Beknopte bijzin

3V2
Wat gaan we doen?

Startopdracht blz. 102
Maken opdracht 1 blz. 103

TEST JEZELF

Kijken & Luisteren blz. 122
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolvwoLeerroute VLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 3 min

Onderdelen in deze les

3V2
Wat gaan we doen?

Startopdracht blz. 102
Maken opdracht 1 blz. 103

TEST JEZELF

Kijken & Luisteren blz. 122

Slide 1 - Tekstslide

Startopdracht blz. 102
3 In zin a en zin d. zijn ongrammaticaal. Leg uit waaraan je dat kan zien.
a [Na een uur in de oven te hebben gestaan (= bwb)] smulden de gasten van de taart.
b De tekendocente droeg haar leerlingen op [om een fantasiedier te tekenen (= lv)].
c Besloot de NS [soep en broodjes uit te delen aan de door de hevige sneeuwval gestrande reizigers (= lv)]?
d Deze ets van Picasso werd [zoekend naar prenten van Van Gogh (= bwb)] ontdekt.


Slide 2 - Tekstslide

Foutieve beknopte bijzin
blz. 103 opdracht 1

1 Om vroeg op vakantie te kunnen gaan, vertrok de helikopter van de president al om 7 uur.

2Lopend door hete woestijnzand kregen de zwaarbeladen ezels al snel dorst.

Slide 3 - Tekstslide

Foutieve beknopte bijzin
blz. 103 opdracht 1

3 Een kwartier te laat gearriveerd, was de voorstelling natuurlijk al begonnen.

4 Hongerig thuisgekomen van school smaakte de macaroni met zalm erg lekker.


Slide 4 - Tekstslide

Foutieve beknopte bijzin
blz. 103 opdracht 1


5 Na een halfuur in de abri gewacht te hebben, kwam de bus er eindelijk aan.

6 Studerend in mijn dikke biologieboek viel ik van pure vermoeidheid in slaap.


Slide 5 - Tekstslide

3t1 beknopte bijzin
Nabespreken: opdracht 1 blz. 99


Op een post-it:
1. Hoe kan je ervoor zorgen dat je de beknopte bijzin herkent (aan het eind van deze les)
2. Hoe zorg je ervoor dat je de volgende les nog steeds weet wat een beknopte bijzin is?

Slide 6 - Tekstslide

antwoorden opdracht 1
1 Toen … uitgerust = bijzin
2 Nog … derby = beknopte bijzin
3 om … dienen = beknopte bijzin
4 Terwijl … zaten = bijzin
5 In … leren = beknopte bijzin
6 of … worden = bijzin

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 1
Toen ze na haar werk goed was uitgerust, ging Caja een uur fitnessen

Nog mopperend over de verloren derby verlieten de supporters de sporthal.

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen in tweetallen:
Blz. 99
 opdracht 2

Slide 9 - Tekstslide

Antwoorden opdracht 2
1
1 –
2 met od
3 met te + inf
4 –
5 met te + inf
6 –

Slide 10 - Tekstslide

Antwoorden opdracht 2
1 Na goed uitgerust te zijn na haar werk ging Caja een uur fitnessen.
4 Lekker in het zonnetje zittend dronken Ronald en Michel een colaatje.
6 Martijn vroeg Irene in de fietsenstalling zijn vriendinnetje te worden.

Slide 11 - Tekstslide

Zelfstandig maken opdracht 3
Zoek in elke zin de Persoonsvorm van de hoofdzin.
Zoek in elke zin de bijzin of de beknopte bijzin.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 3           PV?? Beknopte bijzin??
5 Terwijl ze door de kamers van de woning liepen, werden de jonggehuwden steeds enthousiaster over het pand.

6 Na de zitting zei de rechter dat hij de enig juiste beslissing genomen had.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 3           PV?? Beknopte bijzin??
5 Terwijl ze door de kamers van de woning liepen, werden de jonggehuwden steeds enthousiaster over het pand.

6 Na de zitting zei de rechter dat hij de enig juiste beslissing genomen had.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 4      Ontleed de zinnen
1 Beval de dictator zijn adjudant het pand te doorzoeken op explosieven?

2. Haar besluit om de postcodeloterij op te zeggen zal Merel nu wel betreuren.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 4      Ontleed de zinnen
3 Drie agenten hebben de relschopper ernstig gewond aan zijn hoofd en schouder bij de EHBO-post achtergelaten.

4 Rekende de titelhouder erop het gevecht met de uitdager snel te beslissen

Slide 16 - Tekstslide

antwoorden Opdracht 4
1 het pand te doorzoeken op explosieven = lv
2 om de postcodeloterij op te zeggen = bijv.bep  besluit
3 ernstig verwond aan zijn hoofd en schouder = bwb

4 het gevecht met de uitdager snel te beslissen = vv (erop rekenen--> voorzetsel voorwerp)
5 al snuffelend in het platenzaakje = bwb
6 veel over de flanken te spelen = bijv.bep  opdracht

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 4      Ontleed de zinnen
 
            LV               (beknopte bijzin)                                             WG     OW
2. Haar besluit om de postcodeloterij op te zeggen/  zal / Merel  /nu wel / 
WG
betreuren.
(bijv.bep --> haar besluit)
Verder werken: opdracht 4 blz. 99 
vraag 3, 4 en 5 ontleden

Slide 18 - Tekstslide

3v2         Beknopte bijzin
LEES DE THEORIE EN BEANTWOORD DE VRAGEN IN TWEETALLEN
Wat is een bijzin?
Wat is een beknopte bijzin?
Wat voor werkwoord bevat de beknopte bijzin?
Hoe ontleed je een zin met een beknopte bijzin?
Leerdoel:
Wat is een beknopte bijzin?
Hoe herken je een foutieve beknopte bijzin?
Boek open blz. 98

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een bijzin?
Een zin waar één persoonsvorm in staat, is altijd een hoofdzin. Een hoofdzin kan namelijk een zelfstandige zin zijn, terwijl een bijzin altijd een afhankelijke zin is. Een bijzin kan dus nooit op zichzelf staan (vandaar de naam bijzin). 
In de hoofdzin staan het onderwerp en de persoonsvorm namelijk altijd naast elkaar. Er kunnen geen woorden tussen worden geplaatst.

Slide 20 - Tekstslide

Wat is een beknopte bijzin?
Een beknopte bijzin is een bijzin waarin het onderwerp ontbreekt en de plaats van de persoonsvorm door een Voltooid deelwoord, onvoltooid deelwoord of infinitief wordt ingenomen. 
Een beknopte bijzin is een bijzin zonder onderwerp. Het onderwerp van de bijzin kan worden weggelaten, omdat het gelijk is aan het onderwerp van de hoofdzin.
Voorbeelden:

(1) Breed grijnzend vertelde hij over zijn overwinning.
(2) We hebben geleerd netjes met mes en vork te eten.
(3) Bij het Spui aangekomen vielen me de veranderingen op.

Slide 21 - Tekstslide