3.1 Temperatuur meten

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeNask / Techniek+2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klas binnenkomen
  • Ga rustig naar je plaats
  • Je bent startklaar voor de les                        
  • Aandacht voor de docent
       (let op teken docent!)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens de les
  • Doe actief mee
  • stoor niet        
  • Bij vragen eerst je vinger opsteken          
  • Houd het lokaal netjes

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de les:
  1. Wat ging goed?
  2. Wat kan beter?
  3. Wat heb je geleerd? Noem 1 ding!
BK1A
BK1B

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje
Stap 1
Proefje
Stap 2

Slide 6 - Tekstslide

bakje links: 
koud water (water met ijsklontjes)

bakje midden:
lauw water (kraanwater)

bakje rechts ;
warm water

uitleg
Met je handen kun je niet dé temperatuur voelen, maar alleen temperatuurverschillen. Als je met je linkerhand van koud naar lauw water gaat, dan voelt het lauwe water warm aan. Als je met je rechterhand van warm naar lauw water gaat, dan voelt het lauwe water koud aan. Je voelt dus telkens het verschil tussen de eerste en tweede temperatuur en daarom voelt het lauwe water met je linkerhand anders dan met je rechterhand.
Vragen bij het proefje: "warm en koud tegelijk"

links: koud water    midden: lauw water     rechts: warm water  
 
vraag 1: Wat denk je dat er gebeurt als je je handen eerst in warm of koud water doet en daarna in lauw water?
 
6. houd je linkerhand in de bak met het koude water
 7. houd je rechterhand in de bak met het warme water
 8. tel rustig tot 60 met je handen nog in de bakken water
 9. doe je koude linkerhand in de bak met lauw water
vraag 2: Wat gebeurt er?

10. doe je warme rechterhand erbij
vraag 3: Wat gebeurt er nu?

vraag 4: Hoe denk je dat dit komt?

antwoorden en uitleg
Antwoorden "warm en koud tegelijk"
op vraag 1
Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven wat je dacht dat er zou gebeuren.
op vraag 2
Met je koude linkerhand voelt het lauwe water warm aan.
op vraag 3
Met je warme rechterhand voelt het lauwe water koud aan.
op vraag 4
Alle antwoorden zijn goed, als je hebt opgeschreven hoe je denkt dat het komt.

Uitleg
Met je handen kun je niet dé temperatuur voelen, maar alleen temperatuurverschillen. 
Als je met je linkerhand van koud naar lauw water gaat, dan voelt het lauwe water warm aan.
Als je met je rechterhand van warm naar lauw water gaat, dan voelt het lauwe water koud
aan. Je voelt dus telkens het verschil tussen de eerste en tweede temperatuur en daarom voelt het lauwe water met je linkerhand anders dan met je rechterhand.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H.3 Verwarmen en verbranden

(blz. 94-95)


3.1 Temperatuur meten (blz.99)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma BK
H3 Verwarmen en verbranden blz. 101
maken: uitleg  begrippen blz. 103t/m 106 en TJZ
evaluatie / sluiting

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
H3 Verwarmen en verbranden blz. 95
Lezen blz. 99 t/m 101
uitleg 3.1
maken: opdr. 1 t/m 13 & tjz
evaluatie / sluiting

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Warmte

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

3.1 Themperatuur meten
  • Hoe je themperatuur meet
  • Waarmee je de themparatuur meet
  • Welke soorten thermometers zijn er
  • Hoe je een thermometer afleest

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

uitvinder
temperatuurschaal:
 vernoemd naar de Zweedse astronoom Anders Celsius.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

vloeistof thermometer

uitzetten: vloeistof stijgt in de stijgbuis

temperatuurschaal:

smeltpunt: 0 °C

kookpunt: 100
  graden Celcius


°C  

      
     

       
         
         
            Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
         
         
       

        8
       

       

       
         
           
              Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
           
         
       

       
       
         
           
              Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
           
         
       

       
         
           
              Differentiëer
           
         
         

           
             
                Differentiëer
             
             
             

             
                Instellingen
             
           
         
       


       
   
     
 
   
   
   
   
   
   
   
     
       
         
       
     
   
 

   
   

   
   
     
       
          uitvinder
       
     
   

   
   
     
        temperatuurschaal: vernoemd naar de Zweedse astronoom Anders Celsius.
     
   

   
  
 

 
 
 
   
   
   
     
       
       
       
 
   
   
    Slide
 
 
       
       
     
   
 
       

       

       
   
   
     
     
   
 
     

     

     
     

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Digitale thermometers

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 3.1

*maken: flitskaart vetgedrukte begrippen 3.1


*maken 3.1

opdracht 1 t/m 13 & test jezelf

blz. 99 t/m 104

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

klas verlaten
  • Je huiswerk is genoteerd
  • Je werkplek netjes achterlaten
  • De docent bepaalt wanneer    je kunt gaan
  • Je vertrekt rustig 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.2 Warmte en milieu
Begrip
Uitleg
Afbeelding

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een warmtebron levert warmte. Voorbeelden van warmtebronnen zijn een kachel, een open haard en de centrale verwarming. Door het gebruik van een warmtebron is het lekker warm binnen. Vooral waar je werkt of woont is het fijn om het lekker warm te hebben.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Temperatuur meten

Temperatuur wordt gemeten met een thermometer

Symbool voor temperatuur: T

Eenheid voor temperatuur: graden Celcius  (oC )

Standaardeenheid voor temperatuur : Kelvin   (K)





Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Absolute nulpunt
Dit is de temperatuur waarbij de moleculen helemaal stil liggen.
0 Kelvin
=
- 273 graden Celcius

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nog even in het kort

omrekenen van Kelvin naar 0C


temperatuur in 0C =  temperatuur in Kelvin - 273


temperatuur in Kelvin = temperatuur in 0C + 273







Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goed onthouden!
De temperatuur kan  
nooit  
onder 0 Kelvin komen, 
en dus ook niet 
onder -273 graden Celsius!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Temperatuur meten

Gemeten wordt met een verschillende soorten thermometers:


Digitaal: met cijfers in een schermpje, heeft een warmtesensor

Analoog: met een wijzer of vloeistofkolom 







Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maken
13 tm 19
werkboek  blz107 tm 108

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies