3.1 Het klimaat

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

3.1 Chili klimaat

Leerdoelen / begrippen:

Theorie:

- wat er uniek is aan de ligging van Chili

- welke klimaten Chili heeft

- welke factoren van invloed zijn op de klimaten in Chili

- wat El Niño is, hoe het ontstaat en wat de gevolgen ervan zijn

Begrippen:

Theorie: El Niño, hogedrukgebied, hooggebergteklimaat, klimaat, mediterraan klimaat, regenschaduw, stuwingsregen, waterdamp, zeeklimaat

Basisboek: breedteligging, lagedrukgebied, lijzijde, loefzijde, luchtstreek, regenschaduw, stuwingsregen, temperatuurfactor

Basisboek: B64 (alleen ligging H en L gebieden; figuur 2.24), B47, B58

Waarom zijn er grote temperatuurverschillen in Chili?

Uniek land:

4000 km lang

max. 175 km breed

Temperatuurfactoren:  B47

1.  Breedteligging 
2. Hoogteligging 
3. Ligging tov gebergten
4. Ligging ten opzichte van de zee
5. Wind- en zeestromen

Chili

Argentinië

passaat wind

Zomers warm en droog, winters mild en de meeste neerslag.

Sterke invloed van de zee.

Het hele jaar door Neerslag, minder in de zomer.

Gemiddelde temperatuur, niet warm, niet koud.

Altijd onder de 10 graden. 

De grond is altijd bevroren. 

Veel Neerslag, vaak in de vorm van sneeuw.

Hoe verklaar je de droge plekken in Chili?

1. groot deel vh jaar hoge druk gebied voor de kust 

2. de Humboldstroom

3. invloed van gebergte 

Tussen 25 en 45 graden Z.B. ligt een hoge drukgebied (subtropisch maximum). 

Hoge druk = dalende lucht. Aan het aardoppervlak stroomt het weg naar noord en zuid. De lucht die naar beneden komt is koud maar warmt op door de warmte van de aarde. 

Warme lucht kan meer waterdamp bevatten. Waardoor de bewolking oplost = geen neerslag.

Chili

Argentinië

passaat wind

Andesgebergte -> stuwingsneerslag

in het Noorden van Chili