Huidproblemen in de gezondheidszorg

(ADL)

1 / 26

Slide 1: Tekstslide

VerzorgingVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Lesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Huidproblemen in de gezondheidszorg

(ADL)

Slide 1 - Tekstslide

In deze les ga je leren:

- Wat de meest voorkomende huidproblemen zijn die je als ADL- assistent tegen kan komen

- Hoe je deze problemen kan voorkomen

- Hoe en waarom je huidproblemen altijd moet rapporteren

Slide 2 - Tekstslide

De meest voorkomende huidproblemen bij (oudere) zorgvragers zijn:

- Decubitus (doorligplekken)

- Smetplekken

- Wondjes

Slide 3 - Tekstslide

Decubitus

Decubitus is een ander woord voor 'doorliggen' of drukplek. Iedere zorgvrager die niet meer goed kan bewegen loopt het risico op decubitus. Decubitus ontstaat door langdurige druk op dezelfde plaats. Door deze druk beschadigt de huid en het onderliggende weefsel. Dit kan leiden tot roodheid van de huid, een milde vorm van decubitus, of zelfs tot diepe wonden bij zeer ernstige decubitus. Decubitus komt heel vaak voor en is moeilijk te genezen.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Decubituswond op de hiel

Slide 7 - Tekstslide

Smetten

Smetten is een aandoening van het huid. Het komt vooral voor in huidplooien, zoals liezen, bilnaad, buikplooi en onder de borsten.

Smetten ontstaat door een combinatie van oorzaken zoals warmte, vocht en wrijving. Het komt dan ook vaker voor als het warm is.

Slide 8 - Tekstslide

Herkennen van smetten

1. de huid is rood;

2. soms zijn er schilfertjes;

3. soms is de huid vochtig of zijn er scheurtjes in de huid zichtbaar

4. zorgvrager kan last hebben van pijn, jeuk en/of een onaangename geur.

Slide 9 - Tekstslide

voorbeeld van smetplekken

Slide 10 - Tekstslide

Wat kan je doen bij smetten?

Om smetten te voorkomen of in een vroeg stadium (als de huid licht rood en niet kapot is) te behandelen, is het belangrijk om de huid dagelijks goed te verzorgen, de huidplooien goed droog te houden en huid- op-huid contact en overmatig zweten te voorkomen.

Slide 11 - Tekstslide

Behandeling bij smetplekken

Maak de huid goed droog, maar doe dit voorzichtig door deppend te drogen (niet wrijven). Maak de huid direct schoon bij verlies van urine of ontlasting. Breng om de huid droog te houden een heel dun laagje zinkoxidesmeersel aan op de huid (60% zinkoxide in 40% arachideolie, verkrijgbaar bij de apotheek of drogist). Soms is het nodig dat de dokter een speciale crème

voorschrijft!

Slide 12 - Tekstslide

Wondjes

Bij oudere mensen wordt de buitenste huidlaag dunner en droger, waardoor de huid brozer wordt. Naast de fragiele huid is er ook meer risico op het ontwikkelen van scheurwonden door: onvoldoende of slechte voeding; onvoldoende doorbloeding (donkere verkleuringen), veel in dezelfde houding zitten/liggen. Sneller stoten of vallen (evenwichtsproblemen, niet goed kunnen zien)

Slide 13 - Tekstslide

Wondjes en diabetes (suikerziekte)

Mensen met suikerziekte hebben een grotere kans op infecties. Ook genezen wondjes bij deze mensen minder goed. Dit kan ernstige gevolgen hebben. Als een zorgvrager suikerziekte (diabetes) heeft moet een wondje extra goed geobserveerd en behandeld worden!

Slide 14 - Tekstslide

Observeren en rapporteren van huidproblemen

Het observeren en rapporteren van huidproblemen is een belangrijke taak van een ADL-assistent. Soms heeft een zorgvrager zelf niet eens door dat er een probleem is. Meestal is het zo dat wanneer je iets op tijd signaleert, een groter probleem voorkomen kan worden.

Slide 15 - Tekstslide

Stel je ziet een huidprobleem. Wat doe je dan?

Je moet het altijd doorgeven als je iets ziet. Dit doe je bij de verantwoordelijke verpleegkundige of verzorgende IG. Als je rapporteert dan moet je zo duidelijk/precies (specifiek) mogelijk aangeven wat je hebt gezien.

Vermeld altijd: plaats van het huidprobleem en omschrijf wat je ziet (kleur/grootte/geur/open of dicht). Vraag ook altijd aan de zorgvrager wat hij/zij er zelf van voelt.

Slide 16 - Tekstslide

Let op!

- Wees respectvol als je rapporteert, zeker als je iets op moet schrijven. Laat je eigen mening achterwege. Ofwel, blijf altijd OBJECTIEF en rapporteer de feiten.

- Ga niet zelf bedenken wat het is en zelf zomaar iets behandelen. Het is aan de verpleegkundige, verzorgende of arts om te besluiten welke behandeling geschikt is.