Pre-gymnasium

Welkom bij biologie
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom bij biologie

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
- Bouw en werking van het oog
- Verwerking van beeld en de hersenen
- Stroop test

Slide 2 - Tekstslide

Wat is waarnemen?

Slide 3 - Open vraag

Met welke organen kunnen wij waarnemen?

Slide 4 - Open vraag

Welk orgaan, of welke organen heb je nodig om te kunnen zien?

Slide 5 - Open vraag

Het oog
Wat doet het oog?

Waardoor kun je zien?

Slide 6 - Tekstslide

De hersenen
Hersengebieden




Slide 7 - Tekstslide

Het oog
Waardoor zie je beeld?




Slide 8 - Tekstslide

De hersenen
Waar in je lichaam
bevinden de hersens 
zich?

Wat is de functie van de 
hersenen?


Slide 9 - Tekstslide

Het stroop-effect
Het stroop-effect is ook zo’n een automatisch
proces in je hersenen. Het Stroop-effect is
vernoemd naar – hoe kan het ook anders –
meneer Stroop.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Stroop test
Test 1: Lees de zwartgedrukte woorden voor.
Test 2: Benoem de kleuren van de rechthoeken.
Test 3: Benoem de kleur van het woord, zonder het woord op te lezen. 

Meet van alle 3 de tests de tijd die je nodig hebt om het af te leggen.

Slide 15 - Tekstslide

Bereken het gemiddelde
Hoe bereken je het gemiddelde?

Bereken het gemiddelde van jullie tafel.

Bereken het gemiddelde van de klas. 

Slide 16 - Tekstslide

Resultaten
Test 1:

Test 2:

Test 3: 

Slide 17 - Tekstslide

Opruimen
Lever de stroop testen in.
Leg de stopwatches terug in de bak. 
Lever de wisbordjes en stiften in. 

Volgende les: 10.50 in lokaal NZ02

Slide 18 - Tekstslide

Conclusie
Wat kun je zeggen over de Stroop - test en hoe snel deze wordt afgelegd?

Nieuwe vraag: Kun je beter worden met de Stroop test?

Slide 19 - Tekstslide

Optische Illusies = gezichtsbedrog


Een optische illusie is verschil tussen realiteit en wat de hersenen denkt te zien. De informatie die is verzameld wordt door het oog verwerkt een beeld in de hersenen. 

Slide 20 - Tekstslide

Welke lijn is
het langst?

Slide 21 - Tekstslide

Even lang! Kijk maar!

Slide 22 - Tekstslide

En wat zie je hier?

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

De danseres
 Als ze tegen de wijzers van de klok draait, dan gebruik je vooral de linkerhelft van je hersenen. Dat is de helft die zich bezig houdt met cijfertjes, met details, met het concrete...
Als ze in de richting van de wijzers van deklok draait, dan gebruik je vooral de rechterhelft van je hersenen. Die helft houdt zich bezig met meer abstracte zaken, met intuïtie, met beelden...

Daag je zelf uit en probeer de danseres in beide richtingen te zien draaien!

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video