Les 1 : Literatuur

Literatuur - les 1
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
WOStudiejaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Literatuur - les 1

Slide 1 - Tekstslide

Algemene instructie:
Zorg dat leerlingen pen en schrift bij de hand houden. Ze moeten namelijk aantekeningen maken tijdens de les. Deze aantekeningen verwerken ze in deel 2 van de les in een mindmap. 

Zet vooraf in Magister / Som/.... het bulkboek van Theo Knippenberg, maar deel de vereenvoudigde versie uit (eventueel bij deel 2 van de les), zodat leerlingen niet digitaal hoeven te lezen en ook aantekeningen / markeringen in de tekst kunnen aanbrengen. 

optioneel: werkboekje uitdelen met daarin aantekeningenbladen en ook de mogelijkheid om een mindmap in te vullen
Programma deel 1

Doelwoorden en lesdoelen
Opfrissen kennis middeleeuwen
Taal in de middeleeuwen
5 minuten pauze  
Programma deel 2

kenmerken middeleeuwse literatuur - mindmap
introductie Reinaert de Vos
korte quiz- doelenchecker
vooruitblik



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel 1 - Middeleeuwen & middelnederlands

Slide 3 - Tekstslide

Introduceer kort waarmee we de komende lessen aan de slag gaan
Doelwoorden deel 1
Middeleeuwen
Middelnederlands
Boekdrukkunst

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf de doelwoorden en lesdoelen op het bord! Zo kunnen de leerlingen steeds terugkijken wat de doelwoorden en lesdoelen zijn. 
Lesdoelen - deel 1
1. Je kunt drie periodes uit de middeleeuwen noemen
2. Je weet wat Middelnederlands is
3. Je weet wanneer en door wie de boekdrukkunst is uitgevonden




- Kennismaken met Reinart de Vos

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Middeleeuwen

Slide 6 - Woordweb

De leerlingen hebben bij geschiedenis de periode middeleeuwen behandeld. Deze vraag is bedoeld om de voorkennis op te halen. Wat schiet de leerlingen te binnen als we het hebben over de middeleeuwen. Toon na het invullen de antwoorden en pak er een paar uit. 
 middeleeuwen
  • 500-1500 (drie periodes verdeeld)
  • standenmaatschappij
  • ridderverhalen
  • weinig mensen konden lezen of schrijven
  • latijn - taal van de wetenschap
  • Middelnederlands

Slide 7 - Tekstslide

Geef hier in het algemeen kenmerken van de middeleeuwen aan. In de slides hierna kunt u per periode de belangrijkste kenmerken benoemen. 

Denk hier allereerst aan het begrip Middeleeuwen. Waarom noemen we dit zo?
Vroege  middeleeuwen

500-1000 n.C.
Adel en geestelijken
Geen literatuur bewaard

Hoge middeleeuwen

1000-1250 n.C.
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic enda thu, wat unbiddan we nu?

Slide 8 - Tekstslide

De middeleeuwen delen we op in drie periodes. Bij deze slide vertelt de docent een aantal basiskenmerken van de vroege middeleeuwen en de hoge middeleeuwen en licht deze ook toe. 

Denk ook aan de periode, standenmaatschappij, waarom is er geen literatuur bewaard gebleven? 
Ouds bewaarde literaire zin (zie ook latere slide waar deze wordt behandeld)

Mogelijk te gebruiken link: 

Late middeleeuwen
1250 - 1500 n.C.
De burgerij komt op

ca. 1450: Uitvinding boekdrukkunst - Johannes Gutenberg

spreektaal: Middelnederlands 

Slide 9 - Tekstslide

Bij deze slide vertelt de docent over de Late middeleeuwen. Denk hierbij aan de uitbreiding van de standenmaatschappij. Koppel daaraan bijvoorbeeld het Middelnederlands (zie ook latere slides). Denk aan de uitvinding van Gutenberg en de gevolgen daarvan
de middeleeuwen

De Nederlandse literatuur begint rond 1100

Hebban olla vogala nestas hagunnan 
hinase hic enda thu, wat unbiddan we nu?

Opdracht: bespreek in tweetallen deze zin. 
Welke woorden herken je?
Wat zou de zin kunnen betekenen? 
Noteer jullie bevindingen (5 minuten+ 5 minuten klassikaal bespreken)



Slide 10 - Tekstslide

De leerlingen gaan in tweetallen proberen de betekenis te achterhalen van deze zin. Welke woorden herkennen ze? Neem hiervoor niet langer dan 5 minuten. Het gaat er niet om dat ze precies weten wat de zin betekent, maar het gaat om de kennismaking met de taal van vroeger en wat daaruit nog herkenbaar is. 
Taal in de middeleeuwen
  • Middelnederlands (mengelmoes van dialecten)
  • ook wel 'Diets' genoemd (diet = volk)
  • geen standaardtaal
  • geen vaste spelling

Slide 11 - Tekstslide

https://www.literatuurgeschiedenis.org/middeleeuwen/middelnederlands-in-10-lessen

Slide 12 - Video

In dit filmpje zijn verschillende voorbeelden te beluisteren van hoe de Nederlandse taal vroeger moet hebben geklonken (duur ongeveer 7 minuten). Start met jaar 1500, 1000, 500.  

Opties voor korte nabespreking:
- in hoeverre is de taal nog herkenbaar?
- welke woorden heb je eruit kunnen
 halen?  

eenvoudig en kort: wat vonden jullie van het filmpje?
timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Laat de leerlingen even een korte pauze houden. De eerste les wordt er veel informatie gegeven en dat vergt veel concentratie. 

Gebruik de pauze om de doelwoorden en lesdoelen van deel 2 even op het bord te schrijven. Laat de doelwoorden en lesdoelen van deel 1 wel staan!
Deel 2: literatuur middeleeuwen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelwoorden
dichtvorm
theocentrisch
dierenepos
antropomorfisme

Slide 15 - Tekstslide

Schrijf de doelwoorden en lesdoelen weer op het bord (laat de woorden en doelen van deel 1 ook staan!)
Lesdoelen
Je weet wat een dierenepos is
Je kunt in eigen woorden vertellen wat antropomorfisme is
Je weet tenminste drie kenmerken van middeleeuwse literatuur
extra: je maakt kennis met Reinaert de Vos

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken middeleeuwse literatuur
Dichtvorm 
Volkskunst 
Theocentrisch (gericht op god en leven na de dood)
Didactisch
Moraliserend 


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dichtvorm en volkskunst
Weinig mensen konden lezen en schrijven
Bedoeld om voor te dragen - rijm is beter te onthouden

Volkskunst: geschreven voor de groep (gemeenschapskunst). Meestal eenvoudige teksten en vaak anoniem. 


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Didactisch en moraliserend

Didactisch: je moest er iets van leren

Moraliserend: goed en slecht van elkaar leren onderscheiden

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak een mindmap waarin je de informatie verwerkt 
die je tot nu toe hebt gekregen. Gebruik hiervoor je notities. 
Je kunt de mindmap in het werkboekje invullen. Heb je te weinig vakjes, maak er dan zelf een paar bij. 
Help elkaar door aantekeningen te vergelijken! klaar? Wissel uit met je buurman/buurvrouw om te controleren of er iets mist.
                                              tijd: 15 minuten
timer
10:00

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Middeleeuwse literatuur
Reinaert de Vos  (rond 1250)
Willem, die Madock maakte
Dierenepos
Antropomorfisme 

Slide 21 - Tekstslide

Een heel bekend verhaal uit de Middeleeuwen, rond 1250 geschreven, is Van den Vos Reynaerde van schrijver Willem, die Madock maakte. 

Dit verhaal is een satirisch dierenepos. Leg hier uit wat het begrip satire betekent en wat een dierenepos is. Koppel daaraan het begrip antropomorfisme. 
Geef eventueel voorbeelden van een satire (volgende slide, naar keuze weg te laten)
Dierenepos

Episch gedicht met dieren als hoofdpersonen
(episch: groots, belangrijk, uitzonderlijk)
(epos: heldendicht)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antropomorfisme
het toekennen van menselijke eigenschappen aan niet-menselijke wezens

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Satire 

de spot drijven met personen, normen, waarden of tradities, op humoristische wijze. 
ook wel hekeldicht genoemd
> kritiek geven op maatschappij of personen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

geef eventueel een actueler voorbeeld zoals het programma van Lubach, 

Slide 26 - Video

We gaan nu als introductie klassikaal luisteren naar het eerste deel van de Rapversie van Charlie May. Deel vooraf de tekst uit zodat de leerlingen de tekst mee kunnen lezen. 
Doelenchecker

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem de drie periodes van de middeleeuwen. Zet er ook een tijd bij.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken middeleeuwse literatuur
theocentrisch
standen in de middeleeuwen
Latijn
orale literatuur
moraliserend
didactisch
geschreven in dichtvorm
mondeling overgeleverde verhalen
taal v/d wetenschap en kerk
adel, geestelijkheid en boeren
op God gericht
Makkelijk om te onthouden
om te leren
Geeft aan wat goed of slecht is

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lezen en luisteren: 
- Rapteksten  2 t/m 7 > inclusief deel 1 ca. 30 minuten.
    Je mag aantekeningen of markeringen maken in de tekst! 
    (denk aan personages, karaktereigenschappen,....)

Wil je meer weten over Reinaert de vos en de teksten: blader en lees dan eens in het Bulkboek van Theo Knippenberg. 


Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende literatuurles:
Praten over Reinaert de Vos
Onderwerpen uit Reinaert de Vos
????  intertekstualiteit ???? 
Suske en Wiske 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies