Zakelijke e-mail 3B

Zakelijke e-mail schrijven
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Zakelijke e-mail schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Ik schrijf een persoonlijke e-mail naar de Cool Cat als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Ik heb een ontzettend leuk weekend gehad
en daar wil ik mijn oma over vertellen.
Ik schrijf een ........
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 3 - Quizvraag

Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 4 - Quizvraag

??
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail is.
  • Ik weet voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld. 
  • Ik weet wat de juiste indeling van een zakelijke e-mail is. 
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 5 - Tekstslide

Leespubliek =
Aan wie je schrijft

Je schrijft aan iemand die je niet persoonlijk kent. iemand bij een instelling of bedrijf

Bijvoorbeeld:
De tandarts,  of Vodafone,  je docent

Slide 6 - Tekstslide

Tekstdoel
Wanneer schrijf je de zakelijke e-mail?  Met welk doel?

Bijvoorbeeld:
  • Je hebt een vraag aan je docent.
  • Je wilt een afspraak verzetten bij de tandarts.
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon.
  • Je hebt een klacht over een jas die je gekocht hebt.

Slide 7 - Tekstslide

Taalgebruik
Een persoonlijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je  niet persoonlijk kent?
Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. 

U, Mevrouw ......,  ( Dus geen je en jij!)

Dit noem je formeel taalgebruik

Slide 8 - Tekstslide

Indeling (conventies)

Aan:                  e-mailadres van de geadresseerde ( degene die de e-mail moet ontvangen.)
Onderwerp:  Hier vul je kort in waar de mail over gaat (liefst één woord)

Aanhef:           Geachte heer/ mevrouw,  of Geachte mevrouw Teller, 
Inleiding:        Mijn naam is ...... Ik schrijf u deze e-mail,  omdat.........  (voorstellen en aanleiding)
Kern:                Je vertelt waar het echt om gaat (gegevens en vragen)
Slot:                 Je vertelt wat je van de ontvanger verwacht. ( Ik hoop......

Slotformule:  Met vriendelijke groet,  Hoogachtend, 
Voor- en Achternaam:  Samantha de Rade

Slide 9 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.

Slide 10 - Quizvraag

In de kern........
A
Vertel ik wie ik ben.
B
Vertel ik wat ik verwacht van de ontvanger.
C
Vertel ik waar het echt om gaat.

Slide 11 - Quizvraag

Een passende slotformule voor mijn aakelijke e-mail is.....?
Tip: Er zijn meerdere antwoorden goed!
A
Hoogachtend,
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 12 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail 
  • Ik weet voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld.  
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail.  
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 13 - Tekstslide