Hoofdstuk 8.4

Hoofdstuk 8: Over economische grenzen

8.4 Samen werken aan ontwikkeling?
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8: Over economische grenzen

8.4 Samen werken aan ontwikkeling?

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Huiswerk controle hoofdstuk 8 t/m 3 
- Uitleg paragraaf 8.4
- Tijd over werken aan paragraaf 8.4

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling lesdoelen 8.3

- Hoe kan een land zijn internationale concurrentiepositie versterken? 

- Welke handelsbelemmeringen zijn er? 

- Wat zijn de gevolgen van deze handelsbelemeringen?


Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen 8.4
  • wat de kenmerken zijn van een ontwikkelingsland
  • welke oorzaken er zijn voor de economische achterstand van ontwikkelingslanden
  • hoe ontwikkelingslanden zich kunnen ontwikkelen

Slide 4 - Tekstslide

Ontwikkelingsland

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Inkomen per hoofd van de bevolking

Het inkomen per hoofd van de bevolking (of inkomen per hoofd) is het gemiddelde inkomen per inwoner van een land. Aan het inkomen per hoofd kun je de economische achterstand van
ontwikkelingslanden aflezen.

Berekening
Inkomen per hoofd van de bevolking =
nationaal inkomen ÷ aantal inwoners

Slide 9 - Tekstslide

Bereken voor Luxemburg het inkomen per hoofd van de bevolking. Rond de bedragen af op hele euro’s.

Slide 10 - Open vraag

Bereken voor Malawai het inkomen per hoofd van de bevolking. Rond de bedragen af op hele euro’s.

Slide 11 - Open vraag

Welvaart vergelijken

Door alleen te kijken naar inkomen per hoofd houd je te weinig rekening met andere factoren.
Je moet ook kijken naar:
  • De inkomensverdeling. In arme landen is meestal sprake van een ongelijke inkomensverdeling. Een klein deel van de bevolking is rijk, een groot deel is arm.
  • Hoeveel zelfvoorziening is er in een land? Dit telt niet mee in het nationaal inkomen, maar zorgt wel voor welvaart.
  • Koopkracht: in een land met lage prijzen kun je met eenzelfde inkomen meer kopen dan in een land met hoge prijzen.

Slide 12 - Tekstslide

Kenmerken ontwikkelingslanden

Naast een laag inkomen per hoofd van de
bevolking hebben ontwikkelingslanden nog een aantal andere kenmerken, zoals:
  • snelle bevolkingsgroei
  • ondervoeding en gebrek aan schoon drinkwater
  • slechte gezondheidszorg
  • veel analfabetisme door een gebrek aan scholing
  • slechte infrastructuur
  • veel werkloosheid

Slide 13 - Tekstslide

Vicieuze cirkel

In ontwikkelingslanden is de armoede een oorzaak voor andere problemen. Deze andere problemen houden op hun beurt weer de armoede in stand.

Zo’n situatie, waarin de oorzaak van het ene probleem weer een gevolg is van een ander probleem, noem je een vicieuze cirkel.

Er is hulp van buitenaf nodig om de vicieuze cirkel te doorbreken.

Slide 14 - Tekstslide

Vicieuze cirkel

Slide 15 - Tekstslide

Manieren van hulp

           
Structurele hulp
Noodhulp
Gebonden hulp

Slide 16 - Tekstslide

Structurele hulp
Doel
Het doel is om het ontwikkelingsland economisch zelfstandig te maken.
Voorbeelden:
- het geven van geld voor het bouwen van scholen.
- het geven van microkredieten.
- het ondersteunen met materialen en kennis.

Slide 17 - Tekstslide

Noodhulp
Doel
Het helpen bij het overleven van een noodsituatie.

Voorbeelden:
- het geven van voedsel, kleding en  medicijnen.
- het sturen van artsen (Artsen Zonder Grenzen)

Slide 18 - Tekstslide

Hulporganisaties

Slide 19 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking
Nederland is lid van de Verenigde Naties. Dit is een verbond van landen om de veiligheid en rechten van mensen te verbeteren.

Er zijn ook afspraken over het vergroten van de welvaart voor ontwikkelingslanden. Afgesproken is dat alle landen minimaal 0,7% van het bbp hieraan besteden. Dat gebeurt vooral door ontwikkelingssamenwerking.

Slide 20 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking
De Nederlandse overheid besteedt het geld voor ontwikkelingssamenwerking op verschillende
manieren, namelijk door:
  • giften aan ontwikkelingslanden
  • leningen aan ontwikkelingslanden
  • bijdragen aan projecten van de EU
  • subsidies aan hulporganisaties zoals Oxfam Novib of Artsen Zonder Grenzen

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Ontwikkelingslanden zijn:
A
landen die goed ontwikkeld zijn
B
landen waar de productie en inkomens hoog zijn
C
landen met weinig analfabetisme
D
landen waar de productie en inkomens laag zijn

Slide 23 - Quizvraag

Wat is GEEN kenmerk van een ontwikkelingsland
A
Analfabetisme
B
Lage lonen
C
Goede voorbehoedsmiddelen
D
Snelle bevolkingsgroei

Slide 24 - Quizvraag

Hulp die een blijvende oplossing biedt voor een ontwikkelingsland is een vorm van ...
A
noodhulp
B
structurele hulp
C
gebonden hulp

Slide 25 - Quizvraag

nationaal inkomen
A
het inkomen van de koning
B
de som van alle inkomens in de wereld
C
de som van alle inkomens
D
de som van alle inkomens in een land

Slide 26 - Quizvraag

Het nationaal inkomen per hoofd van de bevolking bereken je door
A
aantal inwoners / nationaal inkomen
B
nationaal inkomen / aantal inwoners

Slide 27 - Quizvraag

Als een Nederlandse stichting helpt bij het bouwen van scholen in een ontwikkelingsland, dan noem je dit
A
Noodhulp
B
Gebonden hulp
C
Structurele hulp

Slide 28 - Quizvraag