Duitsland.

3. Lees: Plan Von Schlieffen.
A. Waarom was het voor Duitsland belangrijk om zo snel mogelijk Frankrijk te verslaan?
B. België was neutraal. Wat betekent neutraal zijn?
C. Duitsland was in oorlog met de triple entente. Daar hoorde België toen nog niet bij. Waarom                 verklaarde Duitsland dan toch de oorlog aan Beligië?

4. Alle leden van de twee bondgenootschappen zijn Europese landen. 
Leg uit waarom we toch spreken van een wereldoorlog.

5. Is het de Duitsers gelukt om het Von Schlieffenplan uit te voeren? 
Leg je antwoord uit.

6. A. Noem vier wapens die in de Eerste Wereldoorlog voor het eerst werden gebruikt.
B. Waarom werd door de bondgenootschappen de oorlog veel groter dan eigenlijk
     nodig was?
C. Waarom kostte de manier van oorlogvoeren, de loopgraafoorlog, zoveel levens?

2.3 Een nieuw Europa

De Eerste Wereldoorlog zorgde voor enorme schade en miljoenen doden. Toen de oorlog eenmaal voorbij was, kwamen de leiders van de overwinnende landen voor een moeilijke vraag te staan: Hoe konden ze ervoor zorgen dat zo’n grote oorlog niet nog eens zou uitbreken?
   
Hoe kwam er een einde aan de Eerste Wereldoorlog?

Problemen voor Rusland

Je hebt al eerder gelezen dat de soldaten aan het westfront jarenlang min of meer op dezelfde plaats tegenover elkaar lagen. Aan het oostelijk front ging het anders, daar veroverden Rusland en de Triple Alliantie meerdere keren grote gebieden van elkaar. Het Russische leger had wel een nadeel: Het bestond voor een groot deel uit slecht getrainde boeren. En het Russische leger had te weinig wapens. In sommige legeronderdelen was er voor iedere vier mannen maar één geweer.
Doordat er zoveel boeren in het leger zaten, werd er in Rusland te weinig voedsel geproduceerd. Hierdoor ontstonden er voedseltekorten en honger. Na drie jaar pikte het Russische volk het niet meer. In 1917 kwam het volk in opstand en kreeg Rusland een nieuw bestuur. Hierover lees je meer in hoofdstuk 3.
   
Het nieuwe bestuur van Rusland sloot vrede met de Triple Alliantie. In het verdrag van Brest-Litovsk werd afgesproken dat Rusland in ruil voor vrede bijna een kwart van het Russische grondgebied aan de Duitsers moest afstaan.
Bron 5: Kaart van Europa. Rusland moest een groot gebied (op de kaart weergegeven in blauw  en rood) afstaan aan Duitsland.

Een nieuwe vijand voor de centralen

Behalve op het land en in de lucht werd de Eerste Wereldoorlog ook op zee uitgevochten. Volgens de internationale regels mocht er geen geweld worden gebruikt tegen schepen van neutrale landen. 
Bron 6: Een Duitse duikboot torpedeert een Amerikaans schip. 
Engelse schepen vielen Duitse schepen aan en deden daarbij net of ze bij een neutraal land hoorden. De bedoeling was dat de Duitsers op een gegeven moment niet meer zouden afwachten of een neutraal schip wel echt neutraal was, maar zelf als eerste zouden schieten. Dan zouden schepen van neutrale landen worden vernietigd. De Engelse minister Churchill hoopte dat de regeringen van die landen zo kwaad op Duitsland zouden worden dat ze de oorlog aan Duitsland zouden verklaren. 
De Duitse legerleiding besloot al kort na de Engelse acties dat hun duikboten voortaan alle schepen mochten aanvallen, ook die van de neutrale landen.Tijdens deze onbeperkte duikbootoorlog kwamen onder andere vele honderden Amerikaanse burgers om het leven. De Amerikanen waren daar niet blij mee en in 1917 verklaarden ze de oorlog aan de Triple Alliantie. 

Bron 7: Duitse duikboten in een Belgische haven. 

Wapenstilstand en vrede

De frisse, nog niet moegevochten Amerikaanse soldaten gaven de doorslag. De Duitsers konden niet tegen hen op. 

Op 11 november 1918 ging de wapenstilstand in. De gevechten waren voorbij. In het Franse stadje Versailles, bij Parijs, werd vergaderd over de straf die de Triple Alliantie zou krijgen. Vooral Frankrijk wilde dat Duitsland keihard zou worden gestraft, zodat Duitsland Frankrijk nooit meer militair zou kunnen bedreigen. 
Uiteindelijk werden in het Verdrag van Versailles de volgende afspraken gemaakt:
• Duitsland moest een deel van het Duitse grondgebied en zijn koloniën afstaan.
• Duitsland mocht voortaan nog maar een klein leger hebben.
• Duitsland moest een enorme schadevergoeding betalen.
• Oostenrijk-Hongarije werd opgesplitst in een aantal kleinere landen.

De Duitsers waren woedend over het Verdrag. Een Verdrag is een afspraak, een deal. Volgens veel Duitsers was hier helemaal geen sprake van een afspraak, maar werd Duitsland gedwongen de vredesvoorwaarden te accepteren.

Nooit meer oorlog! 

De Eerste Wereldoorlog had niet alleen miljoenen soldaten het leven gekost, maar ook honderdduizenden burgers. Verder was er veel kapot gemaakt: fabrieken, huizen, bruggen, wegen. De oorlog had het leven van de burgers dus sterk beïnvloed. De Eerste Wereldoorlog wordt daarom een totale oorlog genoemd.
   
De vreselijke oorlog had aangetoond dat de manier waarop volken met elkaar omgingen, verouderd was. Het militairisme, de oorlogen – om niks, de bondgenootschappen die van kleine oorlogen grote oorlogen maakten, dit alles moest veranderen. 
Bron 8: Een tekening over de Volkenbond uit 1919.
Vooral de Amerikaanse president Wilson vond dat regeringen voortaan hun ruzies op moesten lossen door met elkaar te praten. Hiervoor werd de Volkenbond opgericht. Deze organisatie was weinig succesvol, maar het was wel een teken dat regeringen beseften dat ze alleen een oorlog moesten beginnen als er geen enkele andere oplossing was voor een conflict.

2.3 opdrachten

1. Lees: Problemen voor Rusland.
a. Welk verschil was er tussen het westfront en het oostfront?
b. Welke twee problemen hadden de Russische soldaten?
c. Welk probleem hadden de Russische burgers?

d. Lenin, een belangrijke tegenstander van de Russische regering, woonde in Zwitserland. In 1917 hielpen de Duitsers hem om terug te keren naar Rusland. Waarom deden zij dat?

e. Leg uit waarom sommige Russen vonden dat de nieuwe Russische regering hun land hadden verraden door het verdrag van Brest-Litovsk te ondertekenen.

f. Miljoenen Duitse soldaten vochten aan het oostfront. Na de vrede van Brest-Litovsk werden die naar het westfront gebracht. De Duitse opperbevelhebber Erich von Falkenhayn schreef aan de Duitse keizer dat de oorlog nu snel zou worden gewonnen. Waarom dacht hij dat?

2. Lees: Wapenstilstand en vrede
a. Welke van de afspraken van Versailles zal een Duitse nationalist de ergste hebben gevonden?
b. Welke van de afspraken van Versailles zal een Duitse militarist de ergste hebben gevonden?
c. Waarom wilde juist Frankrijk Duitsland zo hard aanpakken?

d. Leg de volgende afspraak uit:
De enorme schadevergoeding was niet alleen bedoeld om de oorlogsschade te herstellen, maar het was ook een middel om Duitsland zwak te houden.

3. A. Verklaar de uitspraak dat de Eerste Wereldoorlog een hele generatie mannen heeft vernietigd.
B. Bedenk waarom het voor een land een ramp is wanneer het zo’n groot deel van de jonge, sterke mannen kwijt is.
Afbeelding
4. < Bekijk de afbeelding
a. Op de ketting van de hond staat ‘de oorlogshond’. Op zijn muilkorf staat ‘De Volkenbond’. Voor wie of wat staat de hond symbool. Kies uit: De Volkenbond/oorlog/president Wilson.

b. Hoe laat de tekenaar zien dat oorlog iets vreselijks is waartegen je moet doen wat je kunt?
c. Hoe laat de tekenaar zien dat de Volkenbond een middel is om oorlogen te voorkomen?

d. Is de tekenaar een voorstander of een tegenstander van de Volkenbond? Leg je antwoord uit.

2.4 Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog 

Nederland vocht niet mee in de Eerste Wereldoorlog. De grote hoeveelheid slachtoffers en de enorme schade waarmee de vechtende landen te maken hadden, bleven Nederland bespaard. Maar betekent dat ook dat Nederland helemaal geen last had van de oorlog?

Welke gevolgen had de Eerste Wereldoorlog voor Nederland. 

De grens

België was, net als Nederland neutraal. Toch raakte België bij de oorlog betrokken. Dat kon Nederland ook overkomen. Daarom besloot de Nederlandse regering dat het leger klaar moest staan om het land te verdedigen bij een aanval. Tijdens deze mobilisatie, die vier jaar duurde, moesten 200.000 mannen zich melden bij de kazernes. Ze werden bijvoorbeeld ingezet om de grens te bewaken. 
Bron 9: Nederlandse soldaten gemobiliseerd in het fort van Ooltgensplaat.  

Op de vlucht

Honderdduizenden Belgen vluchtten voor het oorlogsgeweld naar Nederland. Volgens internationale wetgeving was Nederland als neutraal land verplicht de oorlogsvluchtelingen op te vangen. Dit bleek een flinke opgave te zijn, in oktober 1914 waren er al ruim 1 miljoen Belgische vluchtelingen in Nederland. Nadat de situatie iets veiliger was geworden in België gingen veel vluchtelingen weer terug naar huis. In 1916 waren er nog maar 80.000 Belgische vluchtelingen. 

de dodendraad 

De grens tussen Nederland en België werd bewaakt door het Duitse en Nederlandse leger. De soldaten moesten ervoor zorgen dat Belgische soldaten niet naar Nederland vluchtten om aan te sterken, zodat ze later fit konden keren naar de oorlog. Verder moesten ze erop toezien dat er niet gesmokkeld werd. De prijzen van spek, boter, zeep en brood waren in België namelijk enorm gestegen, Nederlandse smokkelaars probeerden hun producten met veel winst aan de Belgen te verkopen. 
De grensbewakingstroepen bleken echter niet waakzaam genoeg. Ze knepen vaak een oogje toe. Eind 1914 besloten de Duitse autoriteiten in België dat de grens hermetisch moest worden afgesloten. In 1915 werd begonnen met de aanleg van een 180 kilometer lange grensversperring, helemaal van Zeebrugge tot aan Vaals, die weldra een beruchte naam kreeg: de dodendraad. De ijzeren draden stonden onder stroom. Schattingen van het aantal dodelijke slachtoffers lopen uiteen van enkele honderden tot 3000. 
Bron 10: Een Duitse soldaat en twee Nederlandse soldaten vinden een dood lichaam bij de dodendraad. 

Buitenlandse soldaten 

Behalve de burgervluchtelingen kreeg Nederland ook gevluchte militairen op zijn grondgebied, onder wie ruim 30.000 Belgen, 1750 Britten en 1460 Duitsers. De Belgische en Britse militairen verkozen ballingschap boven krijgsgevangenschap; bij de Duitsers ging het vaak om deserteurs.

Nederland was verplicht deze soldaten in kampen op te sluiten en hen goed te laten bewaken. In deze kampen was de sfeer niet best.

Tekorten 

De Nederlandse economie had veel last van de oorlog. Vanwege het oorlogsgeweld nam de internationale handel af. Het vervoeren van grondstoffen, fabrieksproducten en voedsel over zee werd erg gevaarlijk. Honderden Nederlandse handelsschepen werden geraakt door torpedo’s. Hierbij kwamen vele matrozen om het leven. In de loop van de oorlog ontstonden tekorten aan steeds meer producten. Om de beschikbare producten zo eerlijk mogelijk te verdelen, kreeg vanaf 1917 ieder gezin distributiebonnen. Alleen als je zo’n bon inleverde, had je het recht om een bepaald product te kopen. 
Ondanks de distributie was er toch vaak te weinig voedsel. Toen in juni 1917 een groep Amsterdamse vrouwen hoorde dat er een schip vol aardappelen in een van de grachten lag, gingen zij erop af en plunderden het schip. De dag erna waren er meer groepen mensen die begonnen te plunderen. Het lukte de politie niet de mensen tot de orde te roepen. Het leger kwam erbij en schoot zes arbeiders dood. Pas daarna kwam er een einde aan de gebeurtenissen die bekend zijn geworden onder de naam ‘Aardappeloproer’. 

2.4 opdrachten

1. Wat betekent het woord ‘neutraal’?
 
2. Was de mobilisatie van het Nederlandse leger tijdens de oorlog noodzakelijk, of heeft de regering een beetje overdreven gereageerd door zoveel mensen te mobiliseren? Leg je antwoord uit!

3. Wat heeft de onbeperkte duikbuitoorlog te maken met de tekorten in Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog?

4. Welke drie grote gevolgen had de oorlog voor Nederland?

Begrippen

Kolonie: Gebied dat door een ander land veroverd is en bestuurd wordt.

Nationalisme: Trots zijn op je eigen volk en land.

Militarisme: Trots zijn op alles wat met het leger te maken heeft: uniformen, wapens, medailles.

Bondgenootschap: Een groep landen die economisch of militair helpen.

Von Schlieffenplan: Aanvalsplan dat de Duitse legerleiding aan het begin van de Eerste Wereldoorlog probeerde uit te voeren.

Neutraal: Niet betrokken zijn bij een oorlog; geen partij kiezen.

Loopgraaf: Smalle gang in de grond die soldaten graven om zich te beschermen tegen aanvallen van de vijand.

Verdrag van Brest-litovsk: Vredesverdrag tussen de Sovjet-Unie (nieuwe naam van rusland) en de Centralen.

Onbeperkte duikbootoorlog: De beslissing van de Duitse legerleiding om voortaan alle schepen, dus ook die van neutrale landen, met hun duikboten aan te vallen.

Verdrag van Versailles: Naam van een vredesverdrag dat in 1919 in het Franse plaatsje Versailles werd ondertekend door alle landen die bij de Eerste Wereldoorlog betrokken waren. Vooral Duitsland kreeg in het Verdrag van Versailles zware straffen opgelegd.

Totale oorlog: Een oorlog waarbij niet alleen soldaten, maar de hele maatschappij is betrokken.

Volkenbond: Organisatie die na de Eerste Wereldoorlog werd opgericht en waarin vertegenwoordigers van tientallen landen met elkaar overlegden. Het doel van de Volkenbond was het voorkomen van nieuwe oorlogen.

Mobilisatie: Het leger klaarmaken voor de oorlog. Het Nederlandse leger was tijdens de Eerste Wereldoorlog gemobiliseerd.

Artillerie: Kanonnen.

Deserteren: Weglopen uit het leger.

Distributiebonnen: Bonnen die mensen het recht geven een product te kopen.

Eenheidsstaat: Een land dat bestuurd wordt vanuit één hoofdstad, door één regering.

Epidemie: Uitbraak van een besmettelijke ziekte waarbij veel mensen in korte tijd de ziekte krijgen.

Influenza: Griep.

Tsaar: Russisch woord voor keizer.

Jaartallen

Juni 1914: Moord op Franz-Ferdinand

Juli 1914: Begin Eerste Wereldoorlog

Oktober 1914: Begin loopgravenoorlog

April 1917: Verenigde Staten doen mee aan de oorlog.

1918: Wapenstilstand

1919: Verdrag van Versailles 

Antwoorden

Kijk je antwoorden na als je alle opdrachten gemaakt hebt. Je docent weet het wachtwoord.