HA2: Oefenen met examenteksten DUI

Examenteksten 
oefenen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Examenteksten 
oefenen

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Je kunt Duitse teksten lezen en hierbij vragen beantwoorden

Je weet hoe je multiple choice vragen moet beantwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat wordt over de katten in dit bericht gemeld?
A
Ze maakten bij een brand hun baasje wakker
B
Ze veroorzaakten een grote brand in een woning
C
Ze werden uit een brandende woning gered

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Wat moet je volgens de tekst laten zien om extra korting op de entreeprijs te krijgen?
A
je pasje van de ziektekostenverzekering
B
je paspoort of je identiteitskaart
C
je schoolpasje

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Hoe reisden de jeugdspelers van Bayern München naar hun trainingen? (alinea 1)
A
De club regelde hun vervoer
B
Hun ouders reden om de beurt
C
Ze gingen met het openbaar vervoer

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Met welke twee woorden begint het tweede deel? Schrijf de 2 woorden in het Duits over

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Geef een reden waarom Timo besloot te stoppen met profvoetballen
(in het Nederlands)

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Welke uitspraak over Timo past het beste bij alinea 4?
A
Timo is lid geworden van een amateur-voetbalteam
B
Timo mist af en toe de tijd dat hij prof-voetballer was
C
Timo vindt dat studeren beter bij hem past dan voetballen
D
Timo wil later in zijn werk graag met sporters bezig zijn

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Aan wie is deze oproep gericht?
A
aan baasjes die 's morgens vroeg hun hond uitlaten
B
aan krantenabonnees die een hond hebben
C
aan postbodes die bang zijn voor honden

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het gevolg daarvan volgens deze tekst?
A
Op golfterreinen wordt alleen nog kunstgras gelegd
B
Sommige mensen verven hun gazon
C
Toeristen blijven weg vanwege de droogte

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Wat is de bedoeling van de "Probereise" waarvoor Janina en Theo werden uitgenodigd?
De organisatoren wilden ...
A
alvast een uitgebreide zeiltraining aan de jongeren geven
B
bepalen welke jongeren mochten deelnemen aan het zeilproject
C
een sollicitatiegesprek met de jongeren voeren

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Welke uitspraak komt overeen met alinea 2?
A
Aan boord gaan evenveel begeleiders als jongeren mee
B
Aan boord helpen de jongeren mee met alle taken die bij zeilen horen
C
Aan boord moeten de jongeren veel werk voor school doen

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Hoe denken Janina's vriendinnen erover dat Janina mee op reis is gegaan? (alinea 3)
A
Ze missen haar ontzettend
B
Ze vinden het heel stoer van haar
C
Ze zijn een beetje jaloers op haar

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Wat wordt in alinea 4 gezegd over de jongeren van het schip?
Welke zijn juist?
A
1, 2
B
2, 3
C
3, 4
D
1, 4

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Wat wordt duidelijk uit alinea 5?
A
De kinderen hebben geen tijd gehad om hun ouders te missen
B
De ouders kijken uit naar een telefoontje van hun kinderen
C
De ouders mogen binnenkort bij hun kinderen op bezoek komen

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Welke uitspraak over een winkeldief past bij de tekst?
A
Hij had vooral sterke drank gestolen
B
Hij raakte bij zijn arrestatie gewond
C
Hij viel over zijn eigen buit

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

De 2 redenen:

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Tekstslide

Wat bakt de banketbakker 's morgens het eerst?
producten die ..
A
door klanten besteld zijn
B
eerder goed verkocht werden
C
veel bereidingstijd nodig hebben

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Welk tussenkopje past inhoudelijk bij alinea 3?
A
Der Arbeitstag
B
Die Geschichte der Konditorei
C
Lieber Konditor als Bäcker

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Op welke manier passen de laatste 2 zinnen van de tekst bij elkaar?
De laatste zin ...
A
geeft aan dat de eerste zin fout is
B
legt uit wat de zin ervoor betekent
C
versterkt wat er in de zin ervoor staat

Slide 38 - Quizvraag