filmonderdelen les 1 Merletcollege

LES 1: verhaal maken Merletcollege
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3,4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

LES 1: verhaal maken Merletcollege

Slide 1 - Tekstslide

hoihoi
Vraag
Informatie
Opdracht
Kijk
Benodigdheden
Tip

Slide 2 - Tekstslide

Les 2
Storyboard
Les 1
Verhaal
Les 3
Reclame
Les 4
Acteren
Les 5
Art direction
Les 6
Muziek & geluid
Les 7
Filmen
Les 8
Montage

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Introductie
- Verhaal op basis van een meegemaakte gebeurtenis
- Verhaal op basis van een interesse ergens voor

- In een filmverhaal kun je dingen veranderen, toevoegen 
  en/of weglaten. 

- Vraag jezelf af; wat je hebt bedacht, zou dat in het echt 
  kunnen gebeuren?

Slide 5 - Tekstslide

Een filmverhaal noemen we ook wel een script of scenario
Een script beschrijft wie wat/waar doet en zegt. 

In alle landen ziet elk script er precies hetzelfde uit en heeft het dezelfde opbouw. Alleen de inhoud (het verhaal) is dus anders. 
Het lettertype is altijd 'Courier', met lettergrootte 12


Eén pagina (A4) uit een script duurt bijna altijd 1 minuut in de film. Een script van 90 pagina's levert dus 1,5 uur film op.   

Een script beschrijft alles 
in de tegenwoordige tijd 
en in actieve vorm. 

Zo ziet lettertype Courier eruit. 
Miranda gilt, maar Lia hoort haar niet 
omdat ze muziek luistert.
Miranda is aan het gillen, maar Lia hoort haar niet 
omdat ze muziek aan het luisteren is.

Slide 6 - Tekstslide

Elke scene in een script begint met de locatie:

   INT. / EXT. LOCATIE - SPECIFIEKE LOCATIE -- NACHT / DAG

INT.   =   interior   =   binnen
EXT.  =   exterior  =   buiten
   Voorbeeld 1:   INT. SCHOOL - KLASLOKAAL GROEP 7/8 -- DAG
   Voorbeeld 2:  EXT. SCHOOLPLEIN -- DAG

Vervolgens schrijf je kort (in een paar zinnen) waar de scene over gaat
Vervolgens plaats je ingesprongen (na 9 spaties) de naam van het personage die wat zegt in hoofdletters. Daaronder (na 6 spaties) noteer je de tekst die het personage zegt. 

Slide 7 - Tekstslide

EXT. SCHOOLPLEIN - KLIMREK -- DAG

De schoolbel gaat, maar Tess en Elif zijn druk aan het kletsen en horen die niet. 

         TESS
      Ik weet niet wat ik aan moet naar het feestje van Tom.

         ELIF
      Maar jij vindt Tom toch helemaal niet aardig? 

Tess en Elif schrikken op van een raar tikkend geluid.  
          

<-- Locatie in hoofdletters
<-- Algemene info
<-- Personage in hoofdletters, inspingen na 9 spaties
<-- Personage in hoofdletters, inspingen na 9 spaties
^ Algemene info
^ Gesproken tekst, inspringen na 6 spaties
^ Gesproken tekst, inspringen na 6 spaties

Slide 8 - Tekstslide



De leerlingen zijn druk aan het kletsen. De juf is geïrriteerd. 

         JUF
      En nu moet het stil zijn!

De leerlingen schrikken en plotseling is het stil. 

         JUF
      Pak snel je rekenspullen.  

Slide 9 - Tekstslide

Verhaal
Een verhaal bestaat uit 3 delen: begin - midden - eind
BEGIN
Over wie gaat het en 
waar speelt het zich af?
MIDDEN
Wat gebeurt er en waarom?
EIND
Hoe loopt het af?

Slide 10 - Tekstslide

BEGIN
Over wie gaat het, en 
waar en wanneer speelt het zich af?
MIDDEN
Wat gebeurt er en waarom?
EIND
Hoe loopt het af?
Verhaal verzinnen
Bedenk een verhaal voor de eigen film. Noteer het verhaal in bijlage 1.2. 
Aantal rollen
Let op het aantal rollen! Het zou leuk zijn als zo veel mogelijk kinderen te zien zijn in de film.
Haalbaarheid
Let op de haalbaarheid! Het moet in/rondom de school te filmen zijn. 
Bijlage 1.2 (werkblad)
Evt. bijlage 1.3 (basisverhalen)

Slide 11 - Tekstslide