Oefentoets verkeersongevallen

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
StudievaardighedenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 6

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

De eerste handelingen bij een verkeersongeval noemen we de 4 A's
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Natuurlijk waren het de vier V's!
De vier A's betekenen...
A
Algemene Auto - Auto Aanrijdingen
B
Alle Andere Aparte Aanrijdingen
C
Afstand - Afblijven - Afwachten - Afzetten

Slide 3 - Quizvraag

Welke gegevens mag je aan de tegenpartij verstrekken na een ongeval?
A
Niets
B
Verzekering en NAW
C
Verzekering, kenteken en NAW
D
Eigenlijk gewoon alles

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer is iemand niet schuldig aan artikel 7 WvW?
Als men zich vrijwillig meldt binnen...
A
24 uur
B
12 uur
C
48 uur
D
36 uur

Slide 5 - Quizvraag

Vrijwillig melden is een strafuitsluitingsgrond voor artikel 7, lid 1A, maar niet voor lid 1B. Wat is lid 1B?

Slide 6 - Open vraag

Zelfs als de spitsstrook links gesloten is, blijft dit altijd 'rijstrook 1'.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer is er sprake van een éénzijdig verkeersongeval? Geef een voorbeeld.

Slide 8 - Open vraag

De gegevens van het ongeval gaan naar:
A
Rijkswaterstaat
B
Rijkswaterstaat en Ministerie van Verkeer
C
Ministerie van Verkeer en 'Stichting PV'
D
Rijkswaterstaat en 'Stichting PV'

Slide 9 - Quizvraag

Een briefje achter de voorruit is voldoende na een ongeval...
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Een kentekenhouder is verplicht de identiteit van een bestuurder bij art. 7 WvW bekend te maken
A
Waar, binnen 24 uur
B
Waar, binnen 48 uur
C
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Mag een bergingsvoertuig officieel eigenlijk wel over de vluchtstrook rijden?
A
Ja, logisch!
B
Nee, officieel niet, maar dit gedogen we.

Slide 12 - Quizvraag

Een knipperend seinlicht betekent
A
Het baanvak is vrij
B
Er komt een trein aan
C
De treinen rijden onder aanwijzing
D
Defect sein

Slide 13 - Quizvraag

Er bestaat een stopteken voor een trein.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Een machinist van een trein mag wél een mobiele telefoon vasthouden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Wat maakt werken op het spoor zo gevaarlijk?

Slide 16 - Open vraag

De veroorzaker van een verkeersongeval is altijd 100% verantwoordelijk voor de schade.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Schade aan een loslopend dier hoef je niet te vergoeden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Welke tips, trucs, vragen of opmerkingen hebben jullie nog rondom 'verkeersongevallen'?

Slide 19 - Open vraag