Bs 4: Uitscheiding en herhaling bloedvaten

Vandaag
-Herhaling bloedvaten
-  Poortader
- Nieren bs 4
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Vandaag
-Herhaling bloedvaten
-  Poortader
- Nieren bs 4

Slide 1 - Tekstslide

Namen bloedvaten
Hoofdregel!!!
naam van orgaan + slagader/ader

Uitzonderingen:
aorta, bovenste en onderste holle ader en poortader

Slide 2 - Tekstslide

Dus:
  • zijn vernoemd naar de plek waar ze naar toe gaan of vanaf gaan 
  • Naar de nieren -> nierslagader
  • Van de nieren af -> nierader

Slide 3 - Tekstslide

Naamgeving van bloedvaten



Van hart (af) naar nier = nierslagader




Van nier naar hart (toe) = nierader

Slide 4 - Tekstslide

Poortader
  • De poortader verbindt de maag, dunne darm en dikke darm met de lever
  • De poortader vervoert zuurstofarm bloed van het darmkanaal naar de lever.
  • Poortader is zuurstofarm maar bevat  veel voedingsstoffen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat doet de lever?
De lever haalt stoffen uit je bloed en geeft weer andere stoffen af.

De lever krijgt bloed uit 2 bloedvaten:
1. De leverslagader voert bloed met zuurstof aan.
2. De poortader 

Slide 6 - Tekstslide

Even oefenen

Slide 7 - Tekstslide

Hals ader
Leverslagader
Longader
Aorta
Halsslagader
Linkerboezem
Rechter kamer
Linker kamer
Darmslagader
Onderste holle ader
Rechterboezem
Poortader
Nierslagader
Longslagader
Naam bloedvat

1. stroomt het bloed naar het hart toe of van het hart af?
2. welk orgaan is betrokken?
3. is het een uitzondering (longslagader, longader, poortader)?

Slide 8 - Tekstslide

bovenste holle ader
onderste holle ader
aorta
poortader
Longader
Longslagader
leverader
leverslagader
darmslagader

Slide 9 - Sleepvraag

Uitscheiding bs 4

Slide 10 - Tekstslide

Lesdoelen

  • De uitscheidingsorganen kunnen noemen, samen met de stoffen die ze uitscheiden.

  • Kunnen uitleggen hoe de nieren werken.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Hoe werken de nieren?
De nieren liggen aan de achterzijde van de buikholte.

Beide nieren zijn met een urineleider verbonden met de urineblaas.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Nieren

Taak van de nieren:

  • Afvalstoffen verwijderen uit het bloed (uitscheiding).


Slide 15 - Tekstslide

Doorbloeding nieren

Per minuut stroomt er ruim 1 liter bloed door de nieren.





Slide 16 - Tekstslide

Nier bestaat uit:
- Nierschors
- Niermerg
- Nierbekken



Slide 17 - Tekstslide

Nieren
  • via de nierslagader stroomt vies bloed de nier in
  • via de nierader stroomt schoon bloed de nier uit
  • in de nier is het bloed dus schoon gemaakt

Slide 18 - Tekstslide

Buitenste laag: Nierschors
  • de buitenste laag van de nieren heet de nierschors
  • hier wordt het bloed gefilterd

Slide 19 - Tekstslide

Middelste laag:
Niermerg
  • de middelste laag van de nieren heet het niermerg
  • hier wordt de urine gemaakt

Slide 20 - Tekstslide

Binnenste laag:
Nierbekken
  • de binnenste laag van de nieren heet het nierbekken
  • hier wordt de urine opgevangen en afgevoerd

Slide 21 - Tekstslide

Uitscheiding

 Uitscheiding via de nieren

Slide 22 - Tekstslide

Vandaag leer je:
- bouw van de nieren,
- functie van de nieren: filteren van je bloed, 
- twee processen spelen een rol:
> ultrafiltratie
> terugresorptie

Slide 23 - Tekstslide

Bouw van de nier

Nier is opgebouwd uit vier duidelijk te onderscheiden onderdelen:

  • Nierkapsel
  • Nierschors 
  • Niermerg 
  • Nierbekken

Bijnier = hormoonklier die bovenop elke nier ligt

Slide 24 - Tekstslide

Vorming van urine

Lichaam van Malpighi

Door bloeddruk wordt deel van het bloed uit glomerulus (opgerold kluwen slagader) in de holte van het kapsel van Bowman  geperst: Ultrafiltratie


Vocht in kapsel van Bowman: voorurine.

Voorurine bevat:

water/glucose/aminozuren/opgeloste zouten/afvalstoffen

Voorurine bevat geen:

grote bloedeiwitten/bloedcellen/bloedplaatjes

Slide 25 - Tekstslide

Vorming urine

In een niereenheid (nefron) wordt urine gevormd.


De ultrafiltratie --> vorming van voorurine in kapsel van Bowman


Terugresorptie heropname bruikbare stoffen in het bloed: lis van Henle, verzamelbuis, tubulus




Slide 26 - Tekstslide

Vorming urine

De urine vorming hangt af van een aantal factoren:

  • De hoeveelheid opgenomen vocht.
  • De hoeveelheid opgenomen zouten.
  • De hoeveelheid vocht en zouten die je verliest door transpiratie.

Slide 27 - Tekstslide

Urine

Elke dag produceer je  ±180 liter voorurineNa terugresorptie blijft er maar 1% voorurine over: 1,5 - 2L urine.


Ong. 178L water, 1,5kg keukenzout en 270gr glucose teruggeresorbeerd. 

Slide 28 - Tekstslide

Urinewegen

Urine sijpelt vanuit de verzamelbuizen in de nierkelken.

Hier beginnen de urinewegen.

De volgende organen maken deel uit van de urinewegen:

  • Nierkelken
  • Nierbekken
  • Twee urineleiders
  • Urineblaas
  • Plasbuis

Slide 29 - Tekstslide

Urineblaas (vesica urinae)


Slide 30 - Tekstslide