Terugkoppeling blok 1 en 2

Check Blok 1 en 2
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Check Blok 1 en 2

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht brief VOC
Filmpje ter inspiratie

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Waarom werd de VOC opgericht?

Slide 4 - Open vraag

Maak de opdracht vaardigheden. 


  1. Maak deze opdracht in tweetallen.
  2. Zie het uitgedeelde blaadje. 
  3. 1 Atlas per groepje.
timer
15:00

Slide 5 - Tekstslide

Geef 3 voorbeelden van producten die de VOC mee naar Nederland nam

Slide 6 - Open vraag

Wanneer werd de VOC opgericht?
A
1602
B
1702
C
1900
D
1902

Slide 7 - Quizvraag

Stelling:
Een voordeel van de VOC is dat ze samen sterk stonden tegen buitenlandse concurrenten.
A
Deze stelling is juist
B
Deze stelling is onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Hoe kwam het dat Amsterdam zo belangrijk werd?
A
Amsterdam vervoerde wollen stoffen over de hele wereld.
B
Amsterdam had een gunstige ligging en daarbij vervoerde ze zelf specerijen vanuit Azië.
C
Amsterdam was de eerste stad die onafhankelijk werd van Spanje.
D
Alle antwoorden zijn onjuist.

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent wereldhandel?
A
Reizigers die op vakantie gaan.
B
Handel binnen je eigen land.
C
De totale handel over de hele wereld.
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 10 - Quizvraag

Hoe ontstond De Republiek?
A
Doordat Nederland opeens heel rijk werd.
B
De koning van Spanje wilde geen koning van Nederland meer zijn.
C
Doordat Nederland in opstand kwam tegen de koning van Spanje.
D
Doordat de Belgische koning door Nederland werd verslagen.

Slide 11 - Quizvraag

Welke stad werd in de 17e eeuw de belangrijkste stad ter wereld?
A
Rotterdam
B
Java
C
Antwerpen
D
Amsterdam

Slide 12 - Quizvraag

Hoe kwam het dat Amsterdam zo belangrijk werd?
A
Amsterdam vervoerde wollen stoffen over de hele wereld.
B
Amsterdam had een gunstige ligging en daarbij vervoerde ze zelf specerijen vanuit Azië.
C
Amsterdam was de eerste stad die onafhankelijk werd van Spanje.
D
Alle antwoorden zijn onjuist.

Slide 13 - Quizvraag

Nootmuskaat, kaneel en kruidnagel werd gehaald uit...
A
Java
B
Batavia
C
Molukken
D
Jakarta

Slide 14 - Quizvraag

Waarom lukte het Willem Barentsz niet om de weg naar Azië te vinden?
A
Hij verdwaalde
B
Hij ging de verkeerde kant op
C
Hij kwam vast te zitten in het ijs
D
Hij leed schipbreuk

Slide 15 - Quizvraag

Waarom gingen de Nederlanders zelf naar Azië?
A
Om geld te verdienen
B
Omdat ze dat leuk vonden
C
Om meer landen te ontdekken
D
Om een handelsroute naar Indië te vinden

Slide 16 - Quizvraag

Met dit (hier nagebouwde) schip, voeren drie schippers vanaf Texel op 2 april 1595 naar Indië. 

Met 249 mannen gingen ze heen, met 87 mannen kwamen ze terug.
De rest ging dood aan scheurbuik en kregen een zeemansgraf (werden overboord gegooid). 

Dus konden ze meer specerijen meenemen! 
Vandaar het spreekwoord: De ene zijn dood is de ander zijn brood

Slide 17 - Tekstslide

Handelschip of oorlogschip?
De schippers die handelden werden koopvaarders genoemd. 

De schepen werden meer en meer bewapend met kanonnen. 

Om zich te verdedigen tegen piraten, dieven en concurrenten. 

Slide 18 - Tekstslide

Waartegen moesten koopvaarders zich verdedigen?
Kies 1 goed antwoord.
A
Concurrenten
B
Dieven
C
Kanonskogels
D
Piraten

Slide 19 - Quizvraag

Compagnie
Nederlandse kooplieden wilden deze specerijen zelf in
Azië inkopen. Daarom vormden enkele Amsterdamse
kooplieden een 'compagnie' = een onderneming, een bedrijf. 

De mensen in een compagnie zorgden met elkaar voor geld, schepen en bemanning.

Slide 20 - Tekstslide

Teveel peper!
Alle compagnieen waren concurrenten van elkaar. 
Iedereen was in hun boot aan het racen om zoveel mogelijk specerijen mee te nemen!

Maar de mensen in Indië waren ook niet gek, die vroegen hogere prijzen. Hun peper, kaneel, nootmuskaat was populair!  
De compagnieën zaten elkaar dwars, schoten elkaars boten leken maakten flink ruzie. 

Het gevolg was dat er heel veel specerijen in Nederland te koop waren. Teveel! 

Tja, hoeveel peper heeft een mens eigenlijk nodig...
De prijzen daalden en de kooplieden kwamen niet van hun specerijen af. Wat nu? 

Slide 21 - Tekstslide

VOC
Om een einde te maken aan alle compagnieen en kooplieden die elkaar dwars zaten werden ze gedwongen om samen te werken. 

Er werd 1 grote organisatie opgezet: de VOC.
De Vereenigde Oostindische Compagnie.

Slide 22 - Tekstslide

Wat betekent de afkorting VOC?

Slide 23 - Open vraag

Waarom werd de VOC opgezet?
A
Om de compagnieën dwars te zitten
B
Om de onderlinge ruzies en teveel aan specerijen op te lossen
C
Zodat het minder druk was op zee met al die schepen
D
Omdat er een teveel aan specerijen was in Nederland

Slide 24 - Quizvraag

De VOC had 4 speciale rechten: 


  1. -oorlog voeren en afspraken maken met vorsten in Azië
  2. - forten en handelsposten bouwen
  3. - soldaten sturen
  4. - zeggen wie er bestuurder is

Slide 25 - Tekstslide

Noem 2 rechten die de VOC had.

Slide 26 - Woordweb

Forten bouwen
De VOC ging forten bouwen in Azie, om hun handel te verdedigen. 

Ook dwongen ze de bevolking om specerijen te verbouwen.

De VOC gebruikte dwang en geweld om te krijgen wat ze wilden. 

Slide 27 - Tekstslide

Delfts blauw
Eten op dure borden van Chinees porcelein, met blauwe beschilderingen. 

Zie je dat goedkomen, die tere aardewerken borden in een klotsend schip? Scherven brengen geluk? Al die borden gingen stuk!

Dus begon er in Delft deze borden na te maken. We noemen deze borden 'Delfts blauw'. 



Slide 28 - Tekstslide

Driemaster
Dit VOC schip heeft een driemaster. Je telt drie masten. 

De VOC had zijn eigen schepen. Een driemaster was wel veertig 
meter lang! Drie zeilen gaat sneller dan 1 zeil. 
In totaal bezat de VOC 1500 van deze grote schepen. 
Ze werden gebouwd op eigen scheepswerven.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Tekstslide