H3.5 Hersenen

H3.5 Hersenen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H3.5 Hersenen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je leert uit welke delen je hersenen bestaan, hoe ze werken en hoe je leert
  • Je leert over het zenuwstelsel van wormen

Slide 2 - Tekstslide

Hoe zitten je hersenen in elkaar?
- Grote hersenen
- Kleine hersenen
- Hersenstam

Om de hersenen ligt een vlies met bloedvaten, dat zuurstof en voeding toevoert.

Slide 3 - Tekstslide

Grote hersenen
Hersenshors
Hersencentra

Elk type zintuig is verbonden met een hersencentrum vb. spraakcentrum

Veel verwerkte informatie vastleggen> je geheugen 

Slide 4 - Tekstslide

Kleine hersenen
Zorgen ervoor dat je bewegingen goed uitvoert. 

 Spieren moeten precies op tijd hun werk doen, anders val je om...
 
Je kleine hersenen zorgen voor de coördinatie van de impulsen naar je spieren.

Slide 5 - Tekstslide

Hersenstam
De verbinding van de grote en de kleine hersenen met je ruggenmerg.
 Hier liggen verschillende centra die de processen in je lichaam regelen die onbewust gebeuren. 
Dat zijn dus levensprocessen die ‘vanzelf’ gaan, zoals je ademhaling, hartslag, de regeling van je lichaamstemperatuur en je pupilreflex.

Slide 6 - Tekstslide

Grote hersenen

Slide 7 - Tekstslide

Kleine hersenen (met groen aangegeven)

Slide 8 - Tekstslide

Hersenstam (met rood aangegeven)

Slide 9 - Tekstslide

Wat verandert in je hersenen als je leert?
Als je iets leert, ontstaan er verbindingen tussen de zenuwcellen in je hersenen 

Leren fietsen of lopen bijv.:
Hierdoor kunnen hersenen steeds beter spieren sturen en bewegingen in juiste volgorde uitvoeren

Veel oefenen - het gaat steeds beter

Slide 10 - Tekstslide

Wat heb jij 3 dagen geleden gegeten?

Slide 11 - Woordweb

Hoe werkt je geheugen?
Kortetermijngeheugen - max 30 min; boodschappenlijst of telefoonnummer

Langetermijngeheugen - belangrijke informatie, bv eigen telefoonnummer herhalen. Hierdoor ontstaat een sterke, vaste route door de hersenen: geheugenspoor

Slide 12 - Tekstslide

Leren
Herhalen - zenuwcellen op je hersenschors worden verbonden tot een vaste route: geheugenspoor

Hoe vaker je een geheugenspoor gebruikt, hoe makkelijker je de informatie kunt oproepen

Wil je goed leren voor je toets? > HERHALEN!

Langetermijngeheugen en geheugenspoor

Slide 13 - Tekstslide

Hebben alle dieren hersenen?
Gewervelde dieren: hebben hersenen, die ongeveer hetzelfde gebouwd zijn 
Veel ongewervelde dieren hebben geen hersenen zoals: sponzen, kwallen of zeesterren

Slide 14 - Tekstslide

Hebben alle dieren hersenen?
Sommige ongewervelde dieren hebben zeer eenvoudige hersenen, v.b: regenworm
- Zenuwknopen - groep cellen waar impulsen samenkomen en die segmenten aanstuurt
- Vangt lichtprikkels op in kop/staart met speciale zintuigen
- Vangt trillingen op met speciale drukzintuigjes in de huid

Slide 15 - Tekstslide

Aan het werk 

Slide 16 - Tekstslide

Welk deel van de hersenen zorgt dat je spieren op de juiste manier bewegen?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam

Slide 17 - Quizvraag

Als je goed leert voor een toets, gebruik je je...
A
Kortetermijngeheugen
B
Langetermijngeheugen

Slide 18 - Quizvraag

Als je de dag voor de toets pas begint met leren gebruik je je...
A
Kortetermijngeheugen
B
Langetermijngeheugen

Slide 19 - Quizvraag

Waar of niet? Alle dieren hebben hersenen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Aan het werk
Maken: opdracht 2 t/m 14
Opdracht 6 even overslaan> als laatst maken!

Zelfstandig werken

Slide 21 - Tekstslide

Ik ga op vakantie en ik neem mee.....

Slide 22 - Tekstslide