Taalverzorging H.3

Taalverzorging H.3
SPELLINGREGELS
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Taalverzorging H.3
SPELLINGREGELS

Slide 1 - Tekstslide

Taalverzorging - 3 Spellingregels
3.1 Hoofdletters 
3.2 Leestekens
3.3 Meervoud
3.4 Tussenletters
3.5 aan elkaar of los?
3.6 -e of -en


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Wanneer hoofdletters?

Slide 4 - Woordweb

Wanneer hoofdletters?

Slide 5 - Tekstslide

Let op: geen hoofdletter bij

Slide 6 - Tekstslide

Spellingregels: tekens bij woorden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf onderstaand woord goed (met apostrof).

autos

Slide 9 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met apostrof).

s ochtends

Slide 10 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met apostrof).

Lars scooter

Slide 11 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met apostrof).

opas horloge

Slide 12 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met apostrof).

mboer

Slide 13 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met trema).

commerciele

Slide 14 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met trema).

drieentwintig

Slide 15 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met trema).

concierge

Slide 16 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met trema).

Belgie

Slide 17 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met trema).

kopieren

Slide 18 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met accent).

prive

Slide 19 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met accent).

scene

Slide 20 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met accent).

coupe

Slide 21 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met accent).

creme

Slide 22 - Open vraag

Schrijf onderstaand woord goed (met accent).

oke

Slide 23 - Open vraag

Vervang het woord dat je kunt weglaten door een weglatingsstreepje.

voordeur en achterdeur

Slide 24 - Open vraag

Vervang het woord dat je kunt weglaten door een weglatingsstreepje.

import en export

Slide 25 - Open vraag

Vervang het woord dat je kunt weglaten door een weglatingsstreepje.

landbouw en tuinbouw

Slide 26 - Open vraag

Vervang het woord dat je kunt weglaten door een weglatingsstreepje.

binnendienst en buitendienst

Slide 27 - Open vraag

Spellingregels: meervoud

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Wat is het meervoud van auto?
A
autoos
B
auto's
C
autos
D
auto'en

Slide 30 - Quizvraag

Wat is het meervoud van brief?
A
briefs
B
briefen
C
brieve
D
brieven

Slide 31 - Quizvraag

Wat is het meervoud van cadeau?
A
cadeaus
B
cadeau's
C
cadeautjes
D
cadeau'en

Slide 32 - Quizvraag

Wat is het meervoud van calorie?
A
calories
B
calorien
C
calorieën
D
caloriën

Slide 33 - Quizvraag

Wat is het meervoud van wc?
A
wcen
B
wc's
C
wc'en
D
wcs

Slide 34 - Quizvraag

Spellingregels: samenstellingen

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Maak de samenstelling.
hond + hok

Slide 40 - Open vraag

Maak de samenstelling.
personeel + feest

Slide 41 - Open vraag

Maak de samenstelling.
maan + schijn

Slide 42 - Open vraag

Maak de samenstelling.
geluid + sterkte

Slide 43 - Open vraag

Maak de samenstelling.
geboorte + kaartje

Slide 44 - Open vraag


Aan het einde van de les:

  • gebruik je tekens bij woorden juist;
  • kun je woorden in het meervoud zetten;
  • kun je samenstellingen maken.

Slide 45 - Tekstslide

Extra oefenen
Ga naar www.cambiumned.nl

Voor opdrachten over meervoud:
Spelling > Spellingregels > Meervoudsuitgangen > Oefeningen

Voor opdrachten over samenstellingen:
Spelling > Spellingregels > De tussenklank in ... > Oefeningen

Slide 46 - Tekstslide