Imperativo, de gebiedende wijs (5-6)

¡Bienvenidos a la clase de español!
Hoy es........
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos a la clase de español!
Hoy es........

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué hacemos hoy?
  • ¿Qué hemos hecho?

  • ¡A trabajar!

  • Fin de la clase








  • El objetivo 
  • Instrucción (10)
  • Conjugar verbos (10)
  • Evaluación 

Slide 2 - Tekstslide

1) Bekijk het filmpje op blz. 33 van je boekje aquí vivo yo over de imperativo - de gebiedende wijs .

2) Lees en leer de uitleg op blz. 33, 34 en 35 van je boekje aquí vivo yo.
¿Qué hemos hecho?

Slide 3 - Woordweb

El objetivo

Slide 4 - Tekstslide

Imperfecto
Waarvoor wordt de imperativo gebruikt? 
De imperativo, of gebiedendewijs, wordt gebruikt om een opdracht of aanwijzing te geven. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Imperativo

Slide 7 - Tekstslide

Imperativo

Slide 8 - Tekstslide

Imperativo

Slide 9 - Tekstslide

Imperativo

Slide 10 - Tekstslide

Imperativo

Slide 11 - Tekstslide

Welke onregelmatige werkwoorden zijn er in de imperativo?

Slide 12 - Tekstslide

  • decir = zeggen
  • hacer = doen
  • poner = leggen
  • salir = wegggaan
  • venir = komen
  • ver = zien
  • dar = geven
  • tener = hebben
  • estar = zijn (zich bevinden)
  • ir = gaan
  • ser = zijn
  • oír = horen

Slide 13 - Tekstslide

Hebben jullie goed opgelet?

Beantwoord de volgende vragen met LessonUp!

Slide 14 - Tekstslide

Kies de juiste vorm van de imperativo:

____________(girar, tú) a la derecha.
A
gires
B
gira
C
giro
D
gire

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van de imperativo:

____________(coger, vosotros) el metro
A
coges
B
coga
C
cogéis
D
coged

Slide 16 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van de imperativo:

___________(girar, usted) a la izquierda.

Slide 17 - Open vraag

Vul de juiste vorm in van de imperativo:
Si están enfermos,_____(beber, ustedes) mucha agua.

Slide 18 - Open vraag

Vul de juiste vorm in van de imperativo:

__________(decir, tú) dónde está el supermercado.
.

Slide 19 - Open vraag

¿Tiempo libre? 
Haz los ejercicios de tarea 4.4 en tu cuaderno.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

¿Qué has aprendido hoy?

Slide 22 - Woordweb

Ik begrijp de lesstof....
A
onvoldoende
B
redelijk
C
voldoende
D
goed

Slide 23 - Quizvraag

Fin de la clase...



  • ¿Preguntas?

  • Wat ging goed?

  • Wat kan er verbeteren?









    Volgende les?
    ¿Qué?
    Imperativo

    ¿Preparar?
    Maak de oefeningen van tarea 4.4 in je boekje "aquí vivo yo"

    Slide 24 - Tekstslide

    ¿Qué tal la clase?

    Slide 25 - Tekstslide