Les 4 - Korstproducten (grond- en hulpstoffen + start productieproces)

Korstproducten - les 4
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Koek en cakeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Korstproducten - les 4

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Jij:
  • kan de functie van de verschillende grond- en hulpstoffen toelichten
  • kan verklaren wat het effect is van het vervangen van grond- en/of hulpstoffen op het eindproduct
  • kent en begrijpt het productieproces van korstproducten en kunt dit ook toelichten

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeelden
korstproducten

Slide 3 - Woordweb

Wat zijn de grondstoffen van korstdeeg?
A
Vetstof, bloem, suiker, water
B
Vetstof, bloem, ei, suiker
C
Vetstof, bloem, water
D
Vetstof, ei, bloem

Slide 4 - Quizvraag

Bloem
  • Zeeuwse bloem (zachte tarwe) vs tarwebloem (harde tarwe)
  • Waterbindend vermogen en verstijfselend vermogen
  • Ascorbinezuur

Slide 5 - Tekstslide

Vetstof
  • Tussen het deeg
  • Plastisch
  • Vetfilm
  • Boter     vs
       korstmargarine

Slide 6 - Tekstslide

De laatste grondstof is water. Wat is de juiste temperatuur van water en waarom?

Slide 7 - Open vraag

Hulpstoffen
  • Broodverbetermiddel
  • Eidooiers of eieren
  • Enzymen
  • Emulgatoren
  • Kleurstof (geel)
  • Melkpoeder
  • Sojabloem
  • Zetmeel
  • Zout

Slide 8 - Tekstslide

Deegbereiding
  • Twee halffabrikaten
  • Korstdeegzetten
               1. Hollandse methode
               2. Franse methode

Slide 9 - Tekstslide

Hollandse vs Franse methode
Aan de slag
  • Maak een overzicht van de verschillen tussen de Hollandse en de Franse methode
  • Benoem de drie belangrijkste verschillen
  • Geef de definitie van het begrip toeren
  • Oefenen met vouwen


timer
7:00

Slide 10 - Tekstslide

Hollandse methode
Franse methode

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
Jij:
  • kan de functie van de verschillende grond- en hulpstoffen toelichten
  • kan verklaren wat het effect is van het vervangen van grond- en/of hulpstoffen op het eindproduct
  • kent en begrijpt het productieproces van korstproducten en kunt dit ook toelichten

Slide 12 - Tekstslide