Het werkwoordelijk gezegde TA6 H nav les 7

• Taal
• Basisschool
• Groep 5,6

doel:

Ik leer wat een werkwoordelijk gezegde is.

Eventjes opfrissen:

Wat is een werkwoord?

Dan is het nu tijd om te oefenen!

Hoe vind je de persoonsvorm?

Wat is de persoonsvorm?
Nienke vertelt een verhaal aan groep 6.

1. Nienke
2. vertelt
3. een verhaal
4. aan groep 6

Wat is de persoonsvorm?
Juf Anne snoept de hele dag chocolaatjes.

1. Juf Anne
2. de hele dag
3. chocolaatjes
4. snoept

Wat is de persoonsvorm?
Juf Pleun danst er vrolijk op los.

1. Juf Pleun
2. op los
3. danst
4. danst vrolijk

Wat is de persoonsvorm?
Hoe laat gaan we naar de dokter?

1. Hoe
2. Hoe laat
3. we
4. gaan

Wat is een werkwoord?

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Ik ga in de vijver zwemmen.

1. ga
2. ga zwemmen
3. ga in de vijver
4. Ik

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Ik heb in de koekjestrommel gekeken.

1. ga
2. ga zwemmen
3. ga in de vijver
4. Ik

Het regent al de hele dag.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Groep 6 oefent het werkwoordelijk gezegde.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Is alles gelukt gisteren?

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Gisteren gingen wij in de vijver vissen met vrienden.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Groep 6 zingt een vrolijk liedje.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

De nieuwe buren hebben zich gisteren aan ons voorgesteld.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

De leeuw heeft het hert te pakken.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Mijn vader heeft een tafel in het restaurant gereserveerd.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Dus, hoe vind je het werkwoordelijk gezegde in een zin?

1. Door van de zin een vraagzin te maken.
2. Door de vraag te stellen: Wie of Wat + persoonsvorm.
3. Door eerst de persoonsvorm te zoeken en daarna alle andere werkwoorden in de zin.

GOED GEOEFEND!!!!