Paragraaf 7.1

Hoofdstuk 7 Nederland handelsland
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7 Nederland handelsland

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  1. Herhalen de theorie van leerjaar 3
  2.  Nieuwe stof behandelen
  3. Huiswerk opgeven
  4. Werken aan huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

De theorie van leerjaar 3
In de volgende dia's gaan we de theorie van leerjaar 3 doornemen. Als je deze theorie niet meer precies weet, zorg dan dat je de aantekening meeschrijft.

Slide 3 - Tekstslide

Export en Import
EXPORT
IMPORT

Slide 4 - Tekstslide

Uitvoerwaarde en invoerwaarde

Uitvoerwaarde= Het totale bedrag aan verkochte goederen aan het buitenland.


Invoerwaarde = Het totale bedrag aan ingekochte goederen uit het buitenland

Slide 5 - Tekstslide

Invoer- en Uitvoerwaarde 
  • Invoerwaarde: Het bedrag dat we betalen voor de import van goederen en diensten. 
Invoerwaarde = ingevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid
  • Uitvoerwaarde: Het bedrag dat we in totaal met de export verdienen. 
Uitvoerwaarde = uitgevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid 

Slide 6 - Tekstslide

VRIJHANDEL

Slide 7 - Tekstslide

Europese Centrale Bank (ECB)
  • Frankfurt
  • toezicht op EMU
  • prijsstabiliteit

Slide 8 - Tekstslide

Theorie van paragraaf 7.1
Zorg dat je aantekening maakt als je denkt dat je het niet weet. Aan het einde van de les:
1. Weet je wat wederuitvoer betekent
2. Kun je de import/exportquote berekenen
3. Weet je het verschil tussen een open en een gesloten economie
4. Weet je hoe de betalingsbalans werkt.

Slide 9 - Tekstslide

Wederuitvoer
Nederland voert ook producten in die vervolgens doorverkocht worden aan het buitenland, dit heet doorvoerhandel of wederuitvoer.

Slide 10 - Tekstslide

Exportquote en Importquote

Exportquote: Hoeveel (%) van het nationale inkomen verdienen we met export.
Importquote: Hoeveel (%) van het nationale inkomen geven we aan import.


Slide 11 - Tekstslide

Reken met importquote en exportquote

Slide 12 - Tekstslide

Bereken de importquote, exportquote en dekkingsgraad

Slide 13 - Tekstslide

Open en gesloten economie
  • Een land dat veel invoert en uitvoert heeft een open economie.
  • Een land dat bijna niet invoert en uitvoert heeft een gesloten economie

Slide 14 - Tekstslide

Import
Waarom importeren wij als Nederland

Ons klimaat
Grondstoffen
Goedkoper/betere kwaliteit
Ruimere keuze aan producten

Slide 15 - Tekstslide

Betalingsbalans
Bekijk de exportwaarde t.o.v. de importwaarde 

Slide 16 - Tekstslide

Een Nederlands baggerbedrijf werkt aan de verbreding van een toegangskanaal in het Engelse Portsmouth. Het gaat hier om.....
A
Import van goederen
B
Import van diensten
C
Export van goederen
D
Export van diensten

Slide 17 - Quizvraag

Een groep Nederlandse vrienden gaat op wintersport naar Oostenrijk. Hier is sprake van......
A
Import
B
Export

Slide 18 - Quizvraag

Nederland importeerde afgelopen jaar 421 miljoen liter wijn. Hiervan kwam 29% uit Frankrijk. De gemiddelde prijs per liter wijn was € 2,38. Bereken de importwaarde van de wijn uit Frankrijk.

Slide 19 - Open vraag

Hoe noem je de landen die samen de euro als wettig betaalmiddel hebben ingevoerd?

Slide 20 - Open vraag

Tijdens je vervolgopleiding wil je graag stage lopen in Spanje. Welke vrijhandel is dit?
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van kapitaal
C
Vrij verkeer van personen

Slide 21 - Quizvraag

Je docent opent een spaarrekening in Italië omdat de rente daar hoger is. Welke vrijhandel wordt hier bedoeld?
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van kapitaal
C
Vrij verkeer van personen

Slide 22 - Quizvraag

Door de belasting op zonnepanelen uit China worden deze......... voor consumenten in de EU.
A
Duurder
B
Goedkoper

Slide 23 - Quizvraag

Door die belasting te heffen op zonnepanelen beschermt de EU _______ fabrikanten van zonnepanelen
A
Chinese
B
Europese

Slide 24 - Quizvraag

Aan de slag!
Neem voor je blz. 204 we gaan eerst gezamenlijk lezen.
Daarna is het huiswerk maken paragraaf 7.1

Slide 25 - Tekstslide