Woon- en gezinsvormen

Thema wonen: 

verschillende woonvormen
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema wonen: 

verschillende woonvormen

Slide 1 - Tekstslide

Een woonvorm
= een manier van wonen

Slide 2 - Tekstslide

Welke woonvormen ken jij?

Slide 3 - Open vraag

Studio
Een studio is iets tussen een gemeubelde kamer en een appartement. Er is meestal één grote kamer waarin je alle ruimtes in miniformaat terugvindt (een zithoekje, een slaaphoekje, een keukenhoek,… De badkamer is meestal wel apart. Je hebt er dus wel je eigen badkamer en keukentje.
Een studio is vaak moderner, maar ook iets duurder dan een gemeubelde kamer.
Je vindt ook studio’s die niet gemeubeld zijn en dus iets goedkoper.



Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een studio:

Slide 6 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een studio:

Slide 7 - Open vraag

Gemeubelde kamer
Dit is een kamer waar al de meubels (bed, kast, bureau,…) instaan. Je moet dus zelf geen meubels hebben om er te gaan wonen. Je hebt geen eigen badkamer, WC en keuken. Deze moet je delen met de andere mensen die in hetzelfde huis wonen
Een gemeubelde kamer is heel handig als je zelf niet veel spulletjes hebt, of als je een woning zoekt voor een korte tijd.
Vaak zijn deze kamers duur voor wat ze zijn. Ze zijn meestal heel klein en je betaalt er veel geld voor.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een gemeubelde kamer:

Slide 10 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een gemeubelde kamer:

Slide 11 - Open vraag

Gemeenschapshuis
Dit is een huis dat je samen met anderen huurt. De huishuur wordt dan gedeeld door alle bewoners. De slaapkamers worden verdeeld zodat je elke je eigen kamer hebt. Alle andere ruimtes in het huis zijn voor iedereen. Je moet dus de keuken, de badkamer, de zithoek/ TV-kamer,… met de anderen delen.
Je kan samen beslissen wat je wel en niet samen doet. Bv. samen eten of niet, samen naar de supermarkt of niet, televisiekijken,…

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een gemeenschapshuis:

Slide 14 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een gemeenschapshuis:

Slide 15 - Open vraag

Appartement
Een appartement bestaat in alle maten en prijzen. Je hebt er wel een aparte keuken, een aparte zithoek, een aparte badkamer en een aparte slaapkamer. Je moet bij de prijs rekening houden met hoeveel slaapkamers er zijn, hoe meer slaapkamers, hoe duurder.
Wanneer je een appartement hebt op het gelijkvloers waar een tuintje aan is, dan betaal je meestal ook meer.
Je moet ook vaak kosten betalen die gedeeld worden door alle bewoners van het gebouw zoals, onderhoud van de lift, het poetsen van de gang,…

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een appartement:

Slide 18 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een appartement:

Slide 19 - Open vraag

Sociale woning / sociaal appartement
Sociale woningen of sociale appartementen zijn er voor mensen die niet veel geld verdienen. Hoe minder geld je verdient, hoe minder huur je moet betalen voor de woning.
Maar ook grote gezinnen, personen met een handicap, bejaarden en jongeren kunnen een sociale woning huren. Je moet wel 18 jaar of ouder zijn.
Voor een sociale woning moet je langsgaan bij een huisvestingsmaatschappij. Je moet je hier inschrijven. Je zal wel lang moeten wachten voor je een woning hebt, want er zijn veel mensen die een sociale woning zoeken. Je komt dus op een lange wachtlijst te staan.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een sociale woning of sociaal appartement:

Slide 22 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een sociale woning of sociaal appartement:

Slide 23 - Open vraag

Huis
Een huis heeft meerdere verdiepingen. Je hebt er dus ook alle ruimtes apart, een keuken, een badkamer, WC, living, slaapkamers,…
Je kan een huis huren of kopen. In een huis staan nog geen meubels wanneer je er gaat wonen, je moet dus zorgen dat je alle meubels zelf hebt of gaat kopen.

Wanneer je een huis huurt of koopt moet je wel veel geld hebben: spaargeld en een lening aangaan bij de bank. 
Er bestaan veel verschillende soorten huizen: bungalow, villa, koppelwoning, rijhuis,... 



Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Geef een voordeel aan wonen in een huis:

Slide 26 - Open vraag

Geef een nadeel aan wonen in een huis:

Slide 27 - Open vraag

Begeleid wonen
Sommige jongeren hebben het moeilijker met alleen gaan wonen. Zij kunnen terecht bij een dienst voor Begeleid Wonen. Deze dienst biedt hulp aan jongeren die alleen willen gaan wonen of samen willen wonen.
Er komt dan regelmatig iemand bij je thuis langs: om te praten, om je te helpen met je papierwerk, om je te begeleiden in alles wat met geld te maken heeft. Normaal gezien duurt deze begeleiding één jaar.


Slide 28 - Tekstslide

Begeleid wonen, voor wie? 
Wanneer je nog maar 17 jaar bent kan je enkel begeleid gaan wonen wanneer je al hulpverlening krijgt. Wanneer je tussen 18 en 21 jaar bent moet dit niet.
Wanneer je begeleid wil wonen moet je er natuurlijk voor zorgen dat je geld hebt (loon, werkloosheidsuitkering, bestaansminimum,…).
Zoek je een dienst begeleid wonen, dan kan je altijd terecht bij het JAC, zij zullen je naar een dienst in je buurt sturen.



Slide 29 - Tekstslide

Begeleid wonen bestaat ook voor personen met een handicap die extra ondersteuning willen wanneer ze alleen gaan wonen. Dit heet dan wel Begeleid Wonen
Zij moeten 18 jaar of ouder zijn en een mentale, motorische of visuele handicap hebben.
Ook zij moeten ervoor zorgen dat ze geld hebben om hun woning te betalen (loon, werkloosheidsuitkering, bestaansminimum,…).
Je begeleiding of je ouders kunnen samen met jou zoeken naar een dienst voor Begeleid Wonen of Begeleid Zelfstandig Wonen in de buurt.


Slide 30 - Tekstslide

Beschermd wonen
Bij Beschermd Wonen woon je samen met nog enkele andere mensen.
In sommige gevallen is er altijd een begeleider aanwezig, in andere gevallen is er maar op bepaalde momenten van de dag iemand aanwezig.
Beschermd Wonen zorgt ervoor dat je kan leren om meer zelfstandig te zijn. De begeleiding helpt je met huishoudelijke taken, vrije tijd, geld, werk,…
Er bestaan ook vormen van beschermd wonen waarbij je helemaal alleen woont. Je kan natuurlijk wel rekenen op hulp van begeleiding als je die nodig hebt.

Slide 31 - Tekstslide

Beschermd wonen, voor wie? 
Beschermd Wonen is vooral bedoeld voor mensen met een verstandelijke handicap en eventueel een bijkomende handicap. Je moet je wel zelf kunnen verplaatsen, zowel in huis als buiten je huis. Je moet ook 18 jaar of ouder zijn voor Beschermd Wonen.
Je moet zelf zorgen dat je alles kan betalen zoals je huishuur, je elektriciteit, de inrichting, je eten en drinken,…
Als je dat wilt kan je hier wel in begeleid worden.

Slide 32 - Tekstslide

Welke woonvorm verkies jij?
Waarom?

Slide 33 - Woordweb

Heleen is 20 jaar. Ze heeft een kind van 2 jaar dat ze alleen opvoedt. Tot nu heeft ze bij haar ouders gewoond, maar ze wil alleen gaan wonen, met haar kindje. Ze werkt al twee jaar als poetsvrouw. Ze wil in een rustige buurt wonen.
Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 34 - Open vraag

Jeroen is 25 jaar en wil graag op eigen benen staan. Hij is pas afgestudeerd als burgerlijk ingenieur en heeft nog geen werk. Hij heeft wel al een klein bedrag kunnen sparen omdat hij een studentejob gedaan heeft. Hij is nu werk aan het zoeken. Hij zou graag in de stad wonen en zou het leuk vinden om gezelschap te hebben. Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 35 - Open vraag

Karen is 19 jaar. Ze werkt als kassierster in een supermarkt. Ze wil heel graag alleen gaan wonen en ze is er van overtuigd dat dit haar zal lukken. Haar kat zou ze heel graag meenemen. Ze wil liefst niet in de stad wonen, maar wel in een rustige buurt buiten de stad. Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 36 - Open vraag

Peter is 23 jaar en vrijgezel. Hij heeft een heel druk leven. In de week werkt hij hard en in het weekend gaat hij veel uit. Hij heeft beslist dat hij thuis weg wil en op eigen benen wil staan. Het is belangrijk dat er een extra kamer is om zijn computer en ander extra materiaal te zetten. Hij zou ook graag een garage hebben. Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 37 - Open vraag

Lien is 17 jaar en zit nog op school. Het gaat thuis niet goed meer en ze wil alleen gaan wonen. Ze werkt na school drie dagen per week in een restaurant. Veel geld heeft ze niet, ze verdient per maand ongeveer 650 euro. Ze zal moeten uitkijken om toe te komen met het geld dat ze heeft.
Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 38 - Open vraag

Annelies is 21 jaar. Ze is afgestudeerd en werkt als juf. Ze heeft snel werk gevonden. Nu wil ze alleen gaan wonen en ze zoekt een huisje om samen met haar vriend in te gaan wonen. Ze zoeken een huis met voldoende kamers en een ingerichte keukenwant ze willen snel een gezin starten .

Welke woonvorm zou jij aanraden?

Slide 39 - Open vraag