Les 2 - Verlichte ideeën uitgelegd

Goedemorgen
ipad in tas tot keuze menu :)
boeken enzo op tafel
jwz
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen
ipad in tas tot keuze menu :)
boeken enzo op tafel
jwz

Slide 1 - Tekstslide

Pruiken en Revoluties
Tijdvak 7: 1700-1800
vroegmoderne tijd

Slide 2 - Tekstslide

Plan dit uur
  • Keuze menu: Uitleg 7.1 / Lezen 7.2
  • Maken oefentoetsvraag en taak 7.1 nakijken
Leerdoelen:
  •     Je kunt uitleggen hoe rationeel en optimistisch de ideeën van verlichte denkers waren en hoe deze werden toegepast
  •  Je kunt verlichte ideeën over godsdienst, sociale verhoudingen, politiek en economie herkennen en verklaren.

Slide 3 - Tekstslide

Keuze menu A

Je luistert naar de uitleg en maakt aantekeningen over de verlichte ideeën

Daarna ga je aan de slag met het lezen van 7.2
Let op: verplicht bij onvoldoende
Keuze menu B

Je leest in stilte en zonder te overleggen paragraaf 7.2.

Je kijkt taak 7.1 na en start met de opdrachten van 7.2

Slide 4 - Tekstslide

Verlichte ideeën
Verlichte denkers dachten na over alle onderdelen van de samenleving. De belangrijkste onderwerpen zijn:
  • godsdienst
  • sociale verhoudingen
  • politiek
  • economie
Filosofen zoals Rousseau, Locke, Voltaire,  Montesquieu en Smith hadden uiteenlopende ideeën en oplossingen voor maatschappelijke problemen

Slide 5 - Tekstslide

De Verlichting: godsdienst
  • Kritiek op godsdienstige intolerantie 
  • Vrijheid van godsdienst
  • Voltaire was tegen bijgeloof en bekrompenheid. Vond het christendom het belangrijkste obstakel vormde op weg naar de beschaving
  • God is een klokkenmaker: hij heeft het universum in
     elkaar gezet, maar bemoeit zich er niet mee: deïsme
  • Ook ontstaan atheïsme (iemand die niet gelooft)

Slide 6 - Tekstslide

De Verlichting: Sociale verhoudingen
  • Samenlevingen vol ongelijkheid
  • Voltaire: slechts klein deel kan nadenken dus maakt niet
    uit. "Blijf arm en achterlijk!"
  • Rousseau vond dat alle mensen van nature gelijk zijn 
    geschapen: ongelijkheid in strijd met rationalisme
  • Sommigen vonden zelfs dat mannen en vrouwen
    gelijke rechten moesten hebben, een bijzonder
     idee in die tijd.
X

Slide 7 - Tekstslide

De Verlichting: Politiek 1/2
  • Willen politieke situatie verbeteren.
  •  John Locke: Koningen en regeringen krijgen hun macht niet van God, maar van de burgers. Mensenrechten moeten worden beschermd.
  • Mensenrechten: ieder mens kan hier aanspraak op maken,
    zoals het recht op leven, vrijheid en bezit. 
  • Niemand staat boven de wet, voor een rechtsstaat 
  • Rousseau de volkssoevereiniteit (de algemene wil) is belangrijker 
    dan de  individuele belangen

Slide 8 - Tekstslide

De Verlichting: Politiek 2/2
  • Montesquieu dacht na over hoe onderdrukking moest worden voorkomen want waar mensen macht hebben is er corruptie  (omkoping), machtsmisbruik en onderdrukking
  • Om dit tegen te gaan bedacht hij de
    driemachtenleer
    (trias politica) 
  • De wetgevende, uitvoerende en rechterlijke
    macht
    moeten van elkaar gescheiden worden
    om in balans te blijven.

Slide 9 - Tekstslide

De Verlichting: Economie
  • Adam Smith: mensen streven van nature hun eigen voordeel na. 
  • DUS mensen moeten ruimte krijgen om hun eigenbelang na te streven: vraag en aanbod
  •  Tegen het mercantilisme omdat dit het mechanisme
    van vraag en aanbod verstoorde
  • Overheid moet zorgen voor eerlijke regels maar zich
    er niet mee bemoeien:  laissez-faire.

Slide 10 - Tekstslide

Oefentoetsvraag
Leg uit dat deze afbeelding past bij het kenmerkend aspect: rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
7.2 Soiree in de salon van madame Geoffrin in Parijs in 1755 met Rousseau (links onder het linker schilderij), Montesquieu (geheel rechts), Diderot (achterin in de rechterhoek), d’Alembert (zit rechts van de tafel) en een borstbeeld van Voltaire (Lemonnier, 1812).
antwoord
Hier zijn bezoekers van de salon van madame Geoffrin afgebeeld, onder wie bekende verlichte denkers. In deze salon werden verlichte ideeën uitgewisseld.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe nu verder:
  1. Lees de tekst van §7.2 De verlichting
  2. Maak van taak 7.2 stap 1, 2 en 3
  3. Maak een samenvatting a.d.h.v. deze ontwikkelingen
  • ancien régime en ongelijkheid
  • verlicht absolutisme en aardappels
  • Willem V en regenten

Slide 12 - Tekstslide

Pruiken en Revoluties
Tijdvak 7: 1700-1800
vroegmoderne tijd

Slide 13 - Tekstslide

Plan dit uur
Klassikale uitleg 7.2
Maken samenvatting 7.2
Leerdoelen:

  • Je kunt uitleggen welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk.
  • Je kunt het streven van vorsten naar verlicht absolutisme verklaren.
  • Je kunt de sociale verhoudingen in Nederland herkennen en verklaren.

Slide 14 - Tekstslide

7.2 Het ancien régime
Kenmerkend aspect: voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme).
Simpel gezegd: vorsten met alle macht (absoluut) willen dat behouden maar wel met de tijd meegaan, dus beetje verlicht

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Sociale verhoudingen in FR
Veel ongelijkheid en onvrijheid:
  • Veel boeken werden verboden: censuur
    door toezicht van overheid of kerk.
  • Er was een standenmaatschappij. Drie
    standen: eerste (geestelijkheid), tweede
    (adel) en derde (boeren/burgers/bourgoisie)
  • 1e & 2e stand had veel voorrechten, terwijl
    3e stand in armoede leefde

Slide 17 - Tekstslide

Sociale verhoudingen in FR (2)
  • De eerste en tweede stand gebruikte hun voorrechten om de derde stand uit te persen.
  • De bourgeoisie, de rijke burgerij die zijn welvaart dankte aan handel en nijverheid, had niets te zeggen.
  • De periode voor de democratische revolutie, waarin er grote ongelijkheid was noem je de ancien régime (het oude systeem)

Slide 18 - Tekstslide

Verlicht absolutisme
Systeem waarbij een absoluut vorst verlichte hervormingen van bovenaf invoert
  • Fredrik de Grote (1740-1786) koning van Pruissen is het bekendste
    voorbeeld van een verlicht vorst
  • Stond bijv. godsdienst- en persvrijheid toe en verbood martelen
  • Liet bijv. wel adellijke voorrechten bestaan omdat hij de junker
    (edelen) nodig had voor zijn leger

Keizerin Catharina de Grote (1762-1796) probeerde het
verlicht absolutisme en werd populair bij verlichte denkers,
maar niet in Rusland dus er zijn geen hervormingen doorgevoerd.


ik haat vrouwen  maar ik hou van aardappelen

Slide 19 - Tekstslide

Verlicht absolutisme
Systeem waarbij een absoluut vorst verlichte hervormingen van bovenaf invoert
  • Fredrik de Grote (1740-1786) koning van Pruissen is het bekendste
    voorbeeld van een verlicht vorst
  • Stond bijv. godsdienst- en persvrijheid toe en verbood martelen
  • Liet bijv. wel adellijke voorrechten bestaan omdat hij de junker
    (edelen) nodig had voor zijn leger

Keizerin Catharina de Grote (1762-1796) probeerde het
verlicht absolutisme en werd populair bij verlichte denkers,
maar niet in Rusland dus er zijn geen hervormingen doorgevoerd.


ik haat vrouwen  maar ik hou van aardappelen

Slide 20 - Tekstslide

Nederlandse samenleving
Gouden Eeuw echt voorbij: Republiek kampt met hoge schulden
  • Voordelig voor regenten die geld hadden geleend aan de
    staat want rente
  • Overheid kon die rente alleen betalen door nog meer geld
    te lenen en belasting te heffen
  • Willem IV opgevolgd door zijn zoon Willem V: positie van
    stadhouder gaat steeds meer op koning lijken: erfelijk en
    benoeming regenten
  • Conclusie: regenten blijven zich verrijken en schulden van de
    staat worden alleen maar groter.... tijd voor verandering.....

Slide 21 - Tekstslide

Oefentoetsvraag
Leg uit dat de afbeelding past bij het kenmerkend aspect van deze paragraaf.

7.6 Jagende edelen bij Chantilly, Frankrijk (Dubois, omstreeks 1759).

Slide 22 - Tekstslide

Hoe nu verder:
  1. Lees de tekst van §7.2 De verlichting
  2. Maak van taak 7.2 stap 1 t/m 5
  3. Maak een samenvatting a.d.h.v. deze ontwikkelingen
  • Franse standensamenleving en het ancien régime in Frankrijk
  • Verlicht absolutisme waar werkt het wel en waar niet en waarom niet

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide