Begeleiden en opvoeden B les 2

Begeleiden en opvoeden B
Ruzie 
Les 2
Leerjaar 1
Periode 4
Caroline Willemse 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Begeleiden en opvoeden B
Ruzie 
Les 2
Leerjaar 1
Periode 4
Caroline Willemse 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat is storend gedrag

Slide 3 - Open vraag

Er zijn verschillende manieren om storend gedrag in de groep te voorkomen.

Welke is niet juist?
A
Hanteren van duidelijke regels.
B
Benoemen wat goed gaat.
C
Groepjes zorgvuldig samenstellen.
D
Kinderen zo stil mogelijk laten zitten.

Slide 4 - Quizvraag

lesdoelen
Aan het eind van deze les:

  • Weet je wat ruzie is;
  • Kun je tips geven over wat je kunt doen om ruzies te voorkomen of niet verder te laten escaleren;
  • Weet je te omschrijven hoe je in geval van ruzie kunt bemiddelen.

Slide 5 - Tekstslide

Ruzie 
Waar kinderen samen spelen, kan ruzie ontstaan. Tussen kinderen onderling, klasgenootjes, kinderen uit de buurt, of zelfs met zijn allerbeste vriendje of vriendinnetje. Hoe ga je hier als begeleider mee om? En hoe zorg je dat een ruzie niet uit de hand loopt maar wordt opgelost?

Slide 6 - Tekstslide

Hoe ga je om met ruzie tussen kinderen?

Slide 7 - Open vraag

Lees H 11.3 uit je boek en beantwoord de vragen.
  1. Is ruziemaken slecht?
  2. Wat leert een kind van ruzie maken? 
  3. Wanneer moet je ingrijpen bij ruzie tussen kinderen?
  4. Ruzie maken verschilt per leeftijdsfase. Op welke ontwikkelingsfase maken ze het meest ruzie en waar gaan de meeste ruzies over? 
  5. Vanaf welke leeftijd zijn kinderen in staat ruzie te begrijpen?
  6. Wat kun je doen bij een kind dat veel ruzie maakt?
  7. Welke tips helpen om een ruzie op te lossen? 

Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.
Daarna bespreken we in de klas. 
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Ruzie oplossen
Iedereen heeft wel eens ruzie. Jij ook. De ene keer los je de ruzie beter op dan de andere keer. Bekijk het filmpje. Welke stappen worden hier gezet om het conflict op te lossen?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Ruzie oplossen: Storm 
STAP 1: Stel vragen! Wat is het probleem?

STAP 2: Toon Respect. Laat kinderen naar elkaar luisteren (Wat ziet, voelt, denkt de ander?)
Geef ze de kans om hun verhaal te doen in de ik-vorm. Help ze met het onder woorden brengen van hun gevoelens. Hoor hun verhaal. Raak niet betrokken in het conflict. Ga niet op zoek naar DE waarheid. Er is alleen maar beleving. Blijf een buitenstaander. Vat aan het eind de situatie samen: dus als ik het goed begrijp dan is voor jou het probleem…en voor jou het probleem….klopt dat?
STAP 3: Oplossingen laten bedenken door de kinderen.
Vraag de kinderen hoe ze het probleem kunnen oplossen. Laat ze zelf voorstellen doen. En laat ze vooral meerdere oplossingen bedenken. Blijf in je rol als coach.
STAP 4: Rustig met elkaar een oplossing kiezen die voor beiden goed voelt
STAP 5: Mekaar bedanken voor de manier waarop ze het samen hebben opgelost. Sluit af met een handdruk of een boks.
STAP 6: Vraag later nog even of het gelukt is. Laat ze vooral zelf voor een oplossing kiezen. Geef ze vooral een compliment als ze hierin geslaagd zijn.






Slide 11 - Tekstslide


Wat voor ruziemaker ben jij?
Doe de test via: test.quest.nl
https://tests.quest.nl/psychologie/wat-voor-ruziemaker-ben-jij

Slide 12 - Tekstslide

Eind Opdracht: In deze opdracht beschrijf je twee ruziesituaties, waarin jij een rol speelde.
In de ene situatie heb je de ruzie (volgens jou) goed opgelost en in de andere situatie heb je de ruzie (volgens jou) niet goed opgelost. Hoe ga je te werk?
  1. Beschrijf een ruzie, die je goed hebt opgelost. Geef een duidelijke beschrijving van de situatie, de betrokkenen en hoe je de ruzie hebt weten op te lossen. Je mag maximaal vijftien minuten gebruiken om deze beschrijving te maken.
  2. Beschrijf een ruzie, die je niet goed hebt opgelost. Geef een duidelijke beschrijving van de situatie en de betrokkenen. Beschrijf ook hoe de ruzie is afgelopen. Zou je, achteraf gezien, de situatie nu beter kunnen oplossen?
  3. Vergelijk jouw ruziebeschrijving waarin je geen goede oplossing hebt gevonden met de beschrijving van je medeleerling. Is de situatie vergelijkbaar? 
  4. Jullie hebben inmiddels veel nagedacht over het oplossen van ruzies. Beschrijf drie dingen die volgens jullie onmisbaar zijn om een ruzie op te lossen. Hiervoor mag je vijf minuten gebruiken.

Ik zal jullie ruziebeschrijvingen en oplossingen voor het portfolio bekijken via It's.
Daarbij let ik op: Heb je de ruziesituatie duidelijk omschreven: wie waren de betrokkenen, waar ging de ruzie over?
Heb je in beide situaties duidelijk omschreven hoe de ruzie wel of niet is opgelost? Hebben jullie je gezamenlijke punten opgeschreven over het oplossen van ruzies? Hebben jullie originele (ruzie)situaties bedacht?
Hebben jullie originele (ruzie)situaties bedacht?
Bevatten jullie omschrijvingen geen taalfouten?


Slide 13 - Tekstslide



Huiswerk 


Nu je veel weet over ruzie ga je verder aan je handboek. Dat betekent dat je het onderdeel storend gedrag in je handboek afmaakt en start met ‘ruzie’.

Slide 14 - Tekstslide