-ll. kan het selectie criterium van het nieuws opsommen.
-ll. kan het begrip referentie kader in eigen woorden uitleggen.
-ll. kan het begrip selectieve perceptie in eigen woorden uitleggen.
Slide 4 - Tekstslide
Herhaling
Slide 5 - Tekstslide
Welke invalshoek herken je hier; De minister van onderwijs diende vorige week een wetsvoorstel in om dit probleem op te lossen
A
Politiek-juridisch
B
Veranderings-vergelijkend
C
Sociaal-economisch
D
Sociaal-cultureel
Slide 6 - Quizvraag
Media kunnen een socialiserende functie hebben omdat:
A
ze voor de gezelligeheid worden bekeken
B
ze normen en waarden overdragen
C
omdat ze je mening vormen
D
je op die manier informatie krijgt
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de sociaal-culturele invalshoek?
A
een manier volgens de politiek en regels en wetten
B
een manier waar we kijken naar de plek van mensen en de financiële belangen
C
een manier waarbij waarden en normen een grote rol spelen
D
Een manier hoe verschillende waarden, normen en belangen in tijd, plaats en groep worden bekeken
Slide 8 - Quizvraag
Massamedia hebben verschillende functies. Via journaals en nieuwssites krijg je ... over politiek of rampen.
A
Nieuws en informatie
B
Amusement
C
Meningsvorming
D
Cultuuroverdracht
Slide 9 - Quizvraag
Welke invalshoek? Wat heeft de overheid tot nu toe aan het probleem gedaan?
A
Sociaal economische
B
Politiek juridische
C
Sociaal culturele
D
Veranderings en Vergelijkende
Slide 10 - Quizvraag
Welke invalshoek? Wat zijn de financiële belangen van de betrokkenen?
A
Sociaal economische
B
Politiek juridische
C
Sociaal culturele
D
Veranderings en Vergelijkende
Slide 11 - Quizvraag
Wat wordt er bedoeld met de agendafunctie van de media?
A
De media geven informatie over politiek gebeurtenissen.
B
De media onderzoeken of politiek beleid effect heeft.
C
De media helpen de burgers om hun mening over de politiek te vormen.
D
De media zorgen ervoor dat politici zich met bepaalde onderwerpen gaan bezighouden.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is geen voorbeeld van massamedia?
A
TV
B
Krant
C
Radio
D
Verjaardagskaart
Slide 13 - Quizvraag
4 manieren waarop de media de politieke besluitvorming beïnvloed
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
Wat zouden selectie criteria van het nieuws kunnen zijn?
Slide 16 - Open vraag
Aantekeningen
Slide 17 - Tekstslide
P.5 Selectie van het nieuws
Waarom haalt de ene gebeurtenis het nieuws wel, en de andere gebeurtenis het nieuws
niet. Bij het maken van zo'n selectie letten de journalisten op de volgende criteria:
De actualiteit: een gebeurtenis moet nieuw zijn, iets van vorige week is niet relevant.
Bijzonder of uitzonderlijk: een gebeurtenis moet speciaal, uitzonderlijk, sensationeel zijn en niet niet vaak voorkomen.
De nabijheid: gebeurt het hier in Nederland? Of ergens ver in Afrika?
Doelgroep: voor wie wordt het eigenlijk geschreven? Jeugd journaal of NOS-stories?
Identiteit of doelstelling van het medium: wat vindt de redactie zelf belangrijk? (Chr.)
Slide 18 - Tekstslide
Leg in je eigen woorden het begrip referentiekader uit.
Slide 19 - Open vraag
P.5 Selectieve perceptie en referentiekader
Selectieve perceptie: is het bewust of onbewust keuzes maken bij het waarnemen. Waar kijk ik wel naar, en waar geef ik geen aandacht aan? Ook bij journalisten speelt dit een rol, voornamelijk door hun Referentiekader = alle persoonlijke waarden, normen, belangen, meningen en ervaringen.
Slide 20 - Tekstslide
5.2 Nepnieuws
Geen aantekening!
Slide 21 - Tekstslide
Zo herken je nepnieuws
Slide 22 - Tekstslide
Opdracht nepnieuws
Slide 23 - Tekstslide
Zelfstandig maken
Blz. 65 vr. 1 t/m 4
Blz. 68 vr. 9
Blz. 69 vr. 10
Blz. 70 vr. 11/12
Slide 24 - Tekstslide
Benoem de 4 selectie criteria van het nieuws
Slide 25 - Open vraag
Benoem twee media functies voor het individu
Slide 26 - Open vraag
Leg in je eigen woorden uit wat het begrip: selectieve perceptie betekent.
Slide 27 - Open vraag
Wat is je referentiekader?
A
Alles wat je van en aan elkaar leert
B
Technieken om met elkaar in gesprek te kunnen gaan
C
Hoe jij naar de werkelijkheid kijkt hangt af van jou. Het is de bril waarmee je naar de wereld kijkt
D
communicatieve vaardigheden om jezelf duidelijk te uiten naar anderen