SOA

Les mens en maatschappij - soa 


seksueel
overdraagbare
aandoening

geslachtsziekten
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les mens en maatschappij - soa 


seksueel
overdraagbare
aandoening

geslachtsziekten

Slide 1 - Tekstslide

Hoe krijg je een SOA?
  • Onbeschermde seks 
  • Door slijmvliezen, sperma, vaginaal vocht of bloed
  • Hoe voorkom je een SOA?

Slide 2 - Tekstslide

Hoe voorkom je een soa?

Door veilig te vrijen.




Dit doe je door een condoom te gebruiken

Slide 3 - Tekstslide

ga naar de volgende link: https://sense.info/nl/soas/soas-voorkomen/wat-veilig-en-wat-niet. Noem minimaal 5 vormen van veilig vrijen.

Slide 4 - Open vraag

Op de volgende pagina krijg je een aantal feitjes en fabeltjes te zien. Beantwoord de vragen. 

Slide 5 - Tekstslide

Wanneer je je goed wast, heb je geen kans om een Soa te krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer je de pil slikt ben je beschermt tegen een soa
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Bij de eerste keer seks kan je een soa krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Wanneer je geen klachten hebt, heb je ook geen soa
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Je kan je altijd gratis laten testen op soa's (als je in de risicogroep valt)
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Bekendste soa's :
- Chlamydia (Bacterie)
- Gonnoroe (Bacterie)
- Genitale wratten (Virus)
- Herpes Genitales (Virus)
- Syfilis (Bacterie)
- Candida (Schimmel)
- Schaamluis (Parasiet)
- Hepatitus B (Virus) 
- Hiv (Virus)

Slide 11 - Tekstslide

Bacterie
Bacterien zijn ééncellige organismen zonder celkern en met een celwand. (Dus levend)

Bacteriën verspreiden zich gemakkelijk van de ene mens naar de andere.

We kunnen last krijgen van bacteriën als ze op plaatsen komen waar ze niet thuishoren. Zoals in de bloedbaan, in de blaas of in een wond.


Slide 12 - Tekstslide

Antibiotia
Antibiotica zijn medicijnen die goed werken tegen ontstekingen veroorzaakt door bacteriën. Ze doden de bacteriën of remmen hun groei.



Slide 13 - Tekstslide

Virus
Virussen leven niet zelf, maar hebben gastcellen nodig om te kunnen blijven bestaan. 

Ze komen een gezonde cel in en nemen hun functie over. 

Slide 14 - Tekstslide

Als ons immuunsysteem deze cellen ontdekken, gaat ons lichaam ons beschermen tegen het virus. 

Ons immuunsysteem begint dan antistoffen aan te maken die de verkeerde cel aanvalt en het virus eruit gaat krijgen. 

Slide 15 - Tekstslide

Nadat het virus is verslagen, doet ons immuunsysteem iets heel slims. Het onthoudt op welke manier het virus is verslagen.

 Op die manier kan het virus direct uitgeschakeld worden, mocht het in de toekomst nog een keer het lichaam binnenkomen. 

Maar...

Slide 16 - Tekstslide

Van sommige virussen kan je (nog) niet genezen zoals HIV.

Later meer over

Slide 17 - Tekstslide

Chlamydia
  • Meest voorkomend in Nederland
  • Bacteriele infectie
  • Deze bacterie besmet de slijmvliezen van de plasbuis, de anus, de keel of de baarmoedermond. 
  • Chlamydia zorgt daar voor ontstekingen. 

Slide 18 - Tekstslide

Symtomen Chlamydia
  • 1 tot 3 weken kun je de eerste klachten krijgen. Zoals pijn bij het plassen, (andere) afscheiding of bloedverlies. De klachten zijn voor vrouwen en mannen verschillend.

Slide 19 - Tekstslide

Bij de vrouw 
  • Pijn of een branderig gevoel bij het plassen.
  • Pijn en bloedverlies tijdens of na het vrijen 
  • Bloedverlies terwijl je niet ongesteld bent 
  • Meer of abnormale vaginale afscheiding 
  • Jeuk bij de anus
  • Erge pijn in de onderbuik.

Slide 20 - Tekstslide

Bij de man
  • Pijn of branderig gevoel bij het plassen 
  • Afscheiding uit de plasbuis, vooral ’s morgens 
  • Jeuk bij de anus, (bloederige) afscheiding bij de ontlasting en diarree 
  • Pijn in de balzak 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Gonorroe
  • Bacterie
  • Slijmvliezen van de vagina, penis, anus, keel of ogen kan worden besmet. 
  • 'Druiper' (afscheiding plasbuis) 
  • Vaak bij homoseksuele
  • Antibiotica

Slide 23 - Tekstslide

Verder over Gonorroe
  • Kan ook in de keel. 
  • Een condoom verkleint de kans maar beschermt je niet helemaal.  
  • Gonorroe geeft niet altijd klachten. 
  • Niet behandelen? Verdere infecties in het lichaam

Slide 24 - Tekstslide

Genitale wratten
  • Virus (HPV). 
  • Rond en in geslachtsdelen en anus
  • Niet schadelijk voor gezondheid. Gaan vanzelf over. 
  • Kan verwijderd worden door arts

Slide 25 - Tekstslide

Herpes genitalis 
  • Herpes is een virus. Het herpes-virus dringt je lichaam binnen via de huid en het slijmvlies van je mond, je penis of vagina of de anus. 
  • Herpes zorgt daar voor ontstekingen.
  •  Blaasjes die pijn doen rond, op of in de penis, de vagina of de anus.

Slide 26 - Tekstslide

  • Na ongeveer 3 weken drogen de blaasjes uit. Blaasjes kunnen weer terugkomen.

Slide 27 - Tekstslide

Syfilis
  • Bacteriele infectie.
  • Vaak bij  homoseksuelen 

Ziekteverschijnselen:

  • Zweertjes op penis, vagina, anus of mond
  • Niet behandelen? Overal ontstekingen.

Genezing:

  • Antibiotica

Slide 28 - Tekstslide

Schaamluis
  • Een parasiet die leeft van menselijk bloed. 

  • Overdraagbaar door lichamelijk contact

  • Behandeling: speciaal middel tegen luizen

Slide 29 - Tekstslide

Hepatitus B
- Virus
- Kan onsteking aan de lever veroorzaken
- komt voor in bloed, sperma, voorvocht en vaginaal vocht.
- Sommige mensen krijgen chronische variant. 
- Kunnen leverkanker krijgen

Slide 30 - Tekstslide

HIV
HIV => is een virus
Symptonen
Eén tot zes weken na het oplopen van hiv kan je klachten krijgen die lijken op gewone griep. Deze kunnen één tot zes weken aanhouden.
Hoe krijg je HIV?
Onveilig geslachtsgemeenschap te hebben, maar ook contact met bloed
Behandeling
Hiv blijft altijd in je lichaam. Je onderdrukt het met hiv-remmers. 



Slide 31 - Tekstslide

Als hiv, het virus dat aids veroorzaakt, het lichaam binnenkomt, gaat het op zoek naar mogelijkheden om zich te vermenigvuldigen. Daarvoor speurt het in het bloed naar speciale afweercellen. Hiv dringt de kern van de afweercel binnen en nestelt zich in het DNA. 

Hiermee verandert het virus de cel in een soort fabriek die nieuwe hiv-deeltjes maakt.

Slide 32 - Tekstslide

De vrijgekomen hiv-deeltjes dringen vervolgens binnen in andere afweercellen en het proces herhaalt zich. Steeds meer cellen gaan hiv-deeltjes maken. 

Hoe meer afweercellen geïnfecteerd zijn met hiv, hoe meer het afweersysteem verzwakt.

 

Slide 33 - Tekstslide

Niet alle geïnfecteerde afweercellen gaan hiv-deeltjes maken. Er zijn ook cellen waarin het virus slapend aanwezig blijft.

Ook deze afweercellen zijn door hiv veranderd in fabrieken die nieuwe virusdeeltjes kunnen maken, alleen staan ze op non-actief.

Slide 34 - Tekstslide

Hiv-remmers voorkomen dat hiv nieuwe cellen kan infecteren. Maar de afweercellen waarin hiv slapend aanwezig is worden niet aangepakt. 

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Aids
  • Afweersysteem aangetast
  • een virus, HIV-virus
  • Seropositief
  • Eerst geen ziekteverschijnselen
  • Virus verspreid zich en "activeert" aids

Slide 37 - Tekstslide

AIDS

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Welke soa's zijn er wel te behandelen?

Slide 40 - Open vraag

Welke soa's zijn er niet te behandelen?

Slide 41 - Open vraag

Ga naar sense.info - Soa's
Geef antwoord op de volgende vraag: Beschrijf in eigen woorden hoe een soa-test gedaan wordt.

Slide 42 - Open vraag

Ga naar sense.info - soa
Geef 3 tips hoe je het best een soa kan voorkomen.

Slide 43 - Open vraag