Interpunctie les 1 t/m4

Welkom 
Je bent stil en hebt klaarliggen:
  • schrift
  • pen
  • leerwerkboekje laten zien p. 21!
timer
5:00
Les 1 
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom 
Je bent stil en hebt klaarliggen:
  • schrift
  • pen
  • leerwerkboekje laten zien p. 21!
timer
5:00
Les 1 

Slide 1 - Tekstslide

Lees deze tekst

Schiet op Harry!
Schiet op Harry!

Red de mug, niet slaan!
Red de mug niet, slaan!

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • herhalen leestekens jaar 1 en oefenen
  • uitleg dubbele punt en oefenen
  • volgende les?

Slide 3 - Tekstslide

Herhalen leestekens (p.4)
punt
komma
uitroepteken
vraagteken
aanhalingstekens

'Morgen is het schoolfeest,' zei de mentor.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Werkmoment
Maak uit het nieuwe boekje:

1.1: theorievragen (schrijf antwoorden in je schrift);
1.2: schrijf de leestekens in de tekst in je boekje (ook p. 5);
1.3: schrijf een verhaaltje in je schrift.

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken 1.2
a) Stichting Natuurmonumenten organiseert wandelingen, excursies en tentoonstellingen.
b) Tijdens een wandeling kun je herten, vossen, vogels en insecten zien.
c) Lijkt je dat leuk?  
d) Als je met een excursie mee wilt, moet je je wel aanmelden op de site.
e) De tentoonstellingen gaan over: vleermuizen, zeldzame planten en opgezette vogels.
f) Laatst deed ik mee aan een wandeling. De boswachter riep opeens: “Pas op!“
g) Bijtgrage wolf Bram was in de buurt. Durf jij dan nog wel het bos in?

Slide 7 - Tekstslide

Dubbele punt (p. 5)

Slide 8 - Tekstslide

Werkmoment
Maak 2.1

A. In mijn tas zit...

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken 2.1
A. In mijn tas zit: een agenda, een etui, een laptop en een waterfles. (opsomming)
B)
Als de eerste schoolbel gaat, moet je het volgende doen: ...
(uitleg)

Slide 10 - Tekstslide

2.1 verhaaltje
Hans en Grietje lopen in het bos. Hans zegt: "Grietje, ik ben moe, ik wil even zitten." Grietje lacht: "Nou Hans, we zijn net een half uur onderweg!" Hans zucht: "Maar ik heb gisteren gevoetbald en mijn benen zijn nog zwaar." Grietje vraagt: "Heb je de wedstrijd gewonnen?" Hans zegt: "Zeker, we zijn kampioen geworden."

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting van de les
Volgende les: 
  • Quizje woordsoorten
  • Trema en apostrof
  • Leesles

Slide 12 - Tekstslide

Welkom 
Je bent stil en hebt klaarliggen:
  • schrift
  • pen
  • leerwerkboekje leestekens
timer
5:00
Les 2

Slide 13 - Tekstslide

Planning
  • Maken 2.1
  • Quizje woordsoorten
  • Trema en apostrof
  • Lezen

Slide 14 - Tekstslide

2.1 verhaaltje
Hans en Grietje lopen in het bos. Hans zegt    Grietje, ik ben moe, ik wil even zitten.   Grietje lacht    Nou Hans, we zijn net een half uur onderweg!   Hans zucht   Maar ik heb gisteren gevoetbald en mijn benen zijn nog zwaar.   Grietje vraagt       Heb je de wedstrijd gewonnen?    Hans zegt   Zeker, we zijn kampioen geworden.   

Slide 15 - Tekstslide

2.1 verhaaltje
Hans en Grietje lopen in het bos. Hans zegt: "Grietje, ik ben moe, ik wil even zitten." Grietje lacht: "Nou Hans, we zijn net een half uur onderweg!" Hans zucht: "Maar ik heb gisteren gevoetbald en mijn benen zijn nog zwaar." Grietje vraagt: "Heb je de wedstrijd gewonnen?" Hans zegt: "Zeker, we zijn kampioen geworden."

Slide 16 - Tekstslide


Kies de juiste woordsoort.
Ik heb veel te veel gegeten.
A
ww
B
zn
C
psv
D
bzv

Slide 17 - Quizvraag

Welke woordsoort is onderstreept?
De makkelijkste woordsoort vind
ik het lidwoord.
_________________
A
ww
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 18 - Quizvraag

Welke woordsoort is onderstreept?
Deze les doen we een herhaling van woordsoorten.
_____________
A
ww
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 19 - Quizvraag

Welke woordsoort is onderstreept?
We gaan voor dit hoofdstuk maar 5 woordsoorten leren.
__________
__________
A
ww
B
zn
C
bn
D
lw

Slide 20 - Quizvraag

Welke woordsoort is ondestreept.
Mijn snelle fiets heeft een rode kleur.
_________
A
lw
B
bn
C
psv
D
bzv

Slide 21 - Quizvraag

Welke woordsoort is ondestreept.
Mijn snelle fiets heeft een rode kleur.
_________
A
lw
B
bn
C
psv
D
bzv

Slide 22 - Quizvraag

Welke woordsoort is onderstreept?
Het staat als derde in de rij.
_______
A
bn
B
htw
C
rtw
D
lw

Slide 23 - Quizvraag

Welke woordsoort is onderstreept?
Ik heb nog twee vragen voor je.
_______
A
bn
B
htw
C
rtw
D
lw

Slide 24 - Quizvraag

Wat zijn voorzetsels?
A
mooie, lieve, rare
B
lamp, fiets, plant
C
op, achter, naast
D
de, het, een

Slide 25 - Quizvraag

P. 6

Slide 26 - Tekstslide

Maken
3.1 en 3.2

Slide 27 - Tekstslide

Nakijken 3.1
a) De financiele positie van de voetbalclub was onvoldoende.
b) ‘Ik schrijf de hele dag poezie,’ zei de dichter.
c) Een diploma is het officiele document waarop staat dat je bent geslaagd.
d) Soms heb ik heel veel ideeen wat ik in mijn vrije tijd wil doen.
e) Egoisme betekent dat je weinig rekening houdt met anderen.

Slide 28 - Tekstslide

Nakijken 3.2

Slide 29 - Tekstslide

3.3 Bezits 's 3.4 Apostrof
a) Deze tas is van Maaike. Het is ……………………. tas.
b) Het cadeautje is voor Kees. Het is ……………….. cadeautje.


a) sWoensdags eet de PSVer altijd HEMAs beroemde broodje rookworst.

Weektaak: huiswerk voor woensdag 8 oktober: maken 3.3 en 3.4.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Welkom 
Je bent stil en hebt klaarliggen:
  • schrift
  • pen
  • leerwerkboekje leestekens
timer
5:00
Les 3

Slide 32 - Tekstslide

Planning
  • Nakijken 3.3 en 3.4
  • Wat hebben we allemaal al gedaan?
  • Hoofdletters herhalen en oefenen
  • Afsluiting van de les

Slide 33 - Tekstslide

Woordsoorten

lw, bn, zn
hww, zww
vz, htw, rtw
psv, bzv
av, vrv
Leestekens

punt, komma, uitroepteken, vraagteken, aanhalingstekens, 
dubbele punt, 
trema en apostrof

Slide 34 - Tekstslide

Apostrof (p. 7)
3.3

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht 3.3
Het is Maaikes tas.
Het is Kees' cadeautje.
Het is Anna's fiets.
Het is Jazz' filmpje.
Het is Jays zonnebril.
Het is Bruno's beker.

Slide 36 - Tekstslide

Opdracht 3.4 (p. 8)
's Woendags eet de PSV'er altijd HEMA's beroemde broodje rookworst.
Met M&M's en leuke dvd's wordt Liz' feestje gezellig.
De EHBO'ers hielpen met z'n tweeën de gevallen VVD'er.
Politieagenten hebben 's avonds Jos' reünie beëindigd.
De baby's staan heel schattig op de foto's.
De oefeningen voor de vmbo'er staan op 't A4'tje.

Slide 37 - Tekstslide

HOOFDLETTERS (p. 8)
  • Je begint iedere zin met een hoofdletter. 
  • Je begint het citaat met een hoofdletter.
 
  • Eigennamen (personen, straten, merken)
  • Aardrijkskundige namen (de Engelse les, Europa)
  • Feestdagen (Kerstmis, Hemelvaart)

  • Namen van maanden en dagen NIET met een hoofdletter.

Slide 38 - Tekstslide

Hoofdletters (p. 8)
Uitzonderingen
  • 's Nachts slaap ik buiten. 't Regent heel hard.
  • 100 activisten plakten zich vast aan de snelweg.
=> Honderd activisten plakten zich vast aan de snelweg.
  • Meneer De Jong en mevrouw Van den Heuvel.
=> Meneer K. de Jong en mevrouw Ank van den Heuvel.

Slide 39 - Tekstslide

Werkmoment
4.1: leg uit aan je buur waarom je een hoofdletter gebruikt

4.2: Markeer alle hoofdletters => 18 stuks!!

Slide 40 - Tekstslide

Nakijken 4.2

Slide 41 - Tekstslide

Afsluiting

Laatste stukje uitleg 

=> tussenletters in samenstellingen

Slide 42 - Tekstslide

Welkom 
Je bent stil en hebt klaarliggen:
  • schrift
  • pen
  • leerwerkboekje leestekens
timer
5:00
Les 4

Slide 43 - Tekstslide

Planning
  • Tussenletters in samenstellingen
  • Oefeningen maken en nakijken
  • Afsluiting van de les

Slide 44 - Tekstslide

Samenstelling? (p. 10)

Slide 45 - Tekstslide

-s? luisteren

Slide 46 - Tekstslide

Tussenletters
Je hoort de s => dorp & plein: dorpsplein 

Je hoort de s niet goed => station & chef.
Test met een ander 2e woord => station & plein: stationsplein.
Dan ook => stationschef
  

Slide 47 - Tekstslide

Tussenletters
Linker deel een zelfstandig naamwoord? Ja
Eerste deel alleen meervoud op -en ? Ja => en
pan & koek => pan = zn, pan/ pannen
=> pannenkoek
kat en bak => kat = zn, kat/ katten
kattenbak

Slide 48 - Tekstslide

Linkerdeel geen zn?
Nee, dan een -e.
rood (bn) + kool => rodekool
huilen (ww) + balk => huilebalk

Slide 49 - Tekstslide

Linkerdeel meervoud?
Niet alleen meervoud op -en? Nee, dan een e

rijst (geen mv) rijstepap
horloge (horloges) => horlogewinkel
groente (groentes/groenten) => groentesoep

Slide 50 - Tekstslide

Tussenletters => uitzonderingen
Als de samenstelling: 
  • aangeeft hoe leuk iets is als bn: reuzeleuke vakantie
  • uniek is: zonneschijn

Bij uitzonderingen dus ook alleen een -e.

Slide 51 - Tekstslide

Werkmoment
5.1: theorie
5.2: samenvoegen maar!

Slide 52 - Tekstslide

Nakijken

Slide 53 - Tekstslide

Afsluiting
Volgende les:

Hoe ver ben je met lezen?
Eerste les na de vakantie: oefentoets
Tweede les na de vakantie: toets

Slide 54 - Tekstslide