ZIntuigen

Zintuigen
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend luisterenBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 6 videos.

Onderdelen in deze les

Zintuigen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat is geen zintuig
A
handen
B
oren
C
ogen
D
buik

Slide 3 - Quizvraag

Wat doe je met je tong?
A
kijken
B
horen
C
proeven
D
ruiken

Slide 4 - Quizvraag

Wat doe je met je ogen?
A
kijken
B
horen
C
voelen
D
ruiken

Slide 5 - Quizvraag

Welk zintuig hoort bij voelen?
A
oren
B
ogen
C
handen
D
neus

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Wat zit in het midden van de iris?
A
het oog
B
de pupil
C
een zwart puntje
D
de iris

Slide 8 - Quizvraag

Wat komt door de pupil je oog binnen?
A
licht
B
filmpjes
C
plaatjes
D
zwart en wit licht

Slide 9 - Quizvraag

Hoe komt het beeld je oog binnen?
A
recht
B
draaiend
C
schuin
D
op zijn kop

Slide 10 - Quizvraag

Als je een bril zou dragen die de hele wereld ondersteboven zet, hoelang hebben je hersenen dan nodig om alles goed te zetten
A
1 week
B
3 weken
C
2 weken
D
het staat gelijk goed

Slide 11 - Quizvraag

Als het beeld in je ogen net voor je netvlies terecht komt.
Hoe noemen we dit?
A
bijziend
B
goedziend
C
verziend
D
slechtziend

Slide 12 - Quizvraag

Als het beeld in je ogen net achter je netvlies terecht komt.
Hoe noemen we dit?
A
bijziend
B
goedziend
C
verziend
D
slechtziend

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Wat is aan het einde van je gehoorgang?
A
trommel
B
trommelgang
C
trommelbuis
D
trommelvlies

Slide 15 - Quizvraag

Wat voor lucht is geluid
A
bewegende lucht
B
trillende lucht
C
zingende lucht
D
pratende lucht

Slide 16 - Quizvraag

Wat zitten er allemaal in het slakkenhuis?
A
botjes
B
haartjes
C
zuurstof
D
zenuwen

Slide 17 - Quizvraag

Wat zit er bovenin je neus?
A
een zintuig
B
het reukorgaan
C
een botje
D
een ruikorgaan

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video

Waar zit het reukorgaan?
A
aan het begin van je neus
B
midden in je neus
C
vlakbij je ogen
D
aan de buitenkant van je neus

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een cilia?
A
slijm
B
een ander woord voor reukorgaan
C
snot
D
kleine haartjes

Slide 21 - Quizvraag

Onze reukzin is sterk gekoppeld aan onze emotie. Wat kan het oproepen?
A
herinneringen en gevoelens
B
alleen herinneringen
C
alleen gevoelens
D
het roept niks op

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Video

Hoe noemen we de uitstulpingen van de smaakknoppen?
A
pupillen
B
smaakpapillen
C
smaakknoppen
D
de tong

Slide 24 - Quizvraag

Waar zitten bijna geen smaakpapillen
A
vooraan je tong
B
aan de zijkant van je tong
C
achteraan je tong
D
op het midden van je tong

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Video

Hoeveel kurken heb je nodig voor het onderzoek?
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 27 - Quizvraag

Met wat voel je beter?
A
bovenkant hand
B
onderkant voet

Slide 28 - Quizvraag