Europa deel 2

Klimaat en landschapszones
Waar wonen mensen op aarde en waarom wonen ze daar?
Dat heeft te maken met het klimaat en het landschap dat daarbij hoort.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Klimaat en landschapszones
Waar wonen mensen op aarde en waarom wonen ze daar?
Dat heeft te maken met het klimaat en het landschap dat daarbij hoort.

Slide 1 - Tekstslide

Natuurlandschappen
Temperatuur en wind hebben veel invloed op de natuurlandschappen
Je kunt dus zeggen dat het klimaat de plantengroei in een gebied bepaalt.
Eeen gebied met dezelfde oorspronkelijke plantengroei heet een natuurlijke zone.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?
Er volgen nu 10 vragen om te kijken wat je eigenlijk al weet over de verschillende natuurlandschappen.
Voor elke vraag heb je 20 seconden de tijd!

Slide 3 - Tekstslide

Tropisch regenwouden liggen vlakbij de evenaar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

In poolgebieden vriest het altijd, zomer en winter, dag en nacht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

In woestijnen is het altijd superheet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

In een woestijn groeit niets.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

In poolgebieden vind je naaldbossen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Tropische regenwouden hebben een droge tijd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Ontbossing is het grootste gevaar voor de tropische regenwouden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

In woestijnen regent het nooit.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

In tropische regenwouden valt weinig regen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

In poolgebieden komt in de zomer de temperatuur vaak boven de 15 graden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Noem de klimaten
die je kent

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Tekstslide

Hoe herken je klimaten?
- je kijkt naar de plantengroei
- het klimaat bepaalt grotendeels hoe het landschap eruit ziet
- je kijkt naar de klimaatgrafiek

Even oefenen: je ziet steeds een foto met van  een landschap. Jij moet het klimaat bepalen.

Slide 16 - Tekstslide


A
Droog klimaat
B
Poolklimaat
C
Gematigd klimaat
D
Tropisch klimaat

Slide 17 - Quizvraag


A
tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Pool klimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 18 - Quizvraag


A
Poolklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Droog klimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 19 - Quizvraag


A
Droog klimaat
B
Tropisch klimaat
C
Poolklimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Welke klimaten heeft Europa?

Slide 24 - Woordweb

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Klimaatdiagram
Dit is een grafiek waarin je kunt aflezen welk klimaat een plaats of gebied heeft.

Oefenen:

Slide 27 - Tekstslide


A
Tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Gematigd klimaat
D
Droog klimaat

Slide 28 - Quizvraag


A
Tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Gematigd klimaat
D
Poolklimaat

Slide 29 - Quizvraag

Verschillen in bevolkingsspreiding 
Dunbevolkt zijn de volgende gebieden:
- teveel hoogteverschil (reliëf)
- klimaat te warm
-Klimaat te koud
- klimaat te droog

Slide 30 - Tekstslide

Bevolkingsconcentratie =?

Slide 31 - Open vraag

In welke klimaatzone vind je de grootste bevolkingsconcentraties?
A
Tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Gematigd klimaat
D
Pool klimaat

Slide 32 - Quizvraag