Schrijven 3 - 2F

WELKOM!
Afspraken:
- Je hebt je jas uit en je tas is van tafel.
- We eten niet in de klas.
- Telefoon (en evt. oortjes) gaat in je tas.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBeroepsopleiding

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

WELKOM!
Afspraken:
- Je hebt je jas uit en je tas is van tafel.
- We eten niet in de klas.
- Telefoon (en evt. oortjes) gaat in je tas.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
- Terugblik vorige les 
- Examen schrijven: de mail
- Opdracht maken

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik -> Verkenning
Tijd? Hoeveel opdrachten? Wat voor teksten?
1. Tekstsoort: Welke opbouw gebruik ik?
2. Onderwerp: Waar gaat het over?
3. Schrijfdoel: Wat wil ik bereiken?
4. Doelgroep: Voor wie schrijf ik?

Slide 3 - Tekstslide

Waar moet je nog meer opletten?
- Hoofdletters, komma's, punten,                    vraagtekens, uitroeptekens.
- Spelling van samenstellingen.
- Werkwoordspelling.
- Algemene spelling.

Slide 4 - Tekstslide

Belangrijkste...
- Houd je aan de opdracht!
- 3 argumenten geven? -> dan geef je er 3!
- 2 redenen -> dan geef je er 2!
- Check continue of je goed bezig bent!
- Eindcontrole = alles nakijken!!

Slide 5 - Tekstslide

Een zakelijke e-mail leren schrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Doelen
  1. Je kent de structuur van een e-mail
  2. Je weet wat informeel en formeel taalgebruik is
  3. Je kunt beschrijven wat je in de inleiding, het middenstuk en het slot schrijft
  4. Je weet waar je op moet letten na afloop van de opdracht

Slide 7 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Hoe ziet de layout van een e-mail eruit? 
  • Formeel/informeel taalgebruik
  • Indeling e-mail
  • Opdracht maken 

Slide 8 - Tekstslide

Hoe ziet de layout v/e e-mail eruit?

  1. Van: …………………………..
  2. Aan: …………………………..
  3. Onderwerp: ……………….
  4. Bijlage(n): …………………..


Slide 9 - Tekstslide

INFORMEEL
(vrienden, familie etc.)

  • Schatje 
  • Lieve 
  • Yo coach 
  • Thnxs 
  • Groetjes, see you 

FORMEEL
(instanties)

  • Geachte 
  • Beste 
  • Gebruik u / uw i.p.v. je of jullie 
  • Dank u wel 
  • Met vriendelijke groet 

Slide 10 - Tekstslide




Indeling van een e-mail
  1. Aanhef  
  2. Inleiding  
  3. Middenstuk  

  4. Slot  
  5. Afsluiting 
  • Geachte…… of Beste……. 
  • Wie ben je en waarom schrijf je. 
  • Informatie. Boodschap. Vragen. Verwijzing naar bijlagen. 
  • Verwachting. Bedanken.
  • Met vriendelijke groet,
    Je naam

Slide 11 - Tekstslide

Vergeet de komma niet!!!!!!!!!!!!
Vergeet de komma niet!!!!!!!!!!!!
Nieuwe zin met HOOFDLETTER beginnen!!!!!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

CHECKEN

  • Zijn alle punten uit de opdracht benoemd? 
  • Voldoet mijn lay-out aan een e-mail? 
  • Is de indeling goed? 
  • Is het taalgebruik correct? 
  • Is de bijlage genoemd? 

Slide 14 - Tekstslide

AAN DE SLAG!
WAT? E-mail schrijven (zie opdracht)
HOE? Op het bijgeleverde blaadje
HULP? Hand omhoog 
TIJD? 20 minuten
UITKOMST? Je hebt een zakelijke e-mail geschreven.
KLAAR? Lever je opdracht met uitwerking in. Begin met het lezen van theorie 6 en 7 (vanaf blz. 130)
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide