1.6 bestuiving, bevruchting en verspreiding

1.6 bestuiving, bevruchting en verspreiding
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.6 bestuiving, bevruchting en verspreiding

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
5 min Terugblik
10 min Leerdoelen en Uitleg 1.6
30 Maken opdrachten 1.6 en nakijken 1.5 en 1.6
5 min lesafsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting
Klonen
Stekken
Meiose
Weinig genetische variatie
Bevruchting

Slide 3 - Sleepvraag

Ongeslachtelijke voortplanting bij planten: sleep de namen naar de bijbehorende afbeelding.
R4
voortplanting dmv knollen
weefselkweek
voortplanting dmv wortelstokken
voortplanting dmv stekken
voortplanting dmv bollen
voortplanting dmv uitlopers

Slide 4 - Sleepvraag

Kan deze plant geslachtelijk voortplanten? En ongeslachtelijk ?
A
Geslachtelijk
B
Beide
C
Ongeslachtelijk

Slide 5 - Quizvraag

kelkblad
stamper
meeldraad
kroonblad

Slide 6 - Sleepvraag

Leerdoelen 1.6
  • Je kunt uitleggen hoe bestuiving werkt bij planten
  • Je kent het verschil tussen kruis-en zelfbestuiving
  • Je kunt uitleggen hoe insectenbloemen en windbloemen in bouw van elkaar verschillen 
  • Je kunt uitleggen hoe bevruchting werkt bij planten
  • je kent verschillende vormen van verspreiding van zaden

Slide 7 - Tekstslide

Bestuiving

Bestuiving:


Is het overbrengen van de stuifmeel van een meeldraad op de stempel van een stamper van dezelfde bloemsoort



Er zijn 2 manieren van bestuiving:

via insecten 

via de wind

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat werkt wel?

 (kruis of zelfbestuiving)

Slide 10 - Tekstslide

Insectenbloemen
Bestuiving door insecten -> insectenbloemen

Aangetrokken door:
  • Nectar
  • Grote opvallende
    kroon-bladeren

Slide 11 - Tekstslide

Windbloemen
Bestuiving door wind -> windbloemen

Veel stuifmeel
Kleine onopvallende bloemen

Hoog zodat de wind het kan vangen

Slide 12 - Tekstslide

Bevruchting

Na bevruchting:


Eicel --> kiem


Zaadbeginsel --> zaad


Vruchtbeginsel --> vrucht

Slide 13 - Tekstslide

Veranderingen na de bevruchting
  1. De bloem voor de bevruchting
  2. Na de bevruchting - vruchtbeginsel en zaadbeginsels groeien.
  3. De kroonbladeren en de meeldraden vallen af, vruchtbeginsel wordt langer.
  4. De bloemkelk verschrompelt, er blijft alleen een restant over. Van de stijl blijft alleen restant over, zaadbeginsels worden groter.
  5. Uiteindelijk breekt de vrucht open en komen de zaden vrij.

Slide 14 - Tekstslide

Verspreiding vruchten en zaden
Door de wind

Slide 15 - Tekstslide

Verspreiding vruchten en zaden
Door dieren

Slide 16 - Tekstslide

Belangrijke begrippen
Bestuiving: overbrengen van stuifmeel van een meeldraad naar een stempel van het zelfde soort
Zelfbestuiving: bestuiving tussen dezelfde plant
Kruisbestuiving: bestuiving van een andere plant
Insectenbloemen: bloemen waarbij het stuifmeel door insecten wordt verspreid
Windbloemen: bloemen waarbij het stuifmeel door de wind wordt verspreid
Bevruchting: de celkernen smelten samen

Slide 17 - Tekstslide

Belangrijke begrippen
Kiempje: eerste wat ontstaat uit de bevruchte eicel
Zaad: ontstaat uit een zaadbeginsel
Vrucht: ontstaat uit het vruchtbeginsel, zit vol met zaden
Zaadverspreiding: het verspreiden van de zaden van een plant (door de wind, dieren, kleven)


Slide 18 - Tekstslide

Wat ga je doen
Maak opdracht 52 tot en met 63
Klaar? Nakijken paragraaf 1.5 en 1.6

Slide 19 - Tekstslide