Les 3. Schoon en ordelijk

Les 3. Schoon en ordelijk
Wat gaan we doen?
- Terugblik op les 2
- Stellingen
- Theorie module 3.2 Onderhoud van de ruimte en materialen
-opdrachten maken

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Les 3. Schoon en ordelijk
Wat gaan we doen?
- Terugblik op les 2
- Stellingen
- Theorie module 3.2 Onderhoud van de ruimte en materialen
-opdrachten maken

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen van les 3
Aan het eind van deze les
  • Kun je uitleggen wat de kenmerken zijn van een schoonmaakprotocol
  • Kun je uitleggen wat de schoonmaakfrequentie is
  • Kun je vertellen wat droog, klamvochtig en nat schoonmaken is en wanneer je het gebruikt
  • kun je vertellen in welke volgorde je schoonmaakt
  • Kun je vertellen wat hygiëne is
  • Weet je wat ergonomisch werken is.

Slide 2 - Tekstslide

Een opgeruimde ruimte geeft rust en sfeer
eens
oneens

Slide 3 - Poll

Een pedagogisch medewerker moet structuur in het opruimen aanbrengen.
eens
oneens

Slide 4 - Poll

Kinderen in de kinderopvang of op school leren niets van schoonmaken
eens
oneens

Slide 5 - Poll

Theorie 3.2 Onderhoud van de ruimte en materialen 
Begrippen:
  • Schoonmaakprotocol- welke handelingen in welke volgorde.
  • Schoonmaakfrequentie - hoe vaak moet je schoonmaken? Dagelijks, wekelijks of maandelijks.

Slide 6 - Tekstslide

Dagelijks schoonmaken
  • Toiletten
  • het aankleedkussen
  • de keuken
  • de tafels
  • de vloer 

Slide 7 - Tekstslide

Periodieke werkzaamheden (tussenbeurt)

  • vochtig afnemen van meubels
  • ramen wassen
  • bedden verschonen
  • de koelkast schoonmaken 
  • maak een goede werkplanning (wie doet welke taken wanneer)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

'Onderzoekje'
Opdracht:
Bekijk hoe dit gaat op je stageplek. 
- Is er een schoonmaakprotocol?
- Is er een schoonmaakkast? Wat is er te vinden? 
- Welke taken heeft de leerkracht/ pm'er/ onderwijsassistent?
- Hoe werken de kinderen mee aan een schone ruimte?
- Welke regels en afspraken zijn er met de kinderen gemaakt? 

Slide 10 - Tekstslide

Schoonmaakmethoden
  • Droog - doek of stofzuiger
  • Klamvochtig - vochtig doekje of vlakmop (vloer)
  • Nat - sopje van water met een reinigingsmiddel (dweilen) 


Slide 11 - Tekstslide

Werkvolgorde schoonmaak
  • Werk van schoon naar vuil
  • Werk van boven naar beneden
  • Wissel zwaar en licht werk af
  • Wissel prettig en minder leuk af
  • Reinig altijd eerst droog of klamvochtig voordat je nat gaat reinigen. 
  • Gebruik de juiste hulpmiddelen

Slide 12 - Tekstslide

Schoonmaakmiddelen
  • groene zeep
  • allesreiniger
  • sanitairreiniger
  • glasreiniger - streeploos schoon
  • vloerreiniger 
  • desinfectie- / ontsmettingsmiddelen (chloor, Dettol, alcohol en soda) = tegen ziektekiemen of micro-organismen

Slide 13 - Tekstslide

Kleurcode en HACCP
  • kleurcodesysteem
  • HACCP richtlijnen (Hazard Analysis of Critical Control Points)

Slide 14 - Tekstslide

Ergonomisch en veilig werken
Manier van werken waarbij de kans op lichamelijke klachten zo klein mogelijk is. Je werkt in de juiste houding en met zo min mogelijk krachtsinspanning.

Denk aan werktaken, werktijden, werkdruk, werkplek, werkhouding.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Terug naar lesdoelen van les 3
Bespreek met je buur;
  • Kun je uitleggen wat de kenmerken zijn van een schoonmaakprotocol?
  • Kun je uitleggen wat de schoonmaakfrequentie is?
  • Kun je vertellen wat droog, klamvochtig en nat schoonmaken is en wanneer je het gebruikt?
  • kun je vertellen in welke volgorde je schoonmaakt?
  • Kun je vertellen wat hygiëne is?
  • Weet je wat ergonomisch werken is?

Slide 17 - Tekstslide

Opdrachten
1) https://www.rivm.nl/documenten/lchv/reiniging-kdv-psz-bso
Bekijk op bovenstaande site de schoonmaakschema's
 In de schoonmaakschema’s staat hoe vaak en op welke manier gereinigd moet worden. Wat heb je nodig om goed schoon te kunnen maken? Waar moet je rekening mee houden? 

2) Maak de verwerkingsopdrachten van 3. Onderhoud van de ruimte en materialen
3) Denk aan opdracht 'onderzoekje'. Hier komen we later op terug.

Slide 18 - Tekstslide