T3B3

Thema 3 De bloedsomloop
B3 - Bloedsomloop
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 De bloedsomloop
B3 - Bloedsomloop

Slide 1 - Tekstslide

Vul de ontbrekende woorden in
Het hart bestaat uit twee helften. Het bloed stroomt twee keer door het hart. Dit noemen wij de dubbele bloedsomloop. 
De rechterhelft pompt via de kleine bloedsomloop langs de longen. 
De linkerhelft pompt bloed via de grote bloedsomloop langs de rest van het lichaam. 

Slide 2 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop

hart-longen-hart.

rechterkamer-longslagader-longen-longader-linkerboezem.

Slide 3 - Tekstslide

Grote bloedsomloop.

hart-ergens in het lichaam-hart.

linker kamer-aorta-ergens in het lichaam-holle ader-rechterboezem.

Slide 4 - Tekstslide

Basisstof 3 Het hart

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt in een afbeelding de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen.
 Je kunt de kenmerken en functies noemen van het hart en de aansluitende bloedvaten.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Anatomie buitenkant hart
Kransslagaders vanuit aorta
(=zuurstofrijk)
vertakt rondom hart 

Bloed stroomt terug via kransaders
naar rechterboezem
* brengen O2 en voedingsstoffen naar hartspiercellen
* haalt CO2 en andere afvalstoffen op van hartspiercellen

Slide 8 - Tekstslide

Boezems en kamers
Boezems: hier komt het bloed het hart binnen. 

Kamers: pompen het bloed uit het hart. 

Slide 9 - Tekstslide

Belangrijke bloedvaten 

Longslagader --> naar de longen toe
Longader --> van de longen af 
(weer naar het hart toe)

Aorta --> naar alle organen toe
Bovenste en onderste holle ader --> Naar het hart terug 


Slide 10 - Tekstslide

Neem de cijfers 1 t/m 4 over en noteer het juiste onderdeel erachter
Kies uit: 
- Linkerkamer
- Linkerboezem
- Rechterboezem
- Rechterkamer
Rechterboezem
1
Linkerkamer
4
Linkerboezem
3
Rechterkamer
2

Slide 11 - Tekstslide

Hartkleppen:
Bloed kan alleen van de boezems, naar de kamers. 
Halve maanvormige kleppen:
Bloed kan alleen de slagader in, en niet terug de kamer in.

Slide 12 - Tekstslide

Bovenste en onderste
holle ader
zuurstofarm bloed van organen naar hart (rechterboezem)
Rechterboezem
ontvangt zuurstofarm bloed en vervoert dit naar de linkerkamer
Linkerkamer
vervoert zuurstofarm bloed naar longslagader
Longslagader
vervoert zuurstofarm bloed naar longen
Longader
vervoert zuurstofrijk bloed naar linkerboezem 
Linkerboezem
vervoert zuurstofrijk bloed naar linkerkamer
Linkerkamer
vervoert zuurstofrijk bloed naar aorta
(gespierdere wand -> meer kracht)
Aorta (slagader)
vervoert zuurstofrijk bloed van het hart naar de organen

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht bestanddelen bloed
T3B2 opdracht 1 t/m 8 (blz. 170) 

Klaar? Fictief verhaal bloed: 
  • Je gaat een verhaal schrijven over een rode bloedcel die op reis gaat. 
  • Wie zijn de reisgenoten (3) van de rode bloedcellen? Wat doen deze reisgenoten in het bloed (functie)? 
  • Langs welke stations komen de rode bloedcellen als ze langs de kleine en de grote bloedsomloop gaan. 
  • Beginhalte 'het hart' -> eindhalte 'boven been'

Slide 14 - Tekstslide

       Opdracht bloedsomloop
Je hebt een A3 vel met een leeg menselijk lichaam. Maak tweetallen en voer de volgende opdracht uit. 

Teken in dit lichaam het volgende: 
  1. het hart (geef duidelijk het verschil weer tussen het linker- en rechterharthelft). 
  2. de kleine bloedsomloop
  3. de grote bloedsomloop 

*Geef met een rode en blauwe kleurpotlood de zuurstofrijke en zuurstofarme onderdelen aan. 

* Geef bij de kleine en grote bloedsomloop de stroomrichting aan met behulp van pijlen. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide