Les 7&8: Blokvorming in Europa

Waar gaat dit onderwerp over?
Historische Context Duitsland 1918-1991
Wat leidde tot de opkomst van nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland  en Europa? (1918-1945)
Hoezeer beïnvloedde het ontstaan en het verloop van de Koude Oorlog de geschiedenis van Duitsland na WOII? (1945-1961)
De Duitse hereniging en het einde van de Koude Oorlog (1961-1991)
Nazisme als een donkere wolk over Europa
De Koude Oorlog en de Duitse deling
De Duitse hereniging en het einde van de Koude Oorlog
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Waar gaat dit onderwerp over?
Historische Context Duitsland 1918-1991
Wat leidde tot de opkomst van nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland  en Europa? (1918-1945)
Hoezeer beïnvloedde het ontstaan en het verloop van de Koude Oorlog de geschiedenis van Duitsland na WOII? (1945-1961)
De Duitse hereniging en het einde van de Koude Oorlog (1961-1991)
Nazisme als een donkere wolk over Europa
De Koude Oorlog en de Duitse deling
De Duitse hereniging en het einde van de Koude Oorlog

Slide 1 - Tekstslide

  • De  eerste wereldoorlog
  • Het einde van het keizerrijk
  • De moeilijke start van het nieuwe Duitsland (1919-1923)
  • De politieke situatie: voor het eerst een democratie
  • De Vrede van Versailles
  • De economische situatie en de crisis van 1923
  • De stabiele jaren 1924-1929
  • De Beurskrach
  • Hitler wordt Rijkskanselier
  • Het einde van Weimar
  • De Nazificatie
  • Steun voor Hitler
  • Heim ins Reich
  • De Conferentie van Munchen
  • De oorlog breekt uit
  • De Tweede Wereldoorlog
  • De Holocaust
  • Het einde
Wat leidde tot de opkomst van nationaalsocialisme en welke gevolgen had dit voor Duitsland en Europa? (1918-1945)

Slide 2 - Tekstslide

Heim ins Reich
Nazificatie

Slide 3 - Tekstslide

Entartete kunst (ontaarde kunst)
Rijkscultuurkamer

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Collaboratie
Na de bezetting

Slide 6 - Tekstslide

De vijandschap tussen de SU en VS werd in 1941 opzij gezet. Leg uit waarom.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Tekstslide

Ontstaan Koude Oorlog

Slide 12 - Tekstslide

  • Oostblok
  • Vrije verkiezingen
  • IJzeren gordijn 
  • NAVO 
  • Eigen bedrijf beginnen
  • Warschaupact 
  • Socialisme
  • Bedrijven van de staat
  • Oost-Europa 
  • Berlijnse Muur
  • bufferzone 
  • westblok
  • West-Europa
  • Planeconomie


  • Markteconomie
  • Sovjet-Unie
  • Strafkampen
  • Marshall-plan
  • Wapenwedloop
  • DDR
  • BRD
  • Stalin
  • Kennedy
  • Trumanleer
  •  Verenigde Staten van Amerika


Communisme of Kapitalisme
 


Slide 13 - Tekstslide

COMMUNISME
  • Oostblok
  • Strafkampen
  • Berlijnse Muur 
  • IJzeren gordijn 
  • DDR
  • Stalin
  • Warschaupact 
  • Socialisme
  • Bedrijven van de staat
  • Oost-Europa 
  • bufferzone 
  • Sovjet-Unie
  • Planeconomie 


KAPITALISME 
  • Markteconomie
  • Vrije verkiezingen
  • NAVO 
  • Marshall-plan
  • Wapenwedloop
  • Eigen bedrijf beginnen
  • BRD
  • Kennedy
  • Trumanleer
  • West-Europa
  • Verenigde Staten van Amerika
  • Westblok
 


Nakijken

Slide 14 - Tekstslide

Ontstaan Koude Oorlog

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Conferentie van Jalta
De Tweede Wereldoorlog is afgelopen, maar hoe brengen we de stabiliteit terug in Europa?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Bekijk deze strip. Welke 2 redenen worden genoemd voor het gooien van de atoombom? Welke reden is volgens de tekenaar het belangrijkst?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Groeiend wantrouwen
  • Na conferentie van Jalta werd het wantrouwen te groot (Roosevelt stierf) en de Koude Oorlog was begonnen.
  • Groot deel van wereld raakte verdeeld in 2 vijandige blokken: Oostblok o.l.v. Sovjet-Unie en het Westen o.l.v. de VS. 
  • De Amerikanen voerden een politiek van containment (to contain = indammen). Vooral na het communistisch worden van China en het krijgen van een atoombom door de SU !  

Slide 22 - Tekstslide

4 tot 11 februari 1945: Conferentie van Jalta:
  • Oprichting Verenigde Naties
  • Een vrij Europa
  • Verdeling van Duitsland
  • Denazificatie van Europa
  • Wie mag waar wonen?
17 juli tot 2 augustus 1945
Conferentie van Potsdam:
  • De opdeling van Duitsland
  • Overeenkomst tot het vervolgen van oorlogsmisdadigers

Slide 23 - Tekstslide

Noem 2 onderwerpen waarover de grote mogendheden het niet eens werden tijdens de conferentie van Potsdam

Slide 24 - Open vraag

Beschrijf hoe Stalin de greep op zijn invloedssfeer in Europa vergrootte en geef aan welk strategisch belang hij daarbij had

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Lees de tekst. Leg het verband uit tussen Marshallhulp en de Trumandoctrine, containmentpolitiek en blokvorming in Europa

Slide 27 - Open vraag

Verdeling Duitsland in invloedssferen na WO II
  • West-Duitsland (latere BRD) kwam onder invloed van de westerse democratische overwinnaars
  • Oost-Duitsland (latere DDR) kwam onder invloed van de communistische SU

Slide 28 - Tekstslide

Ook de hoofdstad werd in invloedsferen verdeeld
Oost-Berlijn werd dus communistisch en West-Berlijn kapitalistisch

Slide 29 - Tekstslide

Blokkade van Berlijn - 1948-1949
  • Stalin blokkeert aanvoerwegen naar West-Berlijn: Blokkade van Berlijn
  • Stalin hoopt dat de geallieerden de stad zouden verlaten 
  • Waarom blokkade? Marshallplan, invoering Duitse mark
  • Het Westen gaat West-Berlijn via de lucht bevoorraden: de luchtbrug

  • Een jaar lang landt er iedere 3 minuten een vliegtuig in West-Berlijn

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

De Ooievaars stellen de luchtbrug voor: 1948 Geallieerde vliegtuigen die goederen naar Berlijn brachten tijden de Berlijnse Blokkade
Stalin staat met een geweer in een schoorsteen: Als Stalin op de vliegtuigen zou schieten was een nieuwe oorlog mogelijk
1 Hier staat voedsel op de zak: voedsel voor Berlijn
Hier staat kolen op de zak: brandstof voor Berlijn.
Spotprent van E.H Shepard, uit het tijdschrift punch 1948
Probeer te bedenken wat de maker van de prent duidelijk wilde maken.

Eventueel kun je op de knopjes klikken voor aanwijzingen!

Slide 32 - Tekstslide

Stalin kon de Amerikaanse vliegtuigen tijdens de luchtbrug naar W-Berlijn makkelijk neerschieten. Waarom deed hij dit niet?

Slide 33 - Open vraag

Bekijk de bron. Welk begrip past bij deze bron? Wat wil de tekenaar duidelijk maken? Gebruik een beeldelement in je antwoord.

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Tekstslide

PO Koude Oorlog

Slide 36 - Tekstslide

Spotprent analyse
  • Welke boodschap geeft de maker van de prent?
  • Vind je het moeilijk, klik dan op de vraagtekens om beeldelementen te verduidelijken!
  • Tik je antwoord in de volgende dia
Hier zie je een rode ijsberg. Rood is de kleur van het communisme! De hamer en sikkel zijn symbolen van de communistische SU.
Hier zit 'Uncle Sam'. Deze persoon staat altijd symbool voor de Verenigde Staten.
We zien hier een typisch Amerikaans schip, de Titanic. Dit schip zou zogenaamd onverwoestbaar zijn, maar kwam in 1912 in aanvaring met een ijsberg en zonk. Het schip komt in deze tekening bijna in aanvaring met een 'communistische' ijsrots. Waar waarschuwt de tekenaar voor? Verwerk dit in je antwoord! 
Hier zie je allemaal landen die communistisch werden. Ze worden als grafstenen afgebeeld. Wat wil de tekenaar hiermee zeggen denk je? Verwerk dit in je antwoord!

Slide 37 - Tekstslide

Welke boodschap wil de maker van de prent overbrengen?

Slide 38 - Open vraag

Aan welke kant stond de tekenaar van deze prent?
A
Van de Russen
B
Van de Amerikanen
C
Van niemand (onpartijdig)
D
Van de communisten

Slide 39 - Quizvraag

Over welk Atlantisch bondgenootschap gaat de prent? Is de SU volgens de maker een bedreiging? Leg uit met beeldelementen

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Video

McCarthyisme 1940-ca.1955
  • Heksenjacht naar communisten binnen de VS
  • Gedurende deze periode werden mensen van verschillende rangen en standen, meestal werkzaam in de filmindustrie, staatsinstellingen of het onderwijs ervan beschuldigd communist zijn of te sympathiseren met het communisme
  • Ze werden slachtoffer van agressieve onderzoekstechnieken en ondervragingen, door allerhande regerings- of particuliere panels, comités en organisaties.
  • Verdachtmakingen werden vaak als waarheden aangenomen ondanks een gebrek aan bewijs.
  • Bekende verdachten:  Orson Wells en Charlie Chaplin, Marlon Brando en Albert Einstein  

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide