M4 Scheikunde H5 Zouten les 2

Zouten
Lesplanning:
- Terugblik
- Doel
- Nieuwe stof
- Werktijd werkboek
- Werktijd opdrachten
- Afsluiten
Lezing 2
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Zouten
Lesplanning:
- Terugblik
- Doel
- Nieuwe stof
- Werktijd werkboek
- Werktijd opdrachten
- Afsluiten
Lezing 2

Slide 1 - Tekstslide

Welke stoffen zijn zouten ? 
sleep deze formules naar de afbeelding van zoutwinning.

NaCl
HCl
H2S
P2O5
CaO
Fe2O3
SO3
ZnS
SnCl2

Slide 2 - Sleepvraag

Maak het zout kloppend.
In welke verhouding zitten natrium en sulfaat in een zout?

Slide 3 - Open vraag

Lossen deze zouten goed op in water?
Ja
Nee
FeS
Ba(OH)2
FeCl2
MgSO4
ZnO

Slide 4 - Sleepvraag

Carbonaat
Nitraat
Hydraat
Fosfaat
Sulfaat
Sleep de juiste formules naar de juiste triviale naam
NO3
OH
PO4
CO3
SO4

Slide 5 - Sleepvraag

Doel van de les
Aan het einde van de les kun je neerslagreacties opstellen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Een metaalion is altijd
A
positief
B
negatief
C
neutraal

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Noteer de neerslagreactie tussen Zilvernitraat en Natriumchloride.

Slide 11 - Open vraag

Noteer de neerslagreactie tussen magnesiumnitraat en Natriumhydrooxide.

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Suspensie
Residu
Filtraat

Slide 14 - Sleepvraag

Zouten herkennen
Als je niet weet met welk zout je te maken hebt dan kun je de volgende herkenningspunten gebruiken:
  1. Kijk naar de kleur. Koper = blauw, ijzer =  bruin bijv. 
  2. Metaalionen kunnen ook een vlam verkleuren (Binas).
  3. Kijk naar verschil in oplosbaarheid.
  4. Gebruik een neerslagreactie om onderscheid te maken.

Slide 15 - Tekstslide

Wat ga je nu nog doen?
- Eerst even 5 minuten pauze: kies een leuke timer: https://www.online-stopwatch.com/race-timers/ 
Fase 1: Ga aan de slag met met paragraaf 3. Laat hem aftekenen en kijk hem goed na. 

Fase 2: Ga aan de slag met de werkopdrachten

Fase 3: Alles af én afgetekend? Dan mag je voor jezelf wat doen of anderen helpen.

Slide 16 - Tekstslide