MMA2 - 10.2 Puberteit

Paragraaf 10.2 Puberteit
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 10.2 Puberteit

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Waar denk je bij .... woordweb
  • Krijg je uitleg 10.2 Puberteit
  • Anonieme vragenbox

Slide 2 - Tekstslide

Voorbereiden op 10.2
Je krijgt nu drie keer een woord uit 10.2 te zien.

Typ steeds:
- waar je aan moet denken bij dit woord
- wat dit woord bij je oproept
- synoniemen die je kent (andere woorden met dezelfde betekenissen)

Slide 3 - Tekstslide

PENIS

Slide 4 - Woordweb

VAGINA

Slide 5 - Woordweb

SEKS

Slide 6 - Woordweb

Afspraken voor de 
komende lessen

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Leerdoel
Ik kan vertellen wat en waardoor je lichaam verandert in de puberteit.

Slide 9 - Tekstslide

Geslachtskenmerken 
Alle kenmerken waaraan je het verschil kunt zien tussen een jongen en een meisje
Geslachtskenmerken zijn alle kenmerken 
waaraan je kunt zien of iemand een jongen of een meisje is.

Slide 10 - Tekstslide

geslachtskenmerken

Slide 11 - Tekstslide

hetzelfde en verschillend

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Wat verandert er nog meer tijdens de puberteit?
Je huid
Meer zweten
Wisselende gevoelens

Slide 15 - Tekstslide

Wat verandert er nog meer tijdens de puberteit?
Je huid:
Puistjes: je huid maakt extra talg aan
Talg heb je nodig, want het is vettig en zorgt ervoor dat je huid niet uitdroogt. Te veel talg zorgt voor jeugdpuistjes
Mee-eters: verstopte poriën
Acne: je krijgt ontstekingen door bacteriën

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Door welke hormonen verander je in je puberteit?
Jongens - maken in de zaadballen testosteron, het mannelijk geslachtshormoon
Meisjes -  maken de eierstokken oestrogeen, het vrouwlijk geslachtshormoon
Deze geslachtshormonen regelen de secundaire geslachtskenmerken.

Slide 20 - Tekstslide

10.3 Relaties
Klassengesprek
Relaties, seksualiteit en diversiteit

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen 10.3
- Je kunt verschillende vormen van seksuele diversiteit benoemen en omschrijven en kun je hierover jouw eigen mening (leren) vormen met respect voor anderen.
- Je kunt uitleggen wat seksuele intimidatie is en kun je hiervan een voorbeeld geven a.d.h.v. de actualiteit. (loverboys, #metoo)

Slide 22 - Tekstslide

Seks en nee zeggen
Bekijk het volgende filmpje.

Wat wordt er bedoeld in dit filmpje?

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Afspraken vooraf
1. Luister naar elkaar
2. Onderbouw wat je zegt: ‘Ik vind... omdat...’
3. Heb respect voor elkaars mening
4. Richt je op de boodschap, niet op de boodschapper
5. Laat elkaar uitpraten.
6. Wees eerlijk
7. Probeer iedereen te begrijpen
8. Denk eraan dat de dingen die je zegt iets bij een ander kunnen doen

Slide 25 - Tekstslide

Eens/ oneens en leg uit.
  • Je kunt aan iemand zien of hij/zij homoseksueel is
  • Homoseksualiteit is een keuze
  • Als je met een homoseksueel persoon omgaat, kun je zelf ook homo worden
  • Onzekere pubers lopen een grotere kans homoseksueel te worden
  • Als mijn beste vriend/ vriendin zou vertellen dat hij/zij homoseksueel is dan zou ik stoppen met onze vriendschap
  • Homoseksualiteit is een ziekte
  • Ik vind het prima als er een homoseksuele jongen in mijn voetbalteam zit

Slide 26 - Tekstslide

Stellingen, eens, oneens en leg uit
  • Een jongen en een meisje kunnen vrienden zijn zonder dat er iemand verliefd wordt
  • Het is heel normaal dat homo’s openlijk uitkomen voor hun homoseksualiteit, dat doen hetero’s toch ook?
  • Ik zet de tv uit als ik een homo op tv zie
  • Ik vind het oké als twee vrouwen hand in hand lopen
  • Ik vind het oké als twee mannen hand in hand lopen

Slide 27 - Tekstslide

Stellingen, eens, oneens en leg uit
  • Ik vind het oke als een jongen en een meisje elkaar een kus geven
  • Ik vind het oke als een jongen en een meisje uitgebreid staan te zoenen op straat
  • Ik vind het oké als twee vrouwen elkaar een zoen geven
  • Ik vind het oké als twee mannen elkaar een zoen geven
  • Ik vind het oke om te schelden met homo
  • Ik zeg er wat van als mensen zich homoseksueel “gedragen”

Slide 28 - Tekstslide

Wat zou je te weten willen komen over transgender? (anoniem voor de klas)

Slide 29 - Open vraag

Transgender
  • Heeft het gevoel de verkeerde primaire en secundaire geslachtskenmerken te hebben.

  • Als je geslacht niet gelijk is aan je gevoel dan heb je een gender-identiteitsstoornis
Dit is niet gelijk aan travestie!

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Als transgender ben je sowieso gay

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

Is transgender zijn een trend?

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Link

Is transgender zijn een keus?

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Transseksueel
Als je echt ongelukkig voelt in je eigen lichaam, kun je je geslacht laten veranderen. 

Slide 39 - Tekstslide

Geslachtshormonen
geslachtshormonen: regelen de werking van de voortplantingsorganen:

  • Teelballen maken mannelijke geslachtshormonen (testosteron)
  • Eierstokken maken vrouwelijke geslachtshormonen (oestrogeen)

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Link

Aan de slag (en huiswerk)
- Paragraaf 10.2 Puberteit: opdracht 14 t/m 18
- Paragraaf 10.3 Relaties: opdracht 1 t/m 15

Slide 42 - Tekstslide