4.5 Internationale handel

4.5 Internationale handel
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

4.5 Internationale handel

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhaling 4.4
  • Uitleg 4.5

Slide 2 - Tekstslide

4.4 Weet je het nog?
  • Europese Monetaire Unie (EMU)
  • wisselkoers
  • transactiekosten

Slide 3 - Tekstslide

4.5 Kennen / kunnen
Begrippen:
  • Invoerrechten
  • Contingentering
  • Vrijhandel
  • Protectie
  • Douane

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Protectie: beschermen van bedrijven binnen de EU
Invoerrechten: als je iets in de EU wilt verkopen moet je dat recht kopen (daardoor worden buitenlandse producten duurder, waardoor EU bedrijven beter kunnen concurreren. 

Contigentering: een maximale hoeveelheid die je in mag voeren (bijvoorbeeld maximal 100 miljoen auto's)

Slide 6 - Tekstslide

Vrijhandel 
Binnen de EU is er vrijhandel.
De EU heeft een gemeenschappelijk buitentarief.




alle EU-landen hanteren dezelfde invoertarieven voor de import

Slide 7 - Tekstslide

Vrijhandel 
Binnen de EU is er vrijhandel.
De EU heeft een gemeenschappelijk buitentarief.




alle EU-landen hanteren dezelfde invoertarieven voor de import

Slide 8 - Tekstslide

De douane controleert personen, bagage en ingevoerde producten.
De Europese unie beschermt de eigen bedrijven door protectiemaatregelen:
* invoerrechten
* contingentering
* exportsubsidie
Invoerrechten zijn in alle lidstaten van de EU gelijk      
(= gemeenschappelijk buitentarief).

Geen invoerrechten bij kleine bestellingen via internet.

Slide 9 - Tekstslide

Gevolgen van invoerrechten:
* daling import 
* stijging binnenlandse productie
* consumenten betalen meer voor  geïmporteerde producten
Gevolgen van protectie:
* de prijs van importpro-ducten wordt hoger
* er is meer werk bij de bedrijven in de Europese unie
* meer werk = goed voor de economie / consumptie

Exportsubsidie:
om beter te concurreren met buitenland.

Slide 10 - Tekstslide

Invoerrechten zijn ...
A
een belasting.
B
een subsidie.

Slide 11 - Quizvraag

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je kleding bij een bedrijf in Italië koopt?
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 12 - Quizvraag

Invoerrechten beschermen de Nederlandse bedrijven door:
A
buitenlandse producten duurder te maken
B
Nederlandse producten goedkoper te maken
C
de invoerhoeveelheid te beperken
D
buitenlandse producten goedkoper te maken

Slide 13 - Quizvraag