Basis zorg palliatieve zorg

Palliatieve zorg 
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Palliatieve zorg 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel
Na deze les ...
- weet je wat het verschil is tussen palliatieve- en terminale zorg?
- kan je benoemen wat het doel is van palliatieve zorg.
-ken je de verzorgende taken binnen palliatieve zorg en het stervensproces.
- kan je het verschillende aspecten noemen van palliatieve zorg bij verstandelijk gehandicapten 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

inhoud
- Palliatieve zorg
- Rouw

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over palliatieve zorg

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg = 
Onder palliatieve zorg valt alle zorg en ondersteuning die erop gericht is de man of vrouw met een levensbedreigende ziekte (en zijn naasten) een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te geven.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verschil:
Terminale zorg is gericht op de kwaliteit van sterven.
Palliatieve zorg is gericht op de kwaliteit van leven.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

4 fasen in de palliatieve zorg
1.ziektegericht:
 de ziekte wordt behandeld zonder dat genezing mogelijk is
2;. symptoomgerichte palliatie
de focus licht op het verlichten en onder controle houden van de symptomen. de ziekte schrijdt voort, de cliënt al verzwakken en minder mobiel worden . de symptomen verergeren en in deze fase worden beslissingen genomen rondom het levenseinde.
3. palliatie in de stervensfase:hier verschuift de aandacht van kwaliteit van leven naar kwaliteit van sterven
4. de nazorg. dit wordt ook gezien als onderdeel van de palliatieve zorg. soms hebben naasten behoefte aan ondersteuning tijdens de rouwarbeid

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is euthanasie?
Het leven van een patiënt op een waardige manier beëindigen door het toedienen van medicijnen.​
De patiënt vraagt, de arts voert het uit​.

Euthanasie mag bij:​
uitzichtloos​
en ondragelijk lijden


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het stervensproces
Ieder mens sterft op zijn eigen manier/wijze​


Factoren die van invloed zijn:​
Persoonlijkheid van de stervende​
Leeftijd​
Lichamelijke gesteldheid​
Beleving van pijn​
Sociale omgeving van de stervende​
levensovertuiging







Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijke aspecten
Afhankelijk van ziekte of aandoening kun je de volgende lichamelijk aspecten zien:​
Slap worden van gezichtsspieren, ingevallen wangen​
Ogen die “niet” zien​
Vermindering van zintuigelijke functies. Pas op vermindering! Blijf contact maken!​
Verslapping spieren​
Verminderde hartfunctie​
Stoornissen in spijsvertering, behoefte aan vocht en voeding neemt af (verslikking!)​
Incontinentie​
Decubitus​
Evt. pijn​
Ademhalingsstoornissen: Cheyne Stokes​

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

taken verzorgende/verpleging bij palliatieve zorg

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

taken verzorgende/verpleging
- De omgeving​

- Houding in bed​
- Eten en drinken​
- Incontinentie​
- Hygiënische verzorging​
- Pijnbestrijding 
- Religieuze aspecten




Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijke aspecten dood
De arts stelt de dood vast!!​
Stilstaan van het hart​
Stoppen ademhaling​
Gevoelloosheid​
Totale spierverslapping​
Aanwezigheid van lijkvlekken​
Lichaamswarmte verdwijnt​
Na enkele uren treedt lijkstijfheid op, ​
   na 72 uur verdwijnt dit.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taken  verpleegkundige bij overlijden
- Na het overlijden waarschuw je een arts​

- Afleggen wordt bijna altijd door de uitvaartondernemer gedaan, deze wordt ingelicht door de fam.​
- Heel soms leggen wij af met of zonder familie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

afwikkelen procedures
- lichaam wordt naar mortuarium gebracht of blijft thuis (op een koelplaat)​

- Nadat de overledene is opgehaald: bed afhalen, bed soppen, kamer luchten​
- Afspraken maken met de fam. maken over ophalen van de kledingen en eigendommen​
- Mutatieformulier invullen​
- Dossier sluiten​
- Indien cliënt verblijft in instelling doorgeven aan de receptie 




Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zorg na het overlijden, vlak na het overlijden
- Gevoelens zijn divers en overkomen nabestaanden​
- Nabestaanden weten dat hun geliefde overleden is, maar het beseffen het vaak nog niet​
- Regelzaken​
- Afscheid nemen​
- Gebruiken
- begeleiden rouwproces

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

rouwproces
Rouwtaken:​

1. aanvaarden van de werkelijkheid van het verlies​
2. ervaren van de pijn van het verlies​
3. aanpassen aan een leven zonder de overledene​
4. nieuwe plaats geven aan de overledene en opnieuw leren houden van het leven​
Manu Keirse




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg begint als het moment van sterven dichterbij komt?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg heeft ook betrekking op de naasten van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kwaliteit van leven is ook afhankelijk van de normen en waarden van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg is gericht op het vergroten van de autonomie van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als verzorgende in de terminale zorg hoor je op de hoogte te zijn van gewoontes rond sterven in de meest voorkomende religies
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met terminale zorgvragers moet je zo min mogelijk praten over pijn
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

terminale zorg is gericht op
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
stervensbegeleiding

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

waar staat palliatieve sedatie voor?
A
verhogen van bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt
B
om kwaliteit van sterven te verbeteren
C
om kwaliteit van leven te verbeteren
D
verlagen van het bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt

Slide 30 - Quizvraag

in de volgende dia krijg je uitleg van een arts over palliatieve sedatie
Zijn de lesdoelen bereikt?
Na deze les ...
- weet je wat het verschil is tussen palliatieve- en terminale zorg?
- kan je benoemen wat het doel is van palliatieve zorg.
-ken je de verzorgende taken binnen palliatieve zorg en het stervensproces.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

afsluiting
vragen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

websites

https://www.agora.nl/

https://palliaweb.nl/getmedia/e114ddd3-c237-442d-8eb9-1700462d6f47/THEMA-1-Agora,-Palliatieve-zorg-voor-mensen-met-een-verstandelijke-beperking,-2011.pdf

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is palliatieve zorg?
A
Kwantitatief goede zorg
B
Zorg door verschillende medici
C
Zorg die niet tot doel heeft te genezen maar zorg met goede kwaliteit
D
Zorg met doel genezen en met oog op goede kwaliteit

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg heeft ook betrekking op de naasten van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Palliatieve zorg is gericht op?
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
voorbereiden op een operatie

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies