herhaling leerdoelen havo 4
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
De hoofdpersoon (worden) door zijn beste vriend belachelijk gemaakt.
Slide 4 - Open vraag
Het (gebeuren) in het verhaal vaker dat je even de draad kwijt bent.
Slide 5 - Open vraag
De schrijver (vinden) het belangrijk om de lezer te laten nadenken.
Slide 6 - Open vraag
Helaas is het een verhaal waarin maar heel weinig (gebeuren).
Slide 7 - Open vraag
Het verhaal ... ik gelezen heb, was zo ontzettend spannend.
A
dat
B
die
C
wat
Slide 8 - Quizvraag
De auctoriale verteller ... het verhaal vertelt, geeft de lezer veel vooruitwijzingen.
A
dat
B
die
C
wie
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Een verhaal begint op 13 oktober. Vervolgens is het 6 oktober en daarna 7 oktober. Is dat verhaal chronologisch?
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quizvraag
In een verhaal staat: "Als hij toen had geweten wat de gevolgen van zijn daad zouden zijn had hij het niet gedaan."
A
flashback
B
flashforward
C
vooruitwijzing
Slide 12 - Quizvraag
Je leest het verhaal door de ogen van de hoofdpersoon. Aan het einde van het verhaal blijkt dat wat jij dacht dat waar was helemaal niet klopt.
A
alwetende verteller
B
auctoriale verteller
C
onbetrouwbare verteller
Slide 13 - Quizvraag
de vier fasen van het concflictmodel
A
