2 m les 15

Welkom!

Lesdoel: ik weet hoe ik een betoog moet schrijven.

Verkooppraatjes 

1. Voorkennis: wat is een betoog? Wat zijn sterke argumenten? Waarom voorbeelden?

2. Bespreken schrijven hs 4: opdracht 2 en 3 (blz. 138). 

3. Maken opdracht 4: bouwplan voor betoog.

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Lesdoel: ik weet hoe ik een betoog moet schrijven.

Verkooppraatjes 

1. Voorkennis: wat is een betoog? Wat zijn sterke argumenten? Waarom voorbeelden?

2. Bespreken schrijven hs 4: opdracht 2 en 3 (blz. 138). 

3. Maken opdracht 4: bouwplan voor betoog.

Slide 1 - Tekstslide

1) Voorkennis

Wat weet je al?

Wat zijn de eigenschappen van een feit?

Wat zijn de eigenschappen van een mening?

Waarom is het belangrijk dat je feiten en meningen kunt onderscheiden?


Slide 2 - Tekstslide


Een feit
- kun je controleren;
- kun je bewijzen;
- kun je niet weerleggen.

Over een feit kun je niet van mening verschillen; het is zoals het is. 

Slide 3 - Tekstslide


Een mening
- is persoonlijk, is van jou;
- kun je ondersteunen (onderbouwen) met argumenten ("Ik vind dit, want ...");
- een mening kun je veranderen.

Slide 4 - Tekstslide


En wat is dan een standpunt?

Slide 5 - Tekstslide

Leesvaardigheid Nederlands hs 1 t/m 3: 

- We zijn bezig geweest met het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst. 

Is de hoofdgedachte van een tekst een feit of een mening?

- We zijn bezig geweest met signaalwoorden. 

Wat was ook alweer een signaalwoord?

Aan welke signaalwoorden kun je zien dat er een feit, mening of argument komt?

Slide 6 - Tekstslide

2) Tekstsoorten 

Sommige teksten zijn bedoeld om alleen feiten weer te geven.

Andere teksten zijn juist waardeloos als er geen meningen in staan.

Slide 7 - Tekstslide

Hieronder zie je acht tekstsoorten. In welke teksten behoren alleen feiten te staan?
1. Handleiding voor installatie van een tv-toetsel.
2. Forum op internet.
3. Recept voor cupcakes.
4. Advertentie voor zomerkleding. 
5. Weblog over reizen.
6. Dienstregeling van de trein.
7. Routebeschrijving van Voorburg naar Zutphen.
8. Ingezonden brief in de krant.
Hieronder zie je zeven tekstsoorten. In welke teksten behoren alleen feiten te staan en geen meningen?

1) Handleiding voor installatie van een tv-toestel.
2) Nieuwsbericht.
3) Recept voor cupcakes.
4) Advertentie voor zomerkleding.
5) Weblog over reizen
6) Routebeschrijving van Zutphen naar Voorburg
7) Tv-commentaar in de krant

Schrijf de nummers van deze tekstsoorten in je schrift.

Slide 8 - Tekstslide

verkooppraatjes

Nog doen:

Lezen hs 4: opdracht 3 (al af?) 4

extra leesopdracht uit oefenboek
filmpje ghettomeiden


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

bespreken so ww spelling, oplossing: uit het oog, uit het hart
https://maken.wikiwijs.nl/52691/Woordenschat___Spreekwoorden_HV12#!page-2259565


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf een spannend, kort verhaal met één van de volgende beginzinnen:

- Hij heeft me gezien, ik weet het zeker.

- Met een klap viel de deur dicht.

- Ik dacht dat ik alleen thuis was. 

Slide 13 - Tekstslide

Criteria:
- het moet een boek zijn voor 12+;
- het boek moet staan op www. jeugdbibiliotheek.nl;
- het moet van een Nederlandse schrijver zijn (geen vertaling);
- geen verfilming;
- ieder boek mag maar één keer gekozen zijn in de klas. 

Slide 14 - Tekstslide

v
Pak je leesboek

Slide 15 - Tekstslide

Toetsplanning periode 3

- SO spreken 2 leerlingen per les (verkooppraatje)

- 15 februari: SO fictie ('Knalhard')

- 18 maart: SO betoog schrijven

- 25 maart: SO grammatica zinsdelen (hs 1-3) en grammatica woordsoorten (hs 1-4)

GPW3 (week 3 april): Lezen hoofdstuk 1 t/m 5


Slide 16 - Tekstslide