Phase 1/2 quiz
1 / 11
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
A
Slide 2 - Quizvraag
The rough root is always the same as the ik-vorm in Dutch.
A
True
B
False
Slide 3 - Quizvraag
Hoi! Hoe gaat het _______?
A
jou
B
jij
C
met jou
D
met jij
Slide 4 - Quizvraag
What's your name?
A
Hoe heet jij?
B
Wat is jouw naam?
C
Wie ben jij?
D
Waarom ben jij hier?
Slide 5 - Quizvraag
Ik _______ (lopen) altijd naar school.
A
lop
B
loop
C
lopen
D
liep
Slide 6 - Quizvraag
Hij ______ bellen met zijn kauwgom.
A
blaast
B
blaz
C
blaas
D
blazen
Slide 7 - Quizvraag
If the rough root of a verb ends on a -v, you need to change that into a:
A
w
B
u
C
b
D
f
Slide 8 - Quizvraag
In the 2nd person (singular) you need to add a ________ to the root when the verb is regular.
A
e
B
t
C
nothing!
