Les 65(BASIS) en 42(KGT


 
Lesdoel

Terugblik

Instructie

Aan de slag
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


 
Lesdoel

Terugblik

Instructie

Aan de slag

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Verschillende soorten teksten 
Schrijf de 4 tekstsoorten in je boek/schrift

 

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

Informatieve tekst
Instructietekst
Betogende tekst
Overhalende tekst

 

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik

Welk doel hebben deze tekstsoorten? 
Overleg in je groepje

 

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen

Je leert hoe je meningen en argumenten in een tekst herkent. 
 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
Opdracht 1: 
Basis: Lees de tekst Beste theaterdirecteuren op blz. 102

KGT: Lees de tekst Veganistisch model loopt boos weg uit shoot op blz. 88

Wat is het voor een soort tekst? 


Slide 6 - Tekstslide

Opdracht
Opdracht 2: 
Ga in de tekst op zoek naar de mening. Dit is vaak maar 1 zin. Hier staat wat iemand vindt. 


Slide 7 - Tekstslide

BELANGRIJK
In een overtuigende/betogende tekst vind je de mening van de schrijver. Een mening is hoe je over iets denkt of wat je ervan vindt. 

Mening begint vaak met: Ik vind.... 

Argumenten leggen de mening uit. 

Slide 8 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Wat?
Basis:
Les 65: opdracht 1 t/m 14
KGT
les 42: opdracht 1 t/m 12
Hoe?
Lees de opdrachten en gebruik het vak belangrijk
Mening = ik vind
Argument = waarom iemand iets vindt
Klaar?
Laat je werk aan mij zien, kijk je werk na en verbeter je werk ook. Aftekenen bij mij
Tijd?
20 minuten

Slide 9 - Tekstslide

Leesopdracht
Lees de tekst in je boek. 

Slide 10 - Tekstslide

Opdrachten
1) Schrijf 1 zin op die bijvoorbeeld lang is of moeilijke woorden heeft. 
4) Belangrijk
5) Belangrijk
6) Kijk naar stukken die er niet perse in hoeven
7) Kijk naar woorden als want en omdat, die kunnen er soms uit en dan begint een nieuwe zin. 

Slide 11 - Tekstslide

Reflectie
Kwamen jullie veel moeilijke woorden tegen? Hoe heb je dit aangepakt? 
Heeft iedereen evenveel gedaan in het groepje? Waardoor wel of waardoor niet?
Zijn jullie tevreden over de samenwerking?
Hebben jullie nieuwe betekenissen geleerd?

Slide 12 - Tekstslide