M4 Unit 3 English Grammar in Use

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Answers Unit 2
2.1.
2. go
3. causes
4. closes
5. live
6. take
7. connects

Slide 2 - Tekstslide

Answers Unit 2
2.2. 
2. do the banks close
3. don't use
4. does Maria come
5. do you do
6. does this word mean
7. doesn't do
8. takes....... does it take

Slide 3 - Tekstslide

Answers Unit 2
2.3.
3. rises
4. make
5. don't eat
6. doesn't believe
7. translates
8. don't tell
9. flows

Slide 4 - Tekstslide

Answers Unit 2
2.4.
2. Does your sister play tennis?
3. How often do you do to the cinema?
4. What does your brother do?
5. Do you speak Spanish?
6. Where do your grandparents live?

Slide 5 - Tekstslide

Answers Unit 2
2.5.
2. I promise
3. I insist
4. I apologise
5. I recommend
6. I agree

Slide 6 - Tekstslide

English Grammar in Use - Unit 3
Present Continuous versus Present Simple

Slide 7 - Tekstslide

DOEL
  1. Ik weet het verschil tussen de Present Continuous en de Present Simple 
  2. Ik kan de Present Continuous en de Present Simple maken
  3. Ik weet wanneer ik de Present Continuous en de Present Simple gebruik

Slide 8 - Tekstslide

Inclusief vragen en ontkenningen 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Nog een kleine toevoeging....
ALWAYS
Always gebruik je bij de Present Simple als het gaat om een neutrale zin waarin je zegt dat iets altijd gebeurt. Bijvoorbeeld: I always clean my room on Saturday.
Maar je kunt always ook tegenkomen in een zin waar irritatie uit blijkt. Bijvoorbeeld: 
You are always looking at your phone, stop it and have a conversation with me. In dat geval gebruik je de Present Continuous in plaats van de Present Simple 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

My brother ............ (write) his essay at the moment.

Slide 15 - Open vraag

.......... (she/work) in the store on Sundays?

Slide 16 - Open vraag

Hurry! The bus ............. (leave) soon.

Slide 17 - Open vraag

............... (the dog/eat) its food now?

Slide 18 - Open vraag

They ......... (go) to church every Sunday.

Slide 19 - Open vraag

My parents .......... (fly) to Egypt in August.

Slide 20 - Open vraag

I ........ (not/eat) dinner tonight.

Slide 21 - Open vraag

The President of the United States ......... (live) in the White House.

Slide 22 - Open vraag

....................... (monkeys/eat) bananas?

Slide 23 - Open vraag

I ............ (not/like) this question.

Slide 24 - Open vraag

Ik kan de Present Continuous en de Present Simple maken en toepassen.
A
Ja :-)
B
Nee :-(
C
Een beetje

Slide 25 - Quizvraag

Voor diegenen die nog extra uitleg willen

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Voor extra oefenmateriaal zie volgende dia's 

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

English Grammar in Use - Unit 3
Voor: dinsdag 27 september

Slide 30 - Tekstslide