trachea

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een tracheotomie of tracheostoma?

Slide 2 - Woordweb

Heb je al eens een tracheostoma /tracheacanule gezien en/of verzorgd?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Welk orgaan ligt er vooraan in je keelholte (gezien vanaf de buitenkant)?
A
slokdarm
B
luchtpijp
C
strottenhoofd
D
stembanden

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn indicaties voor een tracheotomie of tracheostoma?

Slide 6 - Open vraag

  • Zwelling van de luchtweg na bestraling, operatie, ongeluk of infectie
  • Tumorgroei in en om het strottenhoofd, de mond en/of in de keelholte
  • Onvoldoende functioneren van de stembanden
  • Langdurige beademing

Slide 7 - Tekstslide

Ga uitzoeken wat een:
Een tracheotomie is
en wat een tracheostoma is.
Leg dit uit in eigen woorden.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een tracheotomie en een tracheostoma?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Tracheaectomie en tracheastoma
* Een tracheotomie is een niet-eindstandige stoma. Er wordt een sneetje in de trachea gemaakt. De verbinding die de trachea vormt tussen de onderste en bovenste luchtwegen (mond-, neus- en keelholte) blijft intact.


* Een tracheostoma is een eindstandige stoma. De luchtpijp eindigt in de hals. Er is geen verbinding tussen de onderste en bovenste luchtwegen.

Slide 11 - Tekstslide

Tracheaectomie
Operatie met als doel luchtweg (vaak tijdelijk) vrij te maken.
> zwelling van de luchtweg na bestraling, operatie, ongeluk of infectie
> tumorgroei in en om het strottenhoofd, de mond en/of in de keelholte
> onvoldoende functioneren van de stembanden
> langdurige beademing
Zorgvrager heeft wel stembanden, maar kan ze niet gebruiken.

Slide 12 - Tekstslide

Tracheastoma
Operatie waarbij strottenhoofd (deels) wordt verwijderd.
 >Ademen en hoesten gaat volledig via stoma.
 >Ademweg en voedselweg volledig van elkaar gescheiden.
Gebruik tracheacanule:
-stoma wordt te nauw
-fistelvorming (luchtpijp en slokdarm)
-als stomapleister niet kan of mag
Zorgvrager heeft geen stembanden meer.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

losse canule om te voorkomen dat stoma kleiner wordt

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Door de prothese die is verbonden met de slokdarm kan er toch gesproken worden.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Bij een tracheotomie kun je alleen de binnen canule reinigen als deze aanwezig is
A
Eens
B
Oneens

Slide 29 - Quizvraag

Een tracheostoma is altijd tijdelijk
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Met een tracheostoma heeft een zorgvrager geen stembanden meer?
A
juist
B
niet juist

Slide 31 - Quizvraag

Wat is een tracheostoma?
A
een stoma in de slokdarm
B
een stoma in de luchtpijp
C
een stoma in de luchtpijp en slokdarm

Slide 32 - Quizvraag

wat is de oorzaak van taai slijm bij een tracheostoma?
A
lucht wordt niet verwarmd door de neus / mond
B
lucht wordt niet bevochtigd door neus / mond
C
allebei juist

Slide 33 - Quizvraag

wat is een indicatie voor een tracheostoma?
A
tumor
B
hoge dwarsleasie
C
vreemd voorwerp in luchtpijp
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 34 - Quizvraag

Tracheotomie is eindstandig en dus blijvend
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Kan iemand met een tracheostoma of tracheotomie douchen?
A
ja
B
nee

Slide 36 - Quizvraag

Verzorgen thracheostoma
  • Wassen en baden
  • Voorzichtig met water
  • Voorzichtige washand zonder zeep
  • Geen geparfumeerde tissues
  • Pas op met scheren

Slide 37 - Tekstslide

Casus: Bij het verwisselen van de fixatieband ziet Myriam dat er decubitusplekken zijn ontstaan onder de band.

Beredeneer welke maatregelen Myriam had kunnen nemen om druk op de huid door de fixatieband te voorkomen.

Slide 38 - Open vraag

Antwoord casus
• Trek de fixatieband niet te strak aan (houd één-twee vingers ruimte tussen band en huid).
• Verzorg de huid met Cavilon® of Duoderm®.
• Bescherm de huid met een splitgaas.
• Verschoon het splitgaas als het vochtig is.
• Gebruik splitschuimverband.

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video

Slide 42 - Video

Wat heb je geleerd vandaag?

Slide 43 - Open vraag

Slide 44 - Video