Kwaliteitszorg

Wat is kwaliteitszorg op de basisschool
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Wat is kwaliteitszorg op de basisschool

Slide 1 - Tekstslide

Boek 
Onderwijsassistent 
Thema 15: onderwijsbeleid 15.2 Politiek en beleid
Thema 17: kwaliteitszorg paragraaf 17.2 kwaliteitscontrole inspectie

Slide 2 - Tekstslide

Planning 
week 20: Meldcode
Week 21: Pestprotocol
Week 22: 15.2 politiek en beleid
Week 23: 17.2 kwaliteitscontrole inspectie

Slide 3 - Tekstslide

De opdracht (even herhalen) 
Scenario 1: Je mag naar stage, dus kan je de opdrachten uitvoeren zoals omschreven. 
Scenario 2: Je kan niet naar stage, je voert de opdracht digitaal uit. Zowel het gesprek als de beoordeling kan digitaal. 

Slide 4 - Tekstslide

Doel
De student kan de vijf stappen van de meldcode benoemen
De student kan benoemen wanneer de meldcode doorlopen moet worden. 

Slide 5 - Tekstslide

wat is de meldcode?

Slide 6 - Woordweb

De meldcode 
De meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals bij vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling. Aan de hand van 5 stappen bepalen professionals of ze een melding moeten doen bij Veilig Thuis en of er voldoende hulp kan worden ingezet.

Slide 7 - Tekstslide

Wanneer gebruik je de meldcode? 
Je doorloopt de stappen van de meldcode als je vermoedens hebt van huiselijk geweld of kindermishandeling. Het gaat hierbij niet alleen om vermoedens van fysiek geweld, maar ook om vermoedens van psychisch of seksueel geweld en vermoedens van verwaarlozing.

Slide 8 - Tekstslide

Voor wie is het gebruik van de meldcode verplicht? 
De meldcode is verplicht voor mensen die in de volgende sectoren werken. 
  • Gezondheidszorg
  • Onderwijs
  • Kinderopvang
  • Maatschappelijke ondersteuning
  • jeugdhulp
  • Justitie 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe werkt deze meldcode? 
Stap 1: signalen in kaart brengen.
Stap 2: Overleg met een collega en raadpleeg eventueel veilig thuis. 
Stap 3: Gesprek met een client. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe werkt deze meldcode?
Stap 4: wegen van kindermishandeling/huiselijk geweld
  • Heb je op basis van stap 1 t/m 3 een vermoeden van huiselijkgeweld of kindermishandeling. 
  • Heb ik een vermoeden van acute of structurele onveiligheid

Slide 11 - Tekstslide

Hoe werkt deze meldcode? 
Stap 5: Neem twee beslissingen.

Slide 12 - Tekstslide

Hoe werkt deze meldcode? 
Stap 5: Neem twee beslissingen. 
2. Is hulp verlenen of organiseren ook mogelijk?
Hulp verlenen is mogelijk als: 
  • De professional in staat is effectieve/passende hulp te bieden of organiseren. 
  • De betrokkenen meewerken aan de geboden of georganiseerde hulp
  • De hulp leidt tot duurzame veiligheid.
  • Kan men geen hulp verlenen op een van deze manieren dan is melden bij veiligthuis noodzakelijk. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de eerste stap in de meldcode?
A
Overleggen met collega's.
B
Signalen in kaart brengen.
C
In gesprek gaan met het vermeende slachtoffer.
D
Is het huiselijk geweld of kindermishandeling.

Slide 14 - Quizvraag

wat is de tweede stap in de meldcode?
A
Overleggen met een collega.
B
Afwegen of melden noodzakelijk is.
C
In gesprek gaan met het vermeende slachtoffer.
D
Veilig thuis bellen.

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de derde stap in de meldcode?
A
Overleggen met een collega.
B
Is het huiselijk geweld of kindermishandeling.
C
In gesprek gaan met het vermeende slachtoffer.
D
Veilig thuis bellen.

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de vierde stap in de meldcode?
A
Overleggen met een collega.
B
In gesprek met het vermeende slachtoffer.
C
Veilig thuis bellen.
D
Wegen huiselijk geweld kindermishandeling.

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de vijfde stap in de meldcode?
A
Overleggen met collega's
B
In gesprek met het vermeende slachtoffer.
C
Melding maken of zelf helpen.
D
wegen huiselijk geweld of kindermishandeling

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer moet je de meldcode doorlopen?

Slide 19 - Open vraag

Einde van de les
Vragen en of opmerkingen? 

Slide 20 - Tekstslide