Oefentoets Paragraaf 3.4 onderwijs en je toekomst
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diplom
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Verdringingseffect
Diploma-inflatie
Competentiegericht leren
Competenties
1 / 30
Onderdelen in deze les
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diplom
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Verdringingseffect
Diploma-inflatie
Competentiegericht leren
Competenties
Slide 1 - Sleepvraag
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diplom
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Slide 2 - Sleepvraag
Verdringingseffect
Diploma-inflatie
Competentiegericht leren
Competenties
Slide 3 - Sleepvraag
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
A
verdringingseffect
B
Diploma-inflatie
C
Competentiegericht leren
D
Competenties
Slide 4 - Quizvraag
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diplom
A
verdringingseffect
B
Diploma-inflatie
C
Competentiegericht leren
D
Competenties
Slide 5 - Quizvraag
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
A
verdringingseffect
B
Diploma-inflatie
C
Competentiegericht leren
D
Competenties
Slide 6 - Quizvraag
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard
A
verdringingseffect
B
Diploma-inflatie
C
Competentiegericht leren
D
Competenties
Slide 7 - Quizvraag
diploma-inflatie
A
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diploma
B
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
C
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
D
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Slide 8 - Quizvraag
verdringingseffect
A
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diploma
B
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
C
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
D
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Slide 9 - Quizvraag
Competentiegericht leren
A
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diploma
B
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
C
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
D
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Slide 10 - Quizvraag
Competenties
A
Het verdringen uit het arbeidsproces van mensen met een lager diploma door mensen met een hoger diploma
B
Diploma’s worden relatief gezien steeds minder waard.
C
Theorie en praktijk worden als het ware in elkaar geschoven, dit leren gaat uit van de leervraag.
D
Leer- en vaardigheidseigenschappen.
Slide 11 - Quizvraag
Het type onderwijs dat je volgt met de daarbij behorende diploma’s, bepalen niet de positie en de baan die je in de samenleving gaat innemen.
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Het type onderwijs dat je volgt met de daarbij behorende diploma’s, bepalen mede de positie en de baan die je in de samenleving gaat innemen.
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Mensen met goede diploma's kunnen vaak goed aan de slag.
A
juist
B
onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Mensen zonder diploma's kunnen vaak goed aan de slag.
A
juist
B
onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Met goede diploma's ontvang je meestal slechte salarissen.
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quizvraag
Met goede diploma's ontvang je meestal ook goede salarissen.
A
juist
B
onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Soms gaan leerlingen zonder diploma van school.
A
juist
B
onjuist
Slide 18 - Quizvraag
Leerlingen gaan nooit zonder diploma van school.
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Met diploma heb je meer kans op werk.
A
juist
B
onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Zonder diploma heb je minder kans op werk.
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Wanneer het economisch slecht gaat, krijgen jongeren zonder diploma en geen werkervaring minder snel een baan.
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Als het economisch slecht gaat kan het voorkomen dat een havo- leerling werk gaat doen van een vmbo leerling.
A
juist
B
onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Sinds 2007 kent men op het mbo competentiegericht leren.
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quizvraag
Competenties kunnen zijn: lezen, rekenen en kunnen communiceren.
A
juist
B
onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Competenties kun je alleen gebruiken op school.
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Competenties kun je ook gebruiken in je privéleven, werkplek en in de samenleving.
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quizvraag
De rol die mensen spelen in de samenleving
Dit is het geval als je een havo- of vwo-diploma hebt of een diploma op mbo-2-niveau of hoger.
Leerlingen moeten burgers worden die zich verantwoordelijk voelen voor zaken die in de maatschappij
spelen.
Jongeren zonder startkwalificatie moeten tot hun 18e verjaardag onderwijs volgen.
Rolpatroon
Startkwalificatie
Burgerschap
Kwalificatieplicht
Slide 28 - Sleepvraag
Leerlingen moeten burgers worden die zich verantwoordelijk voelen voor zaken die in de maatschappij
spelen.
De rol die mensen spelen in de samenleving.
Socialiserende functie
Kwalificatieplicht
Slide 29 - Sleepvraag
De rol die mensen spelen in de samenleving.
Leerlingen moeten burgers worden die zich verantwoordelijk voelen voor zaken die in de maatschappij
spelen.
Iedereen dient gelijke kansen te krijgen.
Onderwijs streeft er naar dat alle mensen gelijke rechten krijgen.
Rolpatroon
Burgerschap
Democratiseringsfunctie
Emancipatiefunctie
