LJ1 3.3 Planten - LJ2 3.3 Het hart

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 3.3 Planten - 3.3 het Hart
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen+ mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 3.3 Planten - 3.3 het Hart
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen+ mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
LJ 1: Pak je boek van biologie en laat deze nog even dicht op tafel liggen. 

LJ 2: Lees de theorie op blz 176 t/m 178 goed door. Maak daarna alvast de samenhang op blz 188/189.

Huiswerk controle


Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- Kun je kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten en zaadplanten;



Leergebied overstijgende doelen:
Reflecteren:
- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk
- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand


Iedereen doet mee met de mini-check. 

Slide 4 - Tekstslide

Naar welk kenmerk kijken biologen bij het indelen van planten?
A
Voortplanting
B
Kleuren
C
Vorm
D
Grootte

Slide 5 - Quizvraag

Planten kun je indelen in twee groepen. Welke twee groepen?

Slide 6 - Open vraag

Wat heeft een sporenplant NIET?
A
bladeren
B
bloemen
C
stengels
D
wortels

Slide 7 - Quizvraag

Wie maakt wat? 
Had je de vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 4 op blz 172 t/m 173


De rest doet mee met de instructie. 

Slide 8 - Tekstslide

Indeling planten
- Zaadplanten
- Sporenplanten

Slide 9 - Tekstslide

Zaadplanten
Planten met wortels, stengels, bladeren en bloemen

Zaadplanten hebben bloemen, waaruit vruchten met zaden ontstaan.


Slide 10 - Tekstslide

Sporenplanten
Planten met wortels, stengels en bladeren, maar geen bloemen

- Varens
- Mossen

Slide 11 - Tekstslide

Mossen
Sporenplant

Kleine plantjes in groepjes bij elkaar

Sporendoosjes


Slide 12 - Tekstslide

Varens
Sporenplant

Sporenhoopjes

Onderkant blad

Slide 13 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check --> 
Dan maken we samen opdracht 2.

Slide 14 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 172 t/m 173.


Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de inzichtsvragen op blz 174.
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- kun je de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen
- Kun je de kenmerken en functies van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen


Leergebied overstijgende doelen:
Reflecteren:
- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk
- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

Slide 16 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Bregje
Je maakt opdracht 1 t/m 3 op blz 178 t/m 180.

De rest doet mee met de mini-check. 

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het hart?
A
een spier
B
een long
C
een slagader
D
een ader

Slide 18 - Quizvraag

Welke functie hebben de kransslagaders?
A
Voedingsstoffen en zuurstof vervoeren naar het hart zelf.
B
Voedingsstoffen en zuurstof vervoeren naar de hartkamers.
C
Afvalstoffen en CO2 afvoeren vanaf het hart zelf.
D
Afvalstoffen en CO2 afvoeren uit de hartkamers.

Slide 19 - Quizvraag

In de afbeelding is een lengte doorsnede van een schematisch hart weergegeven. 
Sleep de onderdelen naar het hart.
Rechterboezem
Rechterkamer
Linkerboezem
Linkerkamer

Slide 20 - Sleepvraag

De hartkleppen zorgen ervoor dat bloed
A
sneller stroomt
B
niet terugstroomt in de boezems
C
niet terugstroomt in de kamers
D
langzamer stroomt

Slide 21 - Quizvraag

Wie maakt wat? 
Had je 3 of 4 vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 3 op blz 178 t/m 180.


De rest doet mee met de instructie. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Buitenaangezicht hart
  • Het hart is een holle spier.

  • Door de kransslagaders stroomt bloed, dat rijk is aan zuurstof en voedingsstoffen, naar de hartspier. 

  • Door de kransaders stroomt bloed, dat rijk is aan koolstofdioxide en andere afvalstoffen, weg van de hartspier. 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Werking van het hart
De werking van het hart bestaat uit 3 fases:
  1. Samentrekking van boezems
  2. Samentrekking van kamers
  3. Hartpauze = zowel kamers als boezems zijn ontspannen

De hartslag begint als de boezems zijn volgestroomd met bloed uit holle aders en longaders


Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Kleppen
  1. Hartkleppen: scheiden boezems en kamers, zodat bloed niet terugstroomt naar de boezems.
  2. Halvemaanvormige kleppen: aan het begin van longslagader en aorta, zodat bloed niet terugstroomt in de kamers.

Slide 31 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check --> 
Dan maken we samen opdracht 2.

Slide 32 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
LJ 1- Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 172 t/m 173.
LJ 2- Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 3 op blz 178 t/m 180.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de inzichtsvragen van paragraaf 3.3.
timer
1:00

Slide 33 - Tekstslide

7. Evaluatie LJ1
Hoe ging de les?
Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?


Lesdoel:
- Kun je kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten en zaadplanten?

Slide 34 - Tekstslide

7. Evaluatie LJ2
Hoe ging de les?
Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?



Lesdoel:
- kun je de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen?
- Kun je de kenmerken en functies van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen?

Slide 35 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Donderdag 12 januari
3.3 opdracht 1 t/m 4 


Huiswerk LJ2: 
Donderdag 12 januari 
3.3 opdracht 1 t/m 3 
Toetsen LJ1: 
Maandag 9 januari
SO paragraaf 3.1 t/m 3.4


Toetsen LJ2: 
Maandag 9 januari
SO paragraaf 3.1 t/m 3.3 

Slide 36 - Tekstslide